We hadden ineens vreselijk veel zin in poffertjes. Ik denk dat we de overdaad aan oliebollen en appelflappen alweer waren vergeten. De meningen over de lieve kleine minipannenkoekjes zijn hier in huis verdeeld. Sommigen eten ze graag uit zo’n zak van de supermarkt, anderen gruwen daarvan. Ze smaken misschien niet zo zuur als kant-en-klare pannenkoeken vaak doen – krokant vanbuiten en lekker zacht vanbinnen zijn ze zeker ook niet.
Als het aan mij ligt, bakken we ze dus zelf. De ene keer volgens recept zus, de andere keer volgens recept zo. En ook wel eens met een bakmix, ja hoor. Dat is amper makkelijker, maar op de een of andere manier voelt zo’n pak toch als iets heel handigs. Over mixen gesproken: ik kocht deze maand een mix voor kwarktaart (iets met een verjaardag en favoriete taart van het feestvarken) en verbaasde me erover dat je zomaar vier euro neertelt voor wat suiker, gelatine en een paar gemalen koekjes. De duurste ingrediënten –slagroom, kwark en boter– moet je zelf nog toevoegen. Ik bezocht niet de goedkoopste supermarkt, maar toch.
Voor de poffertjes van deze week zijn alleen basisingrediënten nodig. Meel en melk vooral. Met de soorten kun je naar wens variëren. Of bak de gezonde poffertjesvariant met banaan (zie de tip).
