Complotdenker heeft niets met redelijk argument
Over meer dan de helft van de AEX-genoteerde Nederlandse bedrijven zijn online-samenzweringstheorieën te vinden, blijkt uit onderzoek van BNR. Wat kunnen bedrijven hiertegen doen? „Niet zo veel”, antwoordt filosoof en complot-expert Cees Zweistra. Wat niet betekent dat hij geen advies heeft.
Het zou volgens BNR gaan om bedrijven als Shell, Unilever en Albert Heijn. Die worden op sociale media beschuldigd van onder meer satanisme, pedofilie en moord.
BNR startte vorige maand een onderzoek nadat alternatieve media uit de Verenigde Staten een bezoek brachten aan een distributiecentrum van Picnic in Almelo. Bill Gates zou daar, volgens de verslaggevers, een geheime kweekvleesfabriek hebben.
Betekenisloos
Zweistra trekt het verschijnsel breder. „Niet alleen bedrijven, maar ook overheden en ngo’s hebben hier mee te maken.” Reageren met gefundeerde tegenargumenten heeft niet zoveel zin, zegt hij. „Het gaat hier namelijk niet om kritiek, maar om complotdenken; dat zijn twee heel verschillende dingen. Critici willen oplossingen en verbeteringen bewerkstelligen, complotdenkers niet.”
Om dit te begrijpen, moeten we volgens Zweistra terug naar de vraag waarom de complotdenker in alternatieve waarheden gelooft. Dat doet hij volgens de filosoof omdat hij zichzelf betekenisloos en unheimisch voelt in deze wereld. Door een alternatieve wereld op te trekken, krijgt de complotdenker grip en een zekere mate van controle die hem het idee geeft toch aan het stuur te zitten in een complexe wereld. Het geeft hem een alibi om uiteindelijk met iets heel anders bezig te zijn.
„Ondernemingen die satanisme en pedofilie bedrijven, komen de complotdenker goed van pas omdat hij ze kan beschuldigen van alles wat hem tegenstaat in het leven. Het is dat principe waarbij de ander het altijd heeft gedaan. Dat is een onredelijk uitgangspunt en dus heeft discussiëren op basis van feiten geen zin”, stelt Zweistra.
Bankiers
Op de vraag of dit vroeger anders was, antwoordt hij met ja en nee. „In de jaren dertig van de vorige eeuw vierde het complotdenken hoogtij. Denk aan bankiers en joden, die van allerlei gruwelijke excessen werden beschuldigd. Dat gebeurde ook vaak om de schuld op iemand anders af te schuiven.”
Wat onze tijd anders maakt, is volgens Zweistra de technologische cultuur. „Die brengt niet alleen een enorme verspreiding van dergelijke theorieën teweeg, maar zorgt er ook voor dat de complotdenker steeds verder in een isolement raakt en vervreemdt van de wereld om hem heen. Op sociale media kun je helemaal je eigen gang gaan; je wordt door geen enkele fysieke persoon gehinderd om je complot gestalte te geven.”
Fundamenteel
Concrete oplossingen om het vertrouwen in onder andere het bedrijfsleven weer te herstellen, heeft Zweistra niet. „Er is geen quick fix; daar is het probleem veel te fundamenteel voor.” Negeren is dan ook het devies dat hij heeft, „en heel belangrijk: onderscheid maken tussen kritiek en complotdenken.”
Uiteindelijk moeten we ervoor zorgen dat mensen hun ongenoegen om weten te zetten in constructieve kritiek en niet in absurde theorieën, aldus Zweistra.