Christenen boezemen dictators Centraal-Azië angst in
Geen enkel land in de top 50 van de Ranglijst Christenvervolging van Open Doors steeg zo hard als Kirgizië. Ook in buurlanden nam de vervolging toe. Zes vragen aan Jan de Vries, verbonden aan het team van Open Doors in Centraal-Azië.
Alle vijf landen uit Centraal-Azië staan op de ranglijst. Wat kenmerkt de christenvervolging in deze regio?
„In deze voormalige Sovjetrepublieken zien we hetzelfde mechanisme: repressieve leiders vervolgen christenen die hun geloof actief uitdragen. De autoriteiten kennen geen ander voorbeeld uit het verleden dan onderdrukking en zien alles wat hun macht bedreigt, als een gevaar. Religie wordt al snel geassocieerd met loyaliteit aan iets anders dan de overheid, en dat wordt niet getolereerd. Zowel de overheid als de islamitische gemeenschap beschouwt christenen als een bedreiging.”
Waar zijn de regeringsleiders zo bang voor?
„Deze landen zijn onafhankelijk geworden na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. De angst om die macht weer te verliezen –aan Rusland of door interne kwesties– is groot. Elke vorm van tegenstand of oppositie wordt direct de kop ingedrukt. Het merendeel van de bevolking is moslim, maar zelfs de islam wordt onderdrukt wanneer deze te actief wordt, uit vrees voor extremistische aanslagen.
„In landen zoals Kirgizië en Kazachstan neemt geweld toe, vooral tegen ex-moslima’s” - Jan de Vries, deskundige Open Doors
Het christendom wordt als een bedreiging gezien, omdat het invloed kan uitoefenen op de samenleving. In sommige van deze landen komen steeds meer moslims tot het christelijk geloof, wat onacceptabel wordt geacht. Bovendien beschouwen sommige regeringen het christendom als ongewenste, buitenlandse invloed. In Oezbekistan bijvoorbeeld waren in het verleden veel Amerikaanse zendelingen actief.
De presidenten van deze Centraal-Aziatische landen creëerden in de afgelopen jaren zorgvuldig een persoonlijkheidscultus rondom hun eigen persoon. Christenen onderscheiden zich door liefde en zorg voor anderen – vooral voor mensen in de marge van de samenleving, zoals gehandicapten en doven. Dit plaatst de overheid in een kwaad daglicht, omdat de president zichzelf wil profileren als de enige leider die goed zorgt voor zijn volk.”
Hoe pakken de autoriteiten christenen aan?
„Dan gaat het om invallen tijdens kerkdiensten en arrestaties van kerkleiders. Daarnaast wordt vaak onterecht registratie van een kerk geweigerd. Of gebouwen worden gesloten onder verschillende voorwendselen, zoals het niet voldoen aan brandveiligheidsnormen. Dit is allemaal bedoeld om de kleine protestantse minderheid te intimideren. Sommige kerken, zoals geregistreerde baptistengemeenten en Russisch-orthodoxe kerken, worden met rust gelaten zolang ze zich niet bezighouden met evangelisatie en ze met de overheid meebewegen.”
Geen enkel land in de top 50 kende een grotere stijging dan Kirgizië, dat veertien plaatsen steeg. Wat is daar precies aan de hand?
„Kirgizië stond bekend als het minst autoritaire land van Centraal-Azië, maar onder president Sadyr Japarov zijn er steeds meer beperkingen ingevoerd. Hij voelt zich bedreigd door groeiende kerken. Momenteel is er een nieuwe religiewet in de maak, die het moeilijker maakt om een kerk te registreren, bijvoorbeeld door het minimumaantal leden te verhogen. Daarnaast worden kerken verplicht om gedetailleerde informatie over hun leden te delen. Dit leidt tot meer controle, invallen en intimidatie.”
Ook buurland Kazachstan maakte een flinke sprong op de lijst, van plek 47 naar 38. Zijn daar vergelijkbare trends te zien?
„Ja, in Kazachstan zien we ook een toename in onderdrukking. De overheid voert via sociale media en reclameborden campagnes waarin christenen worden afgeschilderd als extremisten. Burgers worden gewaarschuwd om niet naar hen te luisteren of hen te vertrouwen. Dit is een reactie op de groei van kerken en hun actieve evangelisatie.”
De Centraal-Aziatische landen kennen allemaal een grote moslimmeerderheid. Vindt er vanuit die hoek nog verdrukking plaats?
„Moslimbekeerlingen hebben het zwaar. Deze christenen organiseren zich in huiskerken en komen in kleine groepen samen om onder de radar te blijven. Het is lastig om deze groepen in kaart te brengen, omdat ze zo onopvallend mogelijk opereren. Naar schatting gaat het om honderden bekeerlingen per jaar.
De overgang naar het christendom wordt gezien als een vorm van verraad. In landen zoals Kirgizië en Kazachstan neemt geweld toe, vooral tegen ex-moslima’s. In een cultuur van eer en schaamte kan dit leiden tot huiselijk geweld of verstoting. Zoals in het geval van een tiener, Samira, die door haar ouders werd bedreigd: als zij niet met een moslim trouwde, zou ze uit de familie worden gezet.
De vervolging heeft een enorme impact op het dagelijkse leven van christenen. In Kirgizië is het bijvoorbeeld bijna onmogelijk om een christelijke bekeerling te begraven. Daarnaast is er discriminatie op de werkvloer. Zodra iemand christen wordt, krijgt hij een lagere functie, een lager salaris en soms zelfs ontslag.”
Jan de Vries is om veiligheidsredenen een gefingeerde naam.