BuitenlandAardbeving Marokko
Abdelaziz Aithmid zit op de resten van zijn huis: „Mijn leven is verwoest”

In elkaar gestorte huizen. Chaos en ontreddering. Maar vooral verdriet over verloren geliefden in de bergdorpen van Marokko. „Mijn leven is verwoest.”

Abdelaziz Aithmid op de puinhopen van zijn huis in het Marokkaanse bergdorpje Ouirgane. beeld RD
Abdelaziz Aithmid op de puinhopen van zijn huis in het Marokkaanse bergdorpje Ouirgane. beeld RD

Afgebrokkeld pleisterwerk en enkele grote scheuren in de muur van het hotel net buiten Marrakesh verraden dat er een aardbeving is geweest. Maar verder staat alles rond de accommodatie nog fier overeind. Ook in de Marokkaanse stad zelf valt de schade relatief mee.

Heel anders is het in de afgelegen leefgemeenschappen in het Atlasgebergte, enkele tientallen kilometers ten zuiden van Marrakesh. Complete dorpen zijn met de grond gelijk gemaakt. In sommige plaatsen staat vrijwel geen huis meer overeind.

Een smalle bergweg slingert omhoog tussen de imposante toppen van de Hoge Atlas. Her en der bemoeilijken grote rotsblokken de doorgang. Ze zijn door de aardbeving losgeraakt van de bergwanden en naar beneden gestort. Tot voor kort kon er helemaal geen auto door, waardoor ook hulpverleners de grootste moeite hadden om op bepaalde plekken te komen. Nog altijd zijn sommige dorpjes alleen maar per helikopter bereikbaar. Met enige regelmaat klinkt dan ook het gedreun van de toestellen van de Marokkaanse luchtmacht in de lucht boven het rampgebied.

Het leger is massaal aanwezig. Militairen regelen het verkeer, delen water uit en helpen met graafwerkzaamheden. In Ansi hebben soldaten een enorm kampement opgezet van waaruit de operaties worden gecoördineerd. De autoriteiten hebben slechts vier landen toestemming gegeven om hulp in te vliegen. Een vrachtwagen met hulpgoederen uit de Verenigde Arabische Emiraten is dan ook de enige zichtbare buitenlandse assistentie.

In het dorpje Ouirgane, vlakbij het epicentrum van de aardbeving, ligt het merendeel van de huizen in puin. Een flink aantal woningen is van leem gemaakt, waardoor ze als kaartenhuizen in elkaar zijn gestort. Maar ook diverse betonnen complexen zijn tot een slordige hoop stenen gereduceerd. Er vielen alleen hier al 35 doden en tientallen gewonden, waardoor bijna elke familie in rouw is gedompeld.

Massagraven

Op de resten van wat eens zijn huis was zit Abdelaziz Aithmid stil voor zich uit te staren. Een platgewalste airco steekt boven de puinhopen uit, geflankeerd door een versplinterd televisietoestel. Op enkele meters afstand heeft een vrouw een paar kledingstukken uit de puinhopen opgevist. Twee jongens zwaaien enigszins triomfantelijk met een vishengel die ze hebben ‘gered’.

19642002.JPG
Verwoestingen in het dorpje Ouirgane. beeld RD

„Ik was in Marrakesh toen de aardbeving plaatshad”, vertelt Aithmid. „Daardoor heb ik het overleefd. Mijn zoon en mijn broer zijn omgekomen. Ik heb ze eigenhandig onder het puin vandaan gehaald. Mijn moeder zat tot haar nek toe tussen de brokstukken. Ik heb haar uitgegraven en naar het ziekenhuis gebracht. Ook mijn vader heeft het overleefd. Ik weet niet waar ik toen de kracht vandaan haalde. Nu ben ik uitgeput. Leeg. Mijn leven is verwoest.”

Een dag geleden is het laatste slachtoffer onder het puin vandaan gehaald, vertelt Youssef Idali, die bij de toegang tot het dorp aanwijzingen aan militairen geeft. „Volgens de islam moeten de doden zo snel mogelijk worden begraven. Daarom zijn hier in de buurt diverse massagraven gedolven. Bij de plechtigheid is ook het gebed voor de vermisten opgezegd.”

Zelf was Idali ook in Marrakesh toen het verwoestende natuurgeweld zich voordeed. “Ik wist meteen dat het om een aardbeving ging. Ik ben direct naar buiten gerend. Daarna ben ik mijn familie in Ouirgane gaan bellen. Niemand nam op. Ik dacht dat ze allemaal waren omgekomen of op zijn minst in het ziekenhuis lagen. Uren later hoorde ik van een neef dat ze het ongeschonden hadden overleefd.”

Lakens en dekens

In Agouni, een paar kilometer verderop, is de situatie al even ernstig. Op een helling boven het dorp zijn tientallen tenten neergezet om de getroffen inwoners tijdelijk onderdak te bieden. „Zij hebben geluk”, zegt Mehdi Aitbidari. „Wij hebben tenminste nog een echte tent. De meeste mensen slapen in een provisorisch onderkomen dat ze zelf met lakens en dekens in elkaar hebben geflanst. We zitten hier hoog in de bergen; het koelt hier ‘s nachts flink af.”

Fatima al-Hadad valt hem bij. „Eten en drinken is niet het probleem. We hebben dringend tenten nodig. We liggen nu al ‘s nachts te klappertanden van de kou, laat staan als het straks winter wordt. Dan is het leed helemaal niet te overzien.”

Aitbidari is helemaal uit Casablanca gekomen om in het rampgebied hulp te bieden. En hij is niet de enige, want over de bergwegen rijden talloze particuliere auto’s, volgeladen met matrassen, drinkwater en andere hulpgoederen. „We kunnen hier echt wel eens ruziemaken, maar als er zoiets dramatisch gebeurt, zijn we allemaal één”, zegt Aitbadari stellig.

Onder een tentzeil gluren twee paar kinderogen naar de buitenlandse bezoeker. Ondanks alle ellende lijken broer en zus zich aardig in hun lot te schikken. Ter bevestiging steekt het jongetje zijn duim omhoog.

Zwembad

Op de terugweg naar Marrakesh ontmoeten we Mohammed Aoulouz. Hij loopt moeilijk en zijn beide armen zitten in het verband. „Ik wilde mijn gezin uit ons ingestorte huis in Moulay Brahim redden”, legt hij uit. „Daarbij werd ik geraakt door vallende brokstukken. Mijn familie is gelukkig alsnog ongedeerd uit de puinhopen gehaald.” Ondanks alle ellende staat Aoulouz erop een kopje thee en een schaal koekjes aan te bieden.

Bij het hotel maken gasten plezier in het enorme zwembad. Een groter contrast met de ellende in de bergdorpjes is nauwelijks denkbaar. Maar de scheuren in de muren vertellen een ander verhaal.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer