Meer winkelcentra worden een mix van shoppen, wonen en vermaak
Het zal de komende jaren vaker gebeuren dat winkelruimtes worden omgebouwd om aan meer behoeftes te voorzien dan alleen winkelen, zoals fitnessen, werken en wonen. Dat verwacht Hans van Tellingen, directeur van winkelonderzoeker Strabo. Zo blijven winkelcentra aantrekkelijk en blijven minder panden leegstaan.
Vastgoedbeheerder Wereldhave kondigde donderdag aan dat het honderden miljoenen investeert om Nederlandse winkelcentra om te bouwen, zodat mensen er meer kunnen doen dan alleen shoppen. Dit gebeurde volgens Van Tellingen niet eerder op zo’n grote schaal. Veel goed draaiende buurtwinkelcentra zijn al een mengelmoes van winkels, woningen, kantoren, cafés en voorzieningen als apotheken. Wereldhave volgt dit voorbeeld en past het toe op grotere winkelcentra.
Veel van de winkelcentra van Wereldhave staan in middelgrote steden zoals Amersfoort, Arnhem en Tilburg. Het gros van de mensen woont in dit soort plaatsen en daarom valt hier volgens Van Tellingen het meeste geld te verdienen.
Maar dit soort steden heeft vaak ook te maken met winkelleegstand. In Nederland staat nu 7 procent van de winkelpanden leeg. „Zo’n 4 à 5 procent is gezond”, aldus Van Tellingen. Het is normaal dat winkels failliet gaan en dat er nieuwe worden opgericht. Daar is speelruimte voor nodig. De leegstand nam tot 2018 af, maar dat neemt sinds 2019 weer licht toe. Veel horeca trok in de vrijgekomen ruimte. Daar lijkt de rek nu uit.
Daarom zoeken beheerders naar andere manieren om winkelcentra interessanter te maken. Meer functies toevoegen is een manier om dat te doen. Een deel van de oplossing voor leegstand zit volgens Van Tellingen ook in het slopen van winkelpanden waar geen toekomst in zit. „Maar op een heleboel plekken is saneren niet nodig”, nuanceert Van Tellingen. „Op enkele plekken is er zelfs uitbreidingsruimte.”