Filosoof Kierkegaard dringt aan op een persoonlijke keuze
De mens bestaat tussen tijd en eeuwigheid. Het komt in het leven van de mens aan op het maken van een geestelijke keuze: „Geloven in Christus, óf zich ergeren aan Hem.”
Dat is de conclusie van het eerste hoofdwerk van de Deense denker en theoloog Søren Kierkegaard (1813-1855), ”Of-Of”.
De eerste Nederlandse versie van dit boek verscheen in 2007 bij uitgeverij Boom in de reeks ”Grote Klassieken”. De vertaling met annotatie was van Jan Martquart Scholz. Sinds kort is er bij uitgeverij Damon een nieuwe Nederlandse vertaling van het werk beschikbaar, verzorgd door Annelies van Hees. Zij was ruim 35 jaar docent Deens aan de Universiteit van Amsterdam en ontving verschillende vertaalprijzen. Deze nieuwe versie is een goede en toegankelijke uitgave. Wat is de relevantie ervan?
In ”Of-Of” gaat het over de keuze tussen de esthetische levenshouding (een leven in genot en vrijheid) en de ethische levenshouding (een leven in huwelijk en arbeid). Kierkegaard gaat daarbij in gesprek met de grote filosofische en literaire stromingen die zich in het Denemarken van zijn tijd lieten gelden. Het boek handelt over verliefdheid, liefde en huwelijk, herinnering en hoop, literatuur, beeldende kunst en muziek, natuur en beschaving.
Indirect gaat het daarbij echter over de vraag hoe we als mens tegenover Christus staan. Kierkegaard schreef het boek tegen de achtergrond van de situatie in Denemarken, waar sprake is van een staatskerk: de Evangelisch-Lutherse Volkskerk (Folkekirken) met de koning of koningin van Denemarken aan het hoofd. Als het lidmaatschap van deze kerk beperkt blijft tot een administratief en geografisch gegeven, is het volgens Kierkegaard „goedkoop” om iemand christen te noemen.
Verbroken verloving
Toch schreef Kierkegaard ”Of-Of” en andere werken onder pseudoniem aanvankelijk met een heel ander doel. Hij wilde met zichzelf in het reine komen. In dit werk reflecteert hij op de verbroken verloving met de 17-jarige Regine Olsen. Talloze geleerden hebben zich het hoofd gebroken over de vraag waarom Kierkegaard de relatie met Olsen verbrak. „Kierkegaard kon geen echtgenoot zijn, maar moest een schrijver worden”, stellen Pieter Vosse en Onno Zijlstra in hun nawoord van ”Of-Of”.
Kierkegaard had slechts die ene lezer op het oog: Regine Olsen. In ”Of-Of” stelt hij haar voor de keus om hem als een cynische levensgenieter te zien óf als iemand die dolgraag getrouwd had willen zijn, maar daartoe door schuld of noodlot niet in staat was. Alleen zij zou de talrijke toespelingen op Kierkegaards levensproblematiek kunnen herkennen. Hij brak met Regine, zo wilde hij haar duidelijk maken, omdat hij te zwaarmoedig was om met een vrolijk en onschuldig meisje te kunnen trouwen.
Maar gaandeweg verbreedde Kierkegaard het doel van zijn schrijverschap. Aan het eind van zijn leven besefte hij dat de goddelijke voorzienigheid hem een historische taak had gegeven ten aanzien van de christenheid, met name in Denemarken. Hij raakte ervan overtuigd dat er een profetische opdracht voor hem was weggelegd: in een verburgerlijkte staatskerk moest hij het ware christen-zijn weer present stellen.
Pseudoniemen
Kierkegaard gebruikt in ”Of-Of” een ingewikkeld patroon van pseudoniemen. Het werk valt in twee delen uiteen, die elk zijn geschreven door een andere auteur; Victor Eremita (pseudoniem van Kierkegaard zelf) noemt ze respectievelijk ”Auteur A” en ”Auteur B”. Van Auteur B, de ethicus van het tweetal, komt de lezer ook de naam en het beroep te weten: hij is rechter, gehuwd, en heet Wilhelm. ”Auteur A” belichaamt de esthetiek. Die heeft bij Kierkegaard niet zozeer met schoonheid te maken, maar met het romantische gevoel waarbij sprake is van directe zintuiglijke waarneming.
Eremita confronteert de lezer met het centrale thema: de verhouding tussen innerlijk en uiterlijk. Hij verlangt van zijn vriend ”A” dat hij een ethische levenskeuze maakt. ”B” wijst op het belang van het ethische voor tal van aspecten van het leven. Volgens hem moeten het esthetische en het ethische een eenheid vormen. Bij ”A” zijn innerlijk en uiterlijk volgens ”B” van elkaar gescheiden; daardoor slaagt ”A” er niet in zich met het bestaan te verzoenen. Wilhelm verwijt ”A” onder meer dat hij met zijn romantische liefde in het uiterlijke blijft steken.
Kierkegaard stelt in dit werk dat een pasgeboren kind een eeuwige bestemming heeft. Wanneer de mens het stadium van volwassenheid bereikt, zal het besef dat hij een eeuwige bestemming heeft in hem ontwaken. Zo niet, dan leeft hij volgens Kierkegaard in ”vertwijfeling”. Het streven van ”A” naar genot uit zich in het vermeerderen van tijdelijke goederen, het verwerven van rijkdom, aanzien, macht of een steeds hogere graad van geluk. Maar ten slotte resteert een gevoel van levenswalging, dat zelfs kan leiden tot zelfmoord.
Altijd ongelijk
Het uiteindelijke thema van ”Of-Of” is echter de eenheid van het ethische en het religieuze. Het religieuze als zodanig noemt Kierkegaard in dit werk niet, maar wordt wel onmiskenbaar bedoeld. Voor Victor Eremita is de ultieme keus niet tussen esthetiek en ethiek, maar tussen ethiek en de overgave aan God. Het geloof is, zoals blijkt uit het ”Ultimatum” aan het eind van het boek, de enige mogelijkheid die de mens definitief van zijn „vertwijfeling” kan verlossen. Wilhelm stuurt als ethicus een preek naar een bevriende pastor over „het opbouwende in de gedachte dat wij tegenover God altijd ongelijk hebben”.
Om zijn boodschap over te brengen gebruikt Kierkegaard de ”indirecte mededeling”. Hij wilde zijn lezers opmerkzaam maken op de „inbeelding” waarin zij verkeren, maar besefte dat hij dan niet direct moet beginnen met het poneren van de in zijn ogen ware christelijke leer. De mensen in Denemarken noemden zich immers al christen en lieten zich dat door niemand afnemen. Kierkegaard wilde hen in de situatie opzoeken waarin zij zich bevonden, „in esthetische of hoogstens in esthetisch-ethische categorieën” en hen van daaruit in de juiste richting leiden.
Commotie
Kierkegaards eerste werk onder pseudoniem veroorzaakte veel commotie en was meteen een daverend succes. Het boek wordt al bijna twee eeuwen in vele talen en vanuit een diversiteit aan interesses gelezen. Kieregaard behandelt in ”Of-Of” allerlei pittige onderwerpen. Maar uiteindelijk concentreert hij zich op dat ene belangrijke en actuele thema: de noodzaak van het maken van een keuze in het leven van elk mens. ”Of-Of” vormt ten diepste de basis van Kierkegaards latere boeken, waarin hij stelt dat het geloof in Christus het hoogste doel van de mens moet zijn.
Het fundamentele grondbegrip in Kierkegaards mensbeeld is de ernst van het menselijk bestaan, zo schrijft hij. De „ernst der eeuwigheid” is volgens hem met de komst van Christus urgenter dan ooit. De eeuwige God daalde neer tot mensenkinderen, wat een hoogst ernstige gebeurtenis is, waar ieder mens een antwoord op moet geven, hetzij door aanneming of door afwijzing, stelt Kierkegaard in veel van zijn publicaties.
Door het geloof in de God-mens Jezus Christus wordt de breuk tussen tijd en eeuwigheid hersteld, aldus Kierkegaard. Zolang de mens nog niet verzoend is met God jaagt de eeuwigheid hem angst aan, en is God ook niet de goede Vader voor Zijn kinderen. Kierkegaard wilde zijn tijdgenoten uit de ingezonkenheid van zijn tijd en van de kerk bevrijden en hen voor de dringende keuze stellen. De lezer komt uiteindelijk op het kruispunt: geloven in Christus, óf zich ergeren aan Hem.
Boekgegevens
Of-Of. Levensfragment uitgegeven door Victor Eremita; deel 16 van de Nederlandse Søren Kierkegaard, Annelies van Hees (vert.); uitg. Damon; 864 blz.; € 49,90