Economiesanering visserij

Urker visser viert dankdag terwijl de kotter bij de sloop ligt

Urk viert op Oudejaarsdag traditiegetrouw zijn dankdag voor de visserij. De jonge Albert Romkes „van de UK 1” gaat met gemengde gevoelens naar de kerk. De familiekotter wordt gesloopt, de bemanning moet op zoek naar ander werk. „Ik ben zeker dankbaar, maar het voelt toch anders.”

31 December 2022 12:50Gewijzigd op 21 February 2023 14:45
Albert Romkes op de havenkade in Urk. Op de achtergrond de vijfde Urker boomkorkotter -van een andere eigenaar- die momenteel wordt onttakeld en straks naar de sloop gaat. beeld Freddy Schinkel
Albert Romkes op de havenkade in Urk. Op de achtergrond de vijfde Urker boomkorkotter -van een andere eigenaar- die momenteel wordt onttakeld en straks naar de sloop gaat. beeld Freddy Schinkel

Urker vissers worden in het dorp vaak aangeduid naar het scheepsnummer. Sommige namen komen zo vaak voor, dat zo’n toevoeging onmisbaar is. „Albert Romkes? Welke? Oh, van de UK 1. Zeg dat dan meteen”, luidt het dan.

De 37-jarige visserman, getrouwd met Hennie en vader van drie jonge zoontjes, zal zijn bijnaam nog lang houden. Tradities zijn taai in Urk. Maar zoals het er nu naar uitziet, is hij de laatste die naar het schip met het iconische nummer wordt genoemd (zie kader).

Alberts grootvader, ook een Albert, is met het familiebedrijf begonnen. Zijn vader en oom zijn de huidige eigenaren, hijzelf is de enige van de derde generatie aan boord. De familie heeft de kotter aangemeld voor de saneringsregeling die het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) in september openstelde. Eind oktober maakte het schip zijn laatste visreis naar de Noordzee. Daarna is de kotter in de haven van IJmuiden afgetuigd. Nog bruikbare onderdelen zijn verkocht. In de week vóór Kerst is het onttakelde schip naar een sloperij in Kampen gesleept. Daar gaat in het nieuwe jaar de knipschaar erin. Bestemming: oud ijzer.

Het laatste jaar was een moeilijk jaar. De prijs van de gasolie, brandstof voor de scheepsmotor, steeg vooral na de Russische inval in Oekraïne naar ongekende hoogte. Tientallen grote Nederlandse kotters voeren maandenlang niet uit, omdat de opbrengst van de vangst simpelweg niet opwoog tegen de kosten.

Ook de UK 1 verstookt tijdens een visweek van maandag tot en met vrijdag zo’n 30.000 liter gasolie. „Toch zijn wij steeds blijven vissen, in de hoop dat het tij zou keren”, zegt Romkes. „Als je stilligt, gaat je schip achteruit en loopt je bemanning weg. Daarom gingen we door. Maar er moest elke week geld bij. Onze besomming (opbrengst van de gevangen vis, TR) ging helemaal op aan de olieboer. Dat houdt een keer op.”

18925105.JPG
De onttakelde UK 1 wordt van IJmuiden naar een sloopbedrijf in Kampen gesleept. beeld Pieter Hoefnagel

Vernieuwing

Drang om te vernieuwen kan de familie Romkes niet worden ontzegd. In 2011 was de UK 1 een van de eerste Urker kotters die werd omgebouwd voor de pulsvisserij. Vissen op tong met behulp van elektriciteit leek de innovatie van de eeuw. In plaats van met ijzeren kettingen die over de zeebodem slepen, wordt de vis met stroomstootjes opgeschrikt zodat ze omhoog zwemt en in het net terecht komt.

„Pulsen” vergt veel minder trekkracht van het schip dan de traditionele boomkor. Daardoor gebruikt de motor tot wel de helft minder brandstof. Ook de zeebodem wordt minder beroerd. Allemaal voordelen, zo leek het. Maar na een Franse lobby van kleinschalige vissers en milieuactivisten –die de aantoonbaar onjuiste bewering verspreidden dat vis geëlektrocuteerd zou worden– besloot Brussel tot een verbod. Zo’n tachtig Nederlandse kottervissers waren de dupe, onder wie de familie Romkes. „We hebben er precies tien jaar mee gevist. Toen moesten we terug naar de boomkor.”

Toen Albert veertien jaar geleden aan boord stapte, had hij behalve zijn Havo en diverse visserijpapieren ook een hbo-diploma bedrijfskunde op zak. „Ik zat vol idealen om ons bedrijf vooruit te helpen. Zo hebben we een tijdje een deel van onze vis zelf vermarkt. Die sorteerden we aan boord en verkochten we aan een leverancier van restaurants. Maar het was te bewerkelijk en we konden slechts kleine hoeveelheden leveren, zodat we er uiteindelijk weer mee moesten stoppen.”

Intussen werd het schip ouder. De motor was al eens gereviseerd, andere onderdelen slijten en zouden op termijn tegen hoge kosten moeten worden vervangen.

