GlobalRize brengt ranglijst ”onbereikte volken” uit: Bengalen in Bangladesh bovenaan
De internetzendingsorganisatie GlobalRize heeft haar jaarlijkse ranglijst ”onbereikte volken” uitgebracht. Volgens de organisatie is 34 procent van de wereldbevolking nog niet bereikt met het Evangelie. De Bengalen voeren de ranglijst aan.
Dat maakte GlobalRize donderdag bekend. De achterliggende twee jaar bracht de organisatie een ranglijst uit van nog niet bereikte landen, dit jaar heeft de organisatie volken als invalshoek gekozen.
De lijst bestaat uit volken waarvan minder dan één procent van de bevolking christen is. Bovenaan staan de Bengalen uit Bangladesh, een volk dat 157 miljoen mensen telt. Het percentage christenen onder de Bengalen is slechts 0,3 procent.
Marten Visser, directeur van de zendingsorganisatie GlobalRize: „Opvallend is dat gepubliceerde lijst 10 procent van de wereldbevolking omvat, terwijl het hierbij maar om twintig volken gaat. Van de wereldbevolking in zijn geheel is 34 procent nog niet bereikt met het Evangelie, verdeeld over meer dan 6000 volken. Slechts twintig volken met ieder meer dan zeventien miljoen mensen nemen dus 10 procent voor hun rekening.”
Acht van de twintig volken op de lijst bevindt zich in India. De moslimvolken vormen de meerderheid op de lijst: elf van de twintig volken is islamitisch.
Speerpunt
Met deze lijst wil GlobalRize aandacht vragen voor zending onder de nog niet bereikte volken. Daarnaast helpt de ranglijst organisaties om hun zendingsactiviteiten af te stemmen op deze bevolkingsgroepen, aldus Visser. „Ons doel is om meer aandacht te vragen voor het belang van zending, juist onder degenen die nog niet de kans hebben gehad om het Evangelie te horen. Daarom hebben we met veertien zendingsorganisaties en vier ondersteunende organisaties de handen ineengeslagen met de campagne #NoChoice. Ook zij richten zich op de nog niet bereikte volken.”
GlobalRize is het afgelopen jaar nieuwe projecten begonnen onder drie volken die op de ranglijst staan: de Hausa en de Fulani in Nigeria, en de Tadzjieken in Afghanistan. Visser: „Net als in voorgaande jaren staan er veel volken uit India op de lijst. We zien dit land daarom ook als een belangrijk speerpunt. Inmiddels zijn we daar in vier van de twaalf hoofdtalen actief. Binnenkort hopen we ook in de andere acht talen aan de slag te kunnen.”