De Wereldraad van Kerken strijdt al 75 jaar voor kerkelijke eenheid. Toch komt de jubilerende organisatie, die 580 miljoen christenen zegt te vertegenwoordigen, maar met kleine stapjes vooruit. Zes vragen en antwoorden.
Hoe is de Wereldraad van Kerken ontstaan?
De Wereldraad is geworteld in de negentiende-eeuwse zendingsbeweging, die uitloopt in de eerste Wereldzendingsconferentie in het Schotse Edinburgh in 1910. Andere oecumenische initiatieven in die tijd zijn de bewegingen ”Life and Work” (hulpverlening) en ”Faith and Order” (theologie, sacramenten en kerkorde). Kerkleiders stemmen in 1937 en 1938 voor de oprichting van de Wereldraad van Kerken, maar die wordt uitgesteld door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog.
Op 23 augustus 1948 is het dan zover. In Amsterdam ontmoeten 354 afgevaardigden van 147 kerken uit 44 landen elkaar op de assemblee (vergadering) van de Wereldraad van Kerken. De eerste secretaris-generaal is een Nederlander: Willem Visser ’t Hooft, die de organisatie tot 1966 leidt.
Wie doen er allemaal mee in de Wereldraad?
De Wereldraad heeft zo’n 350 leden uit meer dan 120 landen, die samen ongeveer 580 miljoen christenen vertegenwoordigen. De Wereldraad bestaat tot 1961 alleen uit protestantse kerken: lutheranen, gereformeerden, anglicanen, methodisten en baptisten. Daarna komen de oosters-orthodoxe kerken erbij. De Rooms-Katholieke Kerk ontbreekt, omdat ze vindt dat er alleen maar eenheid kan worden bereikt door terugkeer van alle christenen in de schoot van de moederkerk. Toch is de kerk van Rome waarnemer bij de Wereldraad en participeert ze volop in diverse organen.
Kerken uit Afrika en Zuid-Amerika nemen een steeds grotere plaats in de Wereldraad in. Daardoor verandert de organisatie ook confessioneel van kleur: de veelal liberale kerken in het Westen zijn op hun retour. Ook worden er steeds meer contacten gelegd met kerken die deel uitmaken van de pinkster- en charismatische beweging. Diverse kerken uit Nederland zijn lid van de Wereldraad, onder meer de Protestantse Kerk in Nederland en de Oud-Katholieke Kerk.
De Russisch-Orthodoxe Kerk is de grootste lidkerk van de Wereldraad van Kerken, maar ligt onder vuur vanwege haar steun aan het Kremlin in de oorlog tegen Oekraïne. Even leek het erop dat de Russisch-Orthodoxe Kerk haar lidmaatschap zou verliezen, maar een kerk kan alleen op theologische gronden worden uitgesloten.
Er zijn overigens al langer spanningen tussen orthodoxe en protestantse kerken in de Wereldraad. Zo dreigen de oosters-orthodoxe kerken in 1998 uit de Wereldraad te stappen, omdat ze de protestantse lidkerken uit West-Europa en Noord-Amerika te dominant vinden. Het gaat dan met name om kwesties als de vrouw in het kerkelijk ambt en homoseksualiteit, waarover de westerse kerken liberaler denken.
Hoe is de Wereldraad georganiseerd?
Het hoofdkantoor van de Wereldraad van Kerken bevindt zich in de Zwitserse stad Genève.
De assemblee, het hoogste bestuursorgaan van de Wereldraad, wordt om de zes à acht jaar gehouden. Tijdens de assemblee komt het beleid van de lidkerken aan de orde, worden publieke verklaringen uitgebracht en vallen er besluiten over de strategie voor de komende jaren. Er zijn in totaal elf assemblees geweest: in Amsterdam (Nederland, 1948), Evanston (Verenigde Staten, 1954), New Delhi (India, 1961), Uppsala (Zweden, 1968), Nairobi (Kenia, 1975), Vancouver (Canada, 1983), Canberra (Australië, 1991), Harare (Zimbabwe, 1998), Porto Allegre (Brazilië, 2006), Busan (Zuid-Korea, 2013) en Karlsruhe (Duitsland, 2022).
Het centraal comité is het hoogste besluitvormende orgaan van de Wereldraad, gekozen door de laatst gehouden assemblee. Het centraal comité vergadert om de twaalf tot achttien maanden. Het is verantwoordelijk voor het uitvoeren van het beleid dat vastgesteld is tijdens de laatste assemblee. Het bestuursorgaan bestaat uit ongeveer 150 leden en wordt elke assemblee weer gekozen.
Uit het centraal comité wordt een uitvoerend comité gekozen. De secretaris-generaal, momenteel de Zuid-Afrikaan Jerry Pillay, vervult die functie in zowel het centraal comité als het uitvoerend comité.
Hoe staat het met kerkelijke eenheid?
De zichtbare eenheid van de kerk staat vanaf het begin op de agenda van de Wereldraad. Die streeft echter niet naar een grote superkerk, maar wil vooral een federatief verband van onafhankelijke kerken zijn.
Het rapport ”De Kerk. Op weg naar een gemeenschappelijke visie”, dat in 2013 in het Zuid-Koreaanse Busan wordt aangenomen, definieert de kerk als „plan van de drie-enige God tot heil en verzoening van de mensheid”. De eenheid van de kerk, de mensheid en de schepping horen bij elkaar, stelt de Wereldraad.
De trend is niet langer om eerst theologisch tot overeenstemming te komen, maar om met elkaar op weg te gaan en elkaar zo beter –en ook geestelijker– te leren kennen. Het uiteindelijke doel is het gezamenlijk vieren van avondmaal of eucharistie.
Wat heeft de Wereldraad in 75 jaar tijd bereikt?
De Wereldraad is een soort spin in een web van honderden verschillende kerken wereldwijd. Die werken nu, in meerdere of mindere mate, samen en delen kennis op het gebied van theologie en liturgie of zetten zich samen in voor vrede, gerechtigheid en de schepping. Zo liggen er gezamenlijke verklaringen over onder meer doop en avondmaal. De Wereldraad van Kerken houdt ook ieder jaar een Week van gebed voor christelijke eenheid.
Hoe viert de Wereldraad haar 75e verjaardag?
Het centraal comité van de Wereldraad van Kerken belegt zondag in de Saint Pierre in Gèneve –de kerk van de reformator Johannes Calvijn– een jubileumviering. De Duitse evangelisch-lutherse bisschop dr. Heinrich Bedford-Strohm, moderator van het centraal comité, mediteert over Johannes 1:35-51: „Ziet, het Lam Gods!”
In de ”Visser ’t Hooft Hall” in het Oecumenisch Centrum in de Zwitserse stad vindt ’s middags een jubileumbijeenkomst plaats. Daarin wordt teruggeblikt op de 75-jarige geschiedenis van de organisatie. En vooruitgekeken, naar „tekenen van hoop”.