„Maar dan nog zouden we met een schip varen dat niet meer bij deze tijd past. Destijds, met lage olieprijzen, was vissen met grote schepen rendabel. Tegenwoordig moeten de kosten omlaag. Kleinere schepen, lichtere motoren, grotere schroeven, duurzamere technieken. De boomkor met zijn bodemberoering ligt voortdurend onder vuur. Die raken we een keer kwijt. De banken zijn al terughoudend om geld beschikbaar te stellen voor een schip als het onze.”

Emotie

Toen de uitkoopregeling werd opengesteld, hakte de familie Romkes de knoop door. „Je emotie zegt: doorgaan tot we erbij neervallen. Maar als je je gezonde verstand gebruikt, besef je dat je een verantwoordelijkheid hebt, ook naar je gezin toe.”

En dus werd het saneren, ondanks bezwaren tegen de voorwaarden. „We moeten niet alleen onze visvergunning en onze vangstrechten inleveren, we mogen de vergoeding die we krijgen ook niet gebruiken om te investeren in verduurzaming van de visserij. Terwijl de minister dat juist wil stimuleren. In de toekomst wordt de verdeling van vangstrechten zelfs gekoppeld aan de mate waarin vissers duurzaam werken. Dat botst met elkaar.”

De saneringsvergoeding is gebaseerd op de omvang van het schip. Voor de UK 1 komt die uit op zo’n 2,7 miljoen euro, heeft Romkes uitgerekend. Dat geld blijft vijf jaar geoormerkt. Wat na aflossing van schulden overblijft, mag al die tijd niet terugvloeien in de sector. „En dus zullen we er wat anders mee moeten doen, want na drie jaar (termijn waarop een ondernemer een herinvesteringsreserve mag aanhouden, TR) haalt de Belastingdienst een groot deel naar zich toe.”

Romkes bracht het probleem twee weken geleden onder de aandacht van LNV-minister Piet Adema en koning Willem-Alexander, toen die in Stellendam een werkbezoek aan de visserijsector brachten. Romkes was daarbij uitgenodigd. „Adema heeft toegezegd dat hij er nog eens naar gaat kijken. Ik hoop dat er een oplossing komt. Ik zou het geld dat we overhouden wel willen investeren in de sector, bijvoorbeeld door een samenwerking aan te gaan met een collega die doorgaat.”

Dankdag

Vandaag, zaterdag 31 december, schuift Romkes op zijn vaste plekje in een van de banken van de christelijke gereformeerde Maranathakerk. Er is alle reden om te danken, vindt hij. „Met Kerst hebben we samen met de familie gegeten. Vader wees er toen op dat het ons aan niets ontbreekt. Hij heeft gelijk. We leven als familie in harmonie met elkaar en we zitten aan een rijk gedekte tafel, terwijl andere mensen bij de voedselbank moeten aankloppen.”

En er is nog iets, beseft de jonge visser. „We mochten elke week gezond en wel terugkomen van zee.” Zoals elke Urker weet hij dat een behouden thuiskomst niet vanzelfsprekend is. Op het vissersmonument in het dorp staan honderden namen, de laatste uit 2019.

18924931.JPG
„Je emotie zegt: doorgaan tot we erbij neervallen”, zegt visserman Albert Romkes nu de familiekotter gesloopt wordt. „Maar als je je gezonde verstand gebruikt, besef je dat je een verantwoordelijkheid hebt, ook naar je gezin toe.” beeld Freddy Schinkel

Ook Romkes heeft op zee wel gevaarlijke situaties meegemaakt. „Daar staan we meestal niet lang bij stil, het is ons werk”, zegt hij. Maar de afhankelijkheid wordt terdege beseft. De UK 1 voer de haven niet uit zonder dat eerst de Bijbel openging. De laatste jaren, sinds zijn vader aan wal bleef, was hij vaak zelf schipper. Dan had hij de taak om Gods zegen en behoud af te smeken.

„Op zee ervaar je de grootheid van de Heere veel meer dan aan de wal. Vooral bij stormachtig weer besef je je eigen nietigheid”, zegt de jonge visser. „Alle dingen gebeuren niet bij geval. Dat geeft wel wat rust nu het is zoals het is en we de kotter van de hand moeten doen. Maar het doet wel pijn, dat is het menselijke element.”

Uitwaaien

Na dankdag begint een nieuw jaar. Romkes kijkt nog niet te ver vooruit. „Gelukkig staan we niet meteen met lege handen. Na twee maanden aftuigen van onze kotter wil ik eerst even uitwaaien. Daarom ga ik een weekje met een collega mee naar zee.”

Ziet hij zichzelf ooit weer met een eigen schip de haven uitvaren? „Dat was altijd mijn wens, maar wil het er nog een keer van komen dan zal er een gezond financieel plaatje onder moeten liggen. Dat zie ik op dit moment niet.”

En ander werk in de maritieme sector? „Oh, daar is veel geld te verdienen voor mensen die willen aanpakken. En het water trekt me. Maar het probleem is dat je vaak lang van huis bent en dat de zondag in het geding komt. Ik wil niet zeven dagen per week werken. Wij hebben ook nooit op zondag gevist.”


RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer