Opinie
Column: Christelijke juristen gezocht

De ideeënstrijd tussen orthodoxe en moderne overtuigingen zal steeds vaker een juridisch vervolg krijgen. Juristen moeten daarop voorbereid zijn, want die strijd vraagt bijzondere expertise.

De Finse politica Päivi Räsänen bij de rechtszitting in Helsinki, februari 2022. beeld Danielle Miettinen, CNE.news
De Finse politica Päivi Räsänen bij de rechtszitting in Helsinki, februari 2022. beeld Danielle Miettinen, CNE.news

Onlangs was ik in Wenen, in een fraai hotel aan de rand van de oude stad. Van die oude stad heb ik niet veel gezien, want in het hotel organiseerde ADF (Alliance Defending Freedom) een groot congres, en de bijeenkomsten en workshops eisten alle aandacht op. Alle overleggen hadden betrekking op de verdediging van de klassieke vrijheden voor minderheden in Europa. Een aangelegen onderwerp, zou je denken. Maar toch waren er maar heel weinig Nederlanders.

ADF kunt u kennen van de grote rechtszaak tegen de Finse politica Päivi Räsänen, die in haar eigen land wordt vervolgd omdat ze het heeft aangedurfd om in het lhbti-debat naar Romeinen 1 te verwijzen. Medewerkers van ADF ondersteunden het team van advocaten dat Räsänen ter zijde stond.

ADF is een grote, internationale organisatie, met vestigingen in Amerika, in Brussel en een hoofdkantoor in Wenen, en zet zich in voor godsdienstvrijheid, de vrijheid van meningsuiting, de rechten van ouders, het recht op leven, en voor de bescherming van huwelijk en gezin. Dat doet deze organisatie voor iedereen, ongeacht geloof of levensovertuiging. Maar bij de meest in het oog springende zaken ging het vaak om christenen die werden vervolgd om het publiekelijk uiten van hun geloofsovertuiging.

De medewerkers van ADF beschikken over een ruime ervaring en vooral een grote expertise. Ik ben bang dat die ervaring en expertise in Nederland veel minder aanwezig zijn. Dat heeft waarschijnlijk verschillende redenen. Als het bij ons in Nederland om de vrijheid van christenen gaat –hun geloofsvrijheid, hun vrijheid van expressie, hun vrijheid van onderwijs– en om de zorgen die hier in toenemende mate mee gepaard gaan, kiezen we voor twee strategieën. De eerste is vorming, de tweede is lobby.

Persoonlijke toerusting

Bij vorming gaat het om de persoonlijke toerusting van christenen, vorming van hoofd en hart, om ervoor te zorgen dat zij niet alleen de geestelijke strijd van de eigen tijd kunnen doorzien en duiden, maar daarin ook weerbaar zijn. Dit is natuurlijk ook het allerbelangrijkste. Ik heb het idee dat steeds meer mensen dit door hebben, en dat er daarom zo veel belangstelling is voor cursussen en bijeenkomsten waarop die vorming wordt aangeboden.

Daarnaast zijn er tal van organisaties die achter de schermen hun werk doen, contact hebben met ministeries en Kamerleden, en de besluitvorming op aangelegen punten proberen te beïnvloeden door deze stille lobby. Ik denk zomaar dat organisaties als de RMU en de VGS hier veel tijd in steken en dat zij resultaten boeken die zich vaak aan onze waarneming onttrekken. Ook dit werk is dus erg belangrijk.

Maar dan is er nog een derde front, als ik me wat militant mag uitdrukken. Naast de ”battle of ideas” is er ook de ”legal battle”, naast de ideeënstrijd is er ook de juridische strijd. Dat is wat ik daar in Wenen heb geleerd.

Want op een gegeven moment is het natuurlijk zo dat bepaalde wetten, ondanks alle gelobby, ondanks alle maatschappelijke en politieke debatten, worden ingevoerd. Dan kan het, op termijn, over de vraag gaan of Bijbelse noties over homoseksualiteit en transgenderisme nog in het maatschappelijke en politieke debat mogen worden ingebracht. Of over de vraag of christelijke scholen verplicht worden om een meerderheidsopvatting over deze zaken uit te dragen en de christelijke visie hooguit als ‘een perspectief’ ter sprake mogen brengen. Deze confrontatie tussen artikel 1 van de Grondwet en klassieke vrijheden zal in toenemende mate voor de rechter worden uitgevochten. En juist daarom zullen we in de nabije toekomst goede christelijke juristen hard nodig hebben.

Nu snap ik wel dat je geen lucratieve advocatenpraktijk op dit soort zaken kunt bouwen. Wat wellicht ook een rol speelt is vertrouwen in de rechterlijke macht in Nederland. Vorig jaar nog bijvoorbeeld is ds. A. Kort, verdedigd door de seculiere, klassiek-liberale advocaat René de Groot, vrijgesproken omdat zijn uitlatingen volgens het gerechtshof binnen de vrijheid van godsdienst vielen.

Toch dringt de vraag zich op hoe lang die rechtstatelijke welwillendheid bij de rechterlijke macht nog zal blijven bestaan. Alle debatten rondom gender raken immers in toenemende mate geïdeologiseerd. En als de vrijheid van belijden op het spel komt te staan, zijn er ongetwijfeld belangrijkere afwegingen dan alleen de winstgevendheid van een zaak.

Maar dat betekent dan ook dat christelijke juristen zich haastiglijk moeten laten bijspijkeren, en zich extra expertise eigen moeten maken. Een voorbeeld om dat duidelijk te maken. De campagne gendertwijfel.nl zond eerder dit jaar radiospotjes uit tegen de nieuwe transgenderwet. In dat spotje sprak een moeder haar verbazing uit over het feit dat kinderen, als het aan deze wet ligt, hun geslacht kunnen laten wijzigen. Volgens verschillende belangengroepen waren deze spotjes grievend. De Reclame Code Commissie gaf de klagers aanvankelijk gelijk en zei dat de toon van de spotjes „nodeloos kwetsend” was. Gendertwijfel.nl ging tegen deze zaak in beroep en won die zaak. Doorslaggevend was het argument dat het Europese Hof in Straatsburg in enkele eerdere zaken heeft uitgesproken dat de vrijheid van meningsuiting niet alleen de inhoud van een boodschap betrof maar ook de vorm waarin en de toon waarop die inhoud was geformuleerd. De inbreng van dat argument was te danken aan het feit dat iemand van gendertwijfel.nl ook in Wenen op dat ADF-congres was, op het terras van het hotel een sigaartje rookte en aan de praat raakte met iemand die hem dit argument aanreikte.

Gezocht dus: christelijke juristen, die voorzien wat er op hen afkomt en bereid zijn nu een stapje extra te zetten om straks goed beslagen ten ijs te komen.

De auteur is historicus en publicist, en doceert kerkgeschiedenis aan het Hersteld Hervormd Seminarium.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Spotlight

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer