Psychiater Radboud Marijnissen: Euthanasie is heel ingrijpende gebeurtenis, ook voor de arts
Over en weer klonken in het afgelopen jaar in de media verwijten tussen psychiaters die euthanasie uitvoeren bij jongeren en vakgenoten die daar zeer bezorgd over zijn. Eén ding maakte een congres donderdag duidelijk: euthanasie gaat geen arts in de koude kleren zitten.

„Ik weet niet of ik het leven van een jongere zou kunnen beëindigen.” Zo’n 2200 psychiaters zitten donderdag in de enorme zaal van congrescentrum MECC in Maastricht. In gerieflijke stoelen, zoals in een bioscoop of concertzaal. Op het podium, in de spotlights, gaat het over wat de president van een internationale organisatie van psychiaters kortgeleden nog „het meest controversiële thema in de psychiatrie” noemde: euthanasie.
Kinder- en jeugdpsychiater Marco Bottelier vertelt aan panelleider journalist Coen Verbraak over een jonge cliënt van hem, 18 jaar oud, die een euthanasieverzoek heeft ingediend. Hij heeft de vrouw gezegd dat hij het traject met haar wil beginnen, maar dat hij niet zeker weet of hij dat ook kan afmaken. De twijfel zit hem onder andere in haar leeftijd, zegt Bottelier. „We weten dat er tot je 23e nog neurobiologische en sociale ontwikkeling is. Er gebeurt nog zo veel.”
Euthanasie bij psychisch lijden nam in de afgelopen jaren een vlucht (zie grafiek). Vorig jaar ging het om 219 gevallen, tegen 138 gevallen in 2023 en 115 in 2022. Overigens gaat het op het totaalaantal euthanasiegevallen om een klein gedeelte, zo’n 2 procent. Verschillende psychiaters uitten afgelopen zomer in de media hun zorgen over euthanasie bij jongeren. Het debat dat daarop volgde was fel en gepolariseerd. Tijdens het landelijke voorjaarscongres van de Nederlandse Vereniging van Psychiatrie (NVvP) in Maastricht is dit jaar veel ruimte vrijgemaakt voor dialoog over euthanasie.
Cultuurverandering
Het uitvoeren van euthanasie vraagt een „giga cultuurverandering” in de ggz, betoogt ouderenpsychiater en onderzoeker Sisco van Veen tijdens zijn bijdrage. „Suïcidepreventie is altijd een van de belangrijkste doelen geweest van psychiaters wereldwijd, het voorkomen dat mensen zichzelf doden. Nu moeten we ineens een klein groepje helpen met sterven. We hebben daar tijd en ruimte voor nodig.”

Het vaststellen van de criteria voor een euthanasie is voor een psychiater „ongelooflijk ingewikkeld”, zegt Van Veen, die tijdens zijn promotiestudie onderzoek deed naar de worsteling van psychiaters met het vaststellen van uitzichtloosheid bij hun patiënten die euthanasie aanvroegen. „We moeten eerlijk zijn: prognoses zijn in de psychiatrie per definitie onzeker.” Toch is dat voor Van Veen geen reden om daarom helemaal geen euthanasie toe te passen bij mensen met psychisch lijden; heeft iemand al heel veel behandelingen gehad, dan kan dat volgens hem toch gerechtvaardigd zijn.
Uiterst middel
Aan het panelgesprek in de grote zaal doet ook psychiater Radboud Marijnissen mee. Hij is voorzitter van de commissie euthanasie en psychiatrie van de NVvP. Hij vindt euthanasie principieel geen behandeling, zegt hij eerder op de dag. „Het is een uiterst middel om het ondraaglijke lijden te stoppen.”
Recent voerde Marijnissen euthanasie uit bij een oudere man met verschillende psychiatrische aandoeningen. Allerlei termen komen voorbij als Coen Verbraak hem de vraag stelt hoe dat was. „Heel ingewikkeld, intensief, mooi, eng.” In eerste instantie vond niet iedereen uit de omgeving dat de man ondraaglijk leed. „Zoiets is heel confronterend. Na zo’n euthanasie stel ik mezelf de vraag: is het goed geweest wat ik gedaan heb?” Uiteindelijk is Marijnissen daar wel van overtuigd, maar het voorval doet hem wel wat. „Euthanasie is een heel ingrijpende gebeurtenis, ook voor de dokter. Voor mij is het heel belangrijk dat de mensen die dicht bij me staan me kunnen steunen.”
Het laatste panellid is ggz-agoog en ervaringsdeskundige Floor van Welie. Zij kreeg zelf een jaar of vijftien geleden een ernstige eetstoornis en vroeg euthanasie aan. Later trok ze haar euthanasieverzoek weer in. „Dan is het heel goed dat je toen niet iemand trof die zei: Ja, mevrouw, ik help u”, stelt Verbraak. „Ik ben heel blij dat een arts met zo’n traject niet over één nacht ijs gaat”, is de reactie van Van Welie. Haar zusje rondde overigens zo’n twee jaar geleden wel een traject af en overleed dus door euthanasie. „Ik heb er vrede mee dat ik nog leef én dat zij niet meer hoeft te leven.”
Welk advies heeft de ggz-agoog voor de zaal met psychiaters voor haar? „Wees niet bang het gesprek te voeren over dood en leven. Aan die aandacht is nog nooit iemand gestorven.”