Van christelijke jeugdherberg tot winteropvang: „We halen wel iedere dag 150 mensen van de straat”
Jeugdhostel The Shelter, aan de rand van de rosse buurt in Amsterdam, fungeert sinds kort als winteropvang voor 150 dak- en thuislozen. Uit de wijk kwamen bezwaren, maar de opvang mag vooralsnog doorgaan, bepaalde de rechter.
Wie christelijk jeugdhostel The Shelter kent van vroeger zal zijn ogen uitkijken. De typerende slaapzalen zijn gevuld met slaappods –houten slaapcabines– waarin de gast zich terug kan trekken. Er ligt een matras, er is stroom, ruimte voor schoenen en een gordijntje om je even helemaal af te sluiten.
„De oude tegeltjes aan de muur zijn gebleven en ook de eetzaal beneden is nog herkenbaar, maar de rest is volledig gerenoveerd”, vertelt Joël Voordewind van Tot Heil des Volks. Hij geeft graag een rondleiding door het gebouw. De eerste verdieping is geschilderd in frisse kleuren en de toiletunits zijn volledig vernieuwd.
„Wat fijn dat je naar mij luistert; dat doet bijna niemand, want ik ben een dakloze” - Joël Voordewind, directeur-bestuurder van Tot Heil des Volks
Het gebouw aan de Barndesteeg is eigendom van de organisatie Tot Heil des Volks (THDV). Het wordt door de organisatie gerenoveerd om in de toekomst niet alleen als jeugdhostel te dienen, maar ook om in de wintermaanden aan 150 dak- en thuislozen een warme en veilige plek te bieden. Maar dat ging niet zonder slag of stoot.
Leger des Heils
THDV werkt in deze samen met het Leger des Heils, zij hebben als partner van de gemeente Amsterdam ervaring met opvang van dak- en thuislozen.
Naana Frimpong is teamleider van de winteropvang in The Shelter. Zij werkt als zorgcoördinator bij het Leger des Heils, maar zwaait in de wintermaanden de scepter bij de opvang van dak- en thuislozen. „Toen ik begon te werken met dak- en thuislozen, ben ik verliefd geworden op de doelgroep en dat is nooit meer weggegaan.”
Samen met Evert Dijkstra, projectleider rondom de opvang, stelde ze een team van 25 mensen samen dat het reilen en zeilen in The Shelter mogelijk maakt. Dijkstra: „Ik heb allerlei functies binnen het Leger des Heils gehad en ik vind het fantastisch om als projectleider echt iets voor de klanten te kunnen betekenen. Het is hard werken, maar we halen wel iedere dag 150 mensen van de straat.”
Er zijn natuurlijk moeilijke klanten bij, geeft Dijkstra toe. „Maar dat is dan ook weer een uitdaging. We werken vanuit contact en niet zozeer vanuit regels, want dat werkt niet.” Frimpong vult aan: „Ik ben hier bijna elke dag, ook als ik vrij ben. Evert en ik moeten elkaar soms naar huis sturen.”
Bezwaren
Vanuit de buurt waren er flinke bezwaren tegen de winteropvang, tot een rechtszaak aan toe. Er werden informatieavonden voor de bewoners georganiseerd waar ook de wethouder aanwezig was. Uiteindelijk wees een enquête in de buurt uit dat er meer mensen voor de opvang waren dan tegen, vertellen Dijkstra en Voordewind.
„Toch moest de rechter eraan te pas komen om te bepalen dat de kans op overlast niet opwoog tegen de mogelijkheid om 150 daklozen van de straat te halen”, zegt Voordewind. Voorlopig is er toestemming om met de opvang van start te gaan, al loopt er nog een bezwaarprocedure.
Dijkstra vult aan: „En daarbij willen we een goede buur zijn. We doen er alles aan om geen overlast te veroorzaken. Zo hebben we de drangers op de deuren opnieuw afgesteld, omdat de buren klaagden over het geklapper.”
De organisatie zorgt ook dat er geen rij voor de deur staat. Wanneer de gasten om halfvijf naar binnen komen, mogen ze niet meer naar buiten tot de volgende ochtend. „De opvang is open tot halftien in de ochtend en daarna zijn ze welkom op de verschillende inloopplekken in de stad.”
Het is uniek dat dit een opvang is met aparte slaapruimtes. Op de eerste verdieping zijn slaapzalen omgebouwd tot units waarin vier pods staan, inclusief een badkamer. Hier hebben 48 dakloze vrouwen vier maanden lang elke nacht een eigen plekje. Niet alleen om te slapen, zij eten op deze bovenverdieping ook met elkaar.
„Ik ben hier bijna elke dag, ook als ik vrij ben” - Nanaa Frimpong, teamleider nachtopvang The Shelter
„Dit is de enige plek met slaappods”, legt Voordewind uit. „Deze zijn gefinancierd door ondernemers uit ons eigen netwerk. In hostels worden ze al meer gebruikt, maar nog niet in de winteropvang. Daarin zijn we uniek.”
Frimpong: „Gasten die vorig jaar ook in de opvang zaten, geven aan dat dit veel beter is. Meer je eigen plek, rust en privacy. Iemand zei dat ze zich altijd erg bekeken voelde.” Waarop Dijkstra aanvult: „Ze lagen eerst met 48 personen op één zaal, hè, in stapelbedden. En dan nu hier in zo’n pod, dat is wel een heel verschil.” Frimpong: „Je kunt je telefoon lekker opladen, je hebt je eigen lampje en eigen ruimte.”
Selectie
Om in aanmerking te komen voor zo’n plek in de winteropvang van vier maanden, zijn een aantal regels van toepassing. Zo moet iemand een binding hebben met de regio Amsterdam en er moet sprake zijn van een bepaalde mate van kwetsbaarheid, vertelt Dijkstra.
Aan de Barndesteeg worden alleen economische daklozen, vrouwen en jongeren (18-27 jaar) opgenomen. Dit kunnen vluchtelingen zijn, maar ook mensen uit Nederland die op straat zijn beland.
Voordat een dak- of thuisloze vier maanden lang in de opvang kan slapen, wordt deze gescreend door de GGD in Amsterdam. Wanneer zij iemand toewijzen aan de winteropvang, dan volgen er winteropvanggesprekken die de teamleider samen met iemand van veldwerk doet. Na een evaluatie bepaalt de GGD wie er in aanmerking komt voor de opvang.
Deze mensen krijgen een ambulant begeleider die kijkt welke stappen naar verdere hulp al tijdens deze periode te maken zijn. Uiteindelijk moet iedereen weer een eigen dak boven het hoofd krijgen. Dat gebeurt bijvoorbeeld via de buurtteams in Amsterdam. Maar het kan ook zijn dat iemand doorgestuurd wordt naar het aanmeldcentrum voor asielzoekers in Ter Apel, zoals onlangs met een zwangere vrouw uit Nigeria gebeurde.
Frimpong voert verdiepende gesprekken met de gasten om te ontdekken hoe ze het beste geholpen kunnen worden. Zo wordt er onder meer gekeken naar het eigen netwerk van de dakloze. „Een van de vrouwen ging op ons aandringen toch navragen in haar netwerk of iemand een plekje voor haar had. Ze woont nu bij een vriendin. Uiteindelijk sliep ze maar twee nachten bij ons.”
Kosten
De gemeente Amsterdam investeert in de opvang en daarmee in het oplossen van de problemen van de gasten. Dit doet zij door middel van subsidies en het huren van bedden in The Shelter, laat een woordvoerder van de gemeente Amsterdam weten. Een opvangplek kost per persoon ongeveer 100 euro per dag. In totaal is er voor de volledige winteropvang 5 miljoen euro door de gemeente Amsterdam begroot.
Er zijn veel meer daklozen dan dat er plek is in Amsterdam. Aan sommige mensen worden alleen noodbedden toegewezen (de zogenaamde winterkouderegeling). Deze gasten komen alleen binnen als het gaat vriezen. In de meeste plaatsen zit de opvang vol en het is over het algemeen geen goede plek, omdat de levens van mensen daar stilstaan. ”Herstel begint met een huis” luidde enkele jaren geleden de titel van een rapport van de overheid over dakloosheid.
Toch maakt een plek in de opvang, of overdag in de inloophuizen, verschil. „Soms luister ik alleen maar en dan krijg ik terug: „Wat fijn dat je naar mij luistert. Dat doet bijna niemand, want ik ben een dakloze. Wat ben ik nou waard?”” zegt Voordewind. „En dan heb ik nog niets gezegd.”