In de Tweede Kamer bestaan twijfels over het kabinetsplan om door middel van regionale samenwerkingsverbanden het lerarentekort terug te dringen.
Een aantal oppositiepartijen vroeg zich donderdag tijdens een commissiedebat in de Tweede Kamer af of dergelijke verbanden wel een oplossing bieden voor het tekort of dat de overheid op deze manier alleen maar bestuurlijke drukte creëert en leraren alleen verplaatst.
De ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Wiersma en Dijkgraaf, maakten onlangs met de sectorraden in het onderwijs een voorstel voor het aanpakken van het lerarentekort. Onderdeel daarvan is vorming van regionale verbanden van basisonderwijs, voortgezet onderwijs, mbo, vakbonden en lerarenopleidingen. In die regionale verbanden moeten afspraken worden gemaakt over verdeling van beschikbare leerkrachten.
ChristenUnie en SGP plaatsten vraagtekens bij vorming van regionale diensten binnen de samenwerkingsverbanden die onderwijspersoneel aanneemt. SGP-Kamerlid Roelof Bisschop sprak in dit verband van „staatsuitzendbureaus.”
De christelijke fracties heben vragen zich ook af of binnen de samenwerkingsverbanden voldoende ruimte is voor pedagogisch-didactische en levensbeschouwelijke identiteit. Drie hbo-instellingen waar christelijke leerkrachten worden opgeleid, CHE, Viaa en Driestar educatief, legden daar eerder deze week ook de nadruk op in een brandbrief die ze naar de Kamer stuurden.
D66-Kamerlid Paul van Meenen vindt dat scholen zich hier niet zo druk om moeten maken. Volgens hem maakt het niet zoveel uit wie bijvoorbeeld een vak als wiskunde geeft. „Wilt u liever geen wiskundelessen of wel wiskundelessen en dan van iemand die niet precies bij de kleur van school past?” zo vroeg hij zich af.
Minister Wiersma nam in zijn antwoord de kou uit de lucht. Hij benadrukte hij gebruik gaat maken van de bestaande samenwerkingsverbanden en dat er geen nieuwe structuur wordt opgetuigd.
Verder wil de bewindsman geen enkele leerkracht dwingen om op een bepaalde school aan de slag te gaan. Ook zal geen school gedwongen worden bepaalde leraren te accepteren.
Wiersma zal de Tweede Kamer elk half jaar op de hoogte houden van de vorderingen die hij maakt om het lerarentekort terug te dringen.