Traag onderwijs leidt tot motivatie en diepgang
Grote dingen groeien langzaam. Het is daarom nodig dat het onderwijs gejakker tegengaat en de tijd neemt. De tijd om echte kennis te verwerven, diepgang te bereiken en verwonderd te raken. De tijd voor vorming.
Onlangs hoorde ik, bij het afscheid van een vriend en collega, van prof. Marc de Vries en dr. Richard Toes twee mooie verhalen over de lof der traagheid in het onderwijs. ”Slow education” (traag onderwijs) heeft goede papieren. Daar wil ik eerst iets over schrijven. Vervolgens geef ik enkele suggesties voor wat je concreet in de dagelijkse schoolpraktijk kunt doen als leraar en als leidinggevende.
Slow education past in een trend die al langer gaande is. Naar analogie van ”slowfood”, als gezonde tegenhanger van ”fastfood”, zijn er op vele terreinen ”slow”-bewegingen ontstaan. ”Fast” staat voor de McDonaldisering van het leven en is ongezond, onmenselijk, ondiep, onecht. Het is jus zonder vlees en daarmee uiteindelijk zelfs onaf en oneconomisch, al lijkt het misschien andersom.
In 2014 schreven dr. S.M. de Bruijn (nu hoofdredacteur van het RD), collega D. van Meeuwen van het Van Lodenstein College en ikzelf een artikel over ”slow reading”: neem de tijd voor langzaam lezen. In 2012 verscheen een prachtig boek over ”slow medicine” (”God’s hotel”) van Victoria Sweet. Met als boodschap: patiënten zijn mensen en geen machines. In 2007 startte het kwartaalblad ”Slow management” als tegengif tegen allerlei ogenschijnlijk rationele leiderschapspraktijken: je bent een menselijk wezen en niet zomaar een productiefactor. En, ongelooflijk maar waar, er is zelfs iets als ”slow television”.
Behalve dat traag onderwijs deel uitmaakt van een hedendaagse trend van onthaasting, zijn er ook inhoudelijke argumenten voor. Echt kennisnemen van iets vereist aandacht, interesse, verwerking, herkauwen. Dat past niet in een stramien waarin het boek snel uit moet of de tijd op gaat met het invullen van systemen en handelingsplannen met voorgeschreven categorieën. Dat weten we trouwens al heel lang.
Wetenschapspedagoog Martin Wagenschein schreef in 1976 dat haast alles bederft. Erasmus goot in 1529 de fiolen van zijn welsprekende toorn uit over het volstoppen met wetenswaardigheidjes. Augustinus beval rond 400 aan om een selectie te maken van bepaalde bijzonderheden en beslissende momenten en daarbij stil te staan.
Minder en beter
Maar hoe doe je dat concreet in een omgeving waarin van alles lijkt te moeten? Zowel leidinggevenden als leraren kunnen daaraan een bijdrage leveren. De kern daarvan is minder doen en dat beter doen. ”Less is more.” Regelmatig hoor ik van bestuurders, directeuren en docenten over schoolplannen met vele speerpunten. Meer dan drie of vier speerpunten per jaar is echter vragen om problemen. Je produceert dan voornamelijk illusies en tevens wegduikgedrag of werkdruk bij docenten. Je bevordert dan oppervlakkigheid en cynisme. We kennen de vele topprioriteiten van Mark Rutte en weten hoe het afliep.
De crux zit in het bepalen van de beslissende bijzonderheden (Augustinus), die de grootste hefboomwerking hebben, en het wegfilteren van rook en roet. Dat vraagt veel van leidinggevenden in termen van studie, interesse in (het perspectief van) je mensen, het peilen van de omgeving en het kiezen van een koers. Dat dit niet gemakkelijk is, mag geen excuus zijn.
Leraren zouden zich wat minder druk kunnen maken om een lesboek. Wat schiet je ermee op als je alles ”behandeld” of zelfs getoetst hebt, maar leerlingen zich zelfs de kern van wat drie maanden geleden langskwam klaarblijkelijk nauwelijks toegeëigend hebben? Doe meer met minder. Kies regelmatig (bijvoorbeeld per hoofdstuk) een kern, een scharnierpunt. Zoek naar het haakje met de leefwereld van de leerlingen. Als onderwijs het irrigeren van woestijnen is (volgens C.S. Lewis) moet je wel met water komen en niet met zand.
In onderzoek dat we met docenten deden, bleek dat er vaak veel mogelijk is (zie de voorbeelden op driestar-educatief.nl). Traag onderwijs levert heel veel motivatie en diepgang op. Andere lesonderdelen ga je dan wel met de gangbare snelheid langs. Sommige sla je over.
Zolang we iets vanzelfsprekend vinden, ontstaan er geen verwondering en diepgang. Een student moest wat lessen over de Tweede Wereldoorlog geven. Hij ging aan de slag vanuit een plaatselijke herinneringszuil voor een omgekomen piloot. Prachtig om de reacties van kinderen en ouders te zien. Dit vergeten ze niet meer.
Hard werken
Traagheid is geen getalm en ”slow education” is hard werken voor leerlingen en leraren. En dat is prima. De lof der traagheid vraagt om actie, zodat grote dingen kunnen ontstaan, ook al groeien ze maar langzaam. Nu het schooljaar weer is gestart, wens ik leerlingen, leraren en leidinggevenden veel traagheid toe.
Dr. ir. P.M. Murre is lector ”schoolvakken en didactiek vanuit christelijk perspectief” bij Driestar educatief.