Zaterdag: De bouwers

Mattheüs 7:24

Een iegelijk dan, die deze Mijn woorden hoort en dezelve doet, dien zal Ik vergelijken bij een voorzichtig man, die zijn huis op een steenrots gebouwd heeft;

Uitleg

De woorden van de Bergrede zijn bij veel mensen bekend. De Bergrede begint met de bekende zaligsprekingen en wie kent deze indringende woorden niet? Om maar één voorbeeld te noemen: Zalig zijn de armen van geest; want hunner is het Koninkrijk der hemelen. Jezus eindigt Zijn Bergrede met een ernstig en vermanend woord: de bekende gelijkenis van de twee bouwers.

Jezus noemt de éne bouwer een verstandige man en de ander een dwaze man. De eerste hoort en doet het Woord van Christus en de ander hoort het Woord van Christus wel, maar geeft er geen gehoor aan. Wat wil dat nu zeggen: ‘het Woord van Christus horen en doen’? Denk aan de voorgaande woorden over de smalle weg. Wie het Woord van Christus doet, wordt aan de vruchten gekend. Johannes spreekt over vruchten der bekering waardig.

Moeten we hier niet denken aan de woorden van Christus Zelf? Gij zult liefhebben den Heere, uw God, met geheel uw hart, en met geheel uw ziel, en met geheel uw verstand. Dit is het eerste en het grote gebod. En het tweede aan dit gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelven. Wie de woorden van deze gelijkenis leest wordt meegenomen naar het aangrijpende moment dat het huis van de dwaze bouwer instort. De kolkende bergstromen sleuren zijn huis mee, wat staat op een zandgrond. Niets blijft er over van het huis. Vaak het Woord van Christus gehoord, maar geen gehoor gegeven aan Zijn Woord.

Zingen: Psalm 18:9

Vraag: Op welk fundament staat ons levenshuis?


Terug naar Bijbel & leesplannen
Deze Bijbelstudie maakt deel uit van een groter Bijbelrooster.
Download het Leesplan als PDF

Alle Leesplan dagen

-Dinsdag: Zaterdag: De bouwers

De woorden van de Bergrede zijn bij veel mensen bekend. De Bergrede begint met de bekende zaligsprekingen en wie kent deze indringende woorden niet? Om maar één voorbeeld te noemen: Zalig zijn de armen van geest; want hunner is het Koninkrijk der hemelen. Jezus eindigt Zijn Bergrede met een ernstig en vermanend woord: de bekende ...

-Woensdag: Dinsdag: Het mosterdzaadje

Vandaag lezen we de gelijkenis van het mosterdzaad. Jezus is bezig met het onderwijs over het Koninkrijk der hemelen. En daarbij gebruikt Hij het beeld van het zaad van de zwarte mosterd. Het zaad is zo groot als een speldenknop. Het is het kleinste zaadje wat met het oog gezien kan worden. Als de mosterdplant volwassen is, is hij ...

-Donderdag: Woensdag: Een vijgeboom

Jezus vertelt aan Zijn hoorders dat iemand een wijngaard heeft met daarin een vijgenboom. Het is de eigenaar te doen om de vruchten. Na verloop van tijd komt hij bij de vijgenboom. Zijn oog speurt naar vruchten, maar hij vindt geen vrucht! Een beeld wat we ook beluisteren in het Oude Testament. Denk aan de gelijkenis van de wijngaard (...

-Vrijdag: Donderdag: Verwachting

In de vorige verzen riep Jezus op tot waakzaamheid. In deze woorden gaat het om trouw: een getrouwe en voorzichtige huisbezorger. Wat zegt Jezus in deze gelijkenis? Hij gebruikt het beeld van een heer die op het punt staat om te vertrekken. Eén van zijn dienstknechten vertrouwt hij de zorg voor het personeel toe. Hij moet hen ...

-Zaterdag: Vrijdag: Lazarus en de rijke man

Er zijn maar weinig mensen die zich realiseren wat de naam ‘Lazarus’ betekent. Dat is jammer, want die naam heeft ons iets te zeggen. De Heere