Mens & samenlevingregenboogfamilie
Baby Sara zet debat over regenboogfamilie op scherp

Als een lidstaat ouderschap van homostellen erkent, moeten alle lidstaten dat doen, besliste het Hof van Justitie van de Europese Unie in 2021. Een opstap naar algemene acceptatie van zogeheten regenboogfamilies in de EU?

Cornelis Boon en Joe-Lize Brugge
7 March 2023 21:09Gewijzigd op 9 March 2023 10:26
beeld iStock
beeld iStock

„Dit bewijst dat de EU een unie van gelijkheid is”, juichte Arpi Avetisyan, van lhbti-groep ILGA na het oordeel van het Hof. Haar organisatie bood juridische ondersteuning in een zaak die de ouders van baby Sara hadden aangespannen tegen Bulgarije. Sara werd door dat land niet als hun kind erkend omdat ze twee moeders had. Die houding schendt het EU-recht, oordeelde het Hof.

Sara werd in 2019 geboren als dochter van een lesbisch stel. Haar ene moeder is een Britse, maar geboren in Gibraltar. Sara’s andere moeder is Bulgaars. Haar ouders woonden sinds hun trouwen in Spanje, waar ook Sara werd geboren. Omdat beide moeders niet de Spaanse nationaliteit hadden, kwam Sara daar ook niet voor in aanmerking. Ze maakte ook geen aanspraak op de Britse nationaliteit. De Engelse wet bepaalt dat een kind van een Gi-
braltarese geen Brits burger mag worden.

Dan naar Bulgarije, dachten Sara’s ouders. Om daar staatsburger te worden, is slechts vereist dat een van de ouders in het land geboren is. De moeders vroegen voor Sara een geboorteakte aan in de Bulgaarse hoofdstad Sofia. Die kregen ze niet, want de Bulgaarse wet bepaalt dat je alleen mag worden ingeschreven als je een vader en een moeder hebt. Ook erkende Bulgarije een geboorteakte uit Spanje niet. Het resultaat: Sara kreeg geen nationaliteit en geen paspoort. Daarnaast kon ze Spanje niet verlaten, omdat ze geen identiteitspapier had.

Ongegrond

Sara’s ouders tekenden bezwaar aan tegen het besluit bij de rechter in de Bulgaarse hoofdstad Sofia. Die vroeg eind 2020 het Hof van Justitie van de EU om raad.

Het antwoord kwam in december 2021. Volgens het Hof was het besluit van de gemeente Sofia ongegrond. Weliswaar verplicht het EU-recht Bulgarije niet het ouderschap van Sara’s moeders te erkennen. Maar vanwege het vrije verkeer van personen, het recht dat EU-burgers zich van lidstaat naar lidstaat mogen verplaatsen en daar verblijven, mocht Bulgarije niet weigeren Sara staatsburgerschap te geven. Bovendien hebben kinderen in de EU rechten die niet door de overheid ingeperkt mogen worden. Zelfs erkent het EU-recht dat ook twee mannen of vrouwen een kind kunnen hebben.

Na de uitspraak van het Hof verplichtte de rechter in Sofia in mei 2022 de autoriteiten een geboorteakte aan Sara te geven met de namen van haar moeders. De overheid in Sofia ging tegen dat besluit eind 2022 in beroep bij het nationale hooggerechtshof. Dat besloot 1 maart dat de zaak niet behandeld kan worden omdat Sara geen Bulgaarse nationaliteit heeft. Tegen deze beslissing is geen beroep mogelijk. Lhbti-organisaties zijn woedend. Ze zeggen dat dit slechts het begin van de strijd is.

Het Hof van Justitie van de EU heeft de rechtszaak van baby Sara een vervolg gegeven. In juni 2022 oordeelde de rechter hetzelfde in een soortgelijke zaak in Polen: „Elk EU-land moet de burgerlijke staat erkennen die mensen in een andere lidstaat hebben.”

Lhbti-strategie

Het oordeel is geen stap om het homohuwelijk in heel de EU wettelijk erkend te krijgen, stelt het Hof. Het gaat volgens de rechter om ongehinderde vrijheid van verkeer. Toch zijn landen als Bulgarije bang dat zij door de uitspraak gedwongen zijn het homohuwelijk, via het EU-recht, te erkennen. In veel Zuid- en Oost-Europese landen mogen mensen van hetzelfde geslacht niet trouwen. Maar als die lidstaten moeten erkennen dat ‘regenbooggezinnen’ een familie vormen, moeten ze ook het huwelijk van mensen van hetzelfde geslacht accepteren, is de gedachte.

Die vrees is niet ongegrond. De laatste jaren is er binnen de EU-instellingen een trend om acceptatie van regenbooggezinnen in de lidstaten te bevorderen. De Europese Commissie, die wetgeving binnen de EU start, installeerde eind 2019 een Eurocommissaris voor Gendergelijkheid en in 2020 is in de Commissie een subgroep lhbti-gelijkheid opgericht.

Maar het kerndocument dat de acceptatie van homo’s, lesbiennes en transpersonen op Europees niveau moet bevorderen, is de lhbti-strategie 2020-2025. „De Commissie is vastbesloten discriminatie van lhbti-personen aan te pakken”, sprak Commissievoorzitter Ursula von der Leyen in 2020 bij de presentatie ervan.

In haar lhbti-strategie zegt de Commissie dat zij met wetgeving „zal aandringen op wederzijdse erkenning van familierelaties in de EU. Als iemand ouder is in één land, geldt dat in alle landen.” Om dat voor elkaar te krijgen stelde de Commissie eind 2022 voor een Europees ouderschapscertificaat in te voeren.

Lidstaten worden zo verplicht elkaars ouderschap te erkennen, precies waarvoor landen als Bulgarije vrezen. Als een Nederlands regenbooggezin met kinderen naar Bulgarije verhuist, zijn de autoriteiten daar verplicht te erkennen dat de partners van gelijk geslacht ouders zijn en een gezin vormen. Daarmee worden landen niet gedwongen het homohuwelijk te legaliseren, stelt de Commissie in haar lhbti-strategie: „Dat is een bevoegdheid van de lidstaten. EU-wetgeving is alleen van toepassing op grensoverschrijdende zaken.”

De Europese Raad en het Parlement moeten het Commissievoorstel nog behandelen. Daar kan het op forse tegenstand rekenen van politici uit Zuid- en Oost-Europa, waar traditionele familiewaarden hoog in het vaandel staan. Zij zien het voorstel als een eerste stap om lidstaten zeggenschap over gezinsbeleid te ontnemen en de acceptatie van lhbti’ers in de EU te promoten.


RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer