Prof. Kater op congres over misbruik: Geschonden grenzen leiden tot gewonde zielen
Pastoraat verlenen bij slachtoffers van misbruik is als „het binnentreden in het heilige der heiligen”. Grensbewaking is nodig, aldus prof. dr. M.J. Kater, wijzend op de grens tussen „de nodige nabijheid en de gewenste distantie”.
Dr. Kater was een van de sprekers op het congres ”Misbruik en wangedrag in de kerk”, dat vrijdagmiddag aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA) werd gehouden. Het werd georganiseerd door het Kenniscentrum Kerkrecht (KCK) en de TUA.
Dr. Kater, hoogleraar praktische theologie aan de TUA, sprak over ”Grensbewaking bij geschonden grenzen, pastor tussen klem en hoop”. Hij zei dat bij dit onderwerp geen algemeenheden passen, omdat het bij pastoraat in situaties van misbruik gaat om „geschonden grenzen”, met als gevolg „gewonde zielen”. De pastor heeft hier de roeping „zielzorg” te verlenen, wat valt onder „priesterlijk pastoraat”.
Voorhof
In dit verband gebruikte de hoogleraar de metafoor van de oudtestamentische tabernakel of de tempel, met de driedeling van de voorhof, het heilige en het heilige der heiligen. „Het pastorale gesprek bij misbruik begint bij wijze van spreken in de voorhof door overwegend goed te luisteren.”
In de tweede fase –het heilige– kan er voorzichtig over God worden gesproken. De pastor moet beseffen dat het slachtoffer de „diepe wond” ervaart als „gapend gat”. „Het past dan niet God haastig ter sprake te brengen, omdat degene die is misbruikt in die tijd God als de grote Afwezige ervoer.”
Wanneer er ruimte is om als pastor en slachtoffer het misbruik in een gezamenlijk gebed, een trialoog, bij de Heere te brengen, is men in de meest intieme kern van het pastorale gesprek terechtgekomen, „in het heilige der heiligen.”
Als er sprake is van geschonden grenzen moet volgens dr. Kater ook duidelijk worden gemaakt welke grenzen er geschonden zijn. In dit verband stond hij stil bij het vijfde gebod en de uitleg daarvan. Hoewel het vijfde gebod zeker te maken heeft met de gezagsverhouding wordt, aldus dr. Kater, in preken en kerkelijke documenten teveel de nadruk gelegd op de gehoorzaamheid bij de onderdanen.
Niet zelden plegen vaders misbruik bij kinderen met een beroep op de verplichte gehoorzaamheid volgens het vijfde gebod. Volgens de hoogleraar lijden veel preken aan eenzijdigheid als het gaat over het thema gehoorzamen. Dan gaat het uitsluitend over de vraag ”wie moet er gehoorzamen?” en wordt vergeten dat het vijfde gebod in verband staat met de positie van de gezagsdrager. Dr. Kater wees erop dat gezag in de Bijbel een afgeleid gezag is. De gezagsdrager is altijd een representant van God en daarom kan Bijbels gezag nooit onderdrukkend zijn.
Dr. Kater riep de pastors op zichzelf voortdurend voor de spiegel te plaatsen en zich bijvoorbeeld af te vragen: „Wanneer gaat liefde over in zelfliefde? Ben ik niet bezig als pastor mijzelf steeds groter te maken en met alles wat zo mooi lijkt alleen maar bezig mezelf te zoeken?” Aanwezigheid, aandacht en nabijheid is mooi, gaf de hoogleraar aan, maar de pastor moet beseffen dat er grenzen zijn aan die presentie.
Hij wees ook op andere gevaren, bijvoorbeeld dat de pastor meer een politierechercheur wordt of dat hij als doekjes voor het bloeden pleisters op wonden wil plakken.
Verwoestend
Traumaseksuoloog Jantine den Uijl-van Loon hield een lezing over ”Seksueel misbruik (grensoverschrijdend gedrag) binnen geloofsgemeenschappen”. Zij besprak de ingrijpende, levensverwoestende gevolgen van misbruik. „Zodra er seksuele handelingen worden gepleegd met een kind, is het kind in één moment ”kind-af”. De ontwikkeling stagneert. Het kind ‘stolt’, komt terecht in een cocon en is voortaan in de ban van de dader, die volgens de ”verdeel en heers”-methode de regie geheel overneemt”, zo schetste Den Uijl. Ze hield een pleidooi voor de bestrijding van de dwang tot snel ”vergeven en vergeten”, waaraan kerkelijke ambtsdragers zich bezondigen.
In zijn lezing ”Spanning tussen Kerkrecht en strafrecht bij grensoverschrijdend gedrag in de kerk” belichtte mr. Dick Alblas (KCK) de verschillen tussen kerkelijke tucht en het strafrecht. Als kerkelijke tucht enkel gaat via de voorschriften uit Mattheüs 18, dan voelt de benadeelde zich tekort gedaan, zo gaf hij aan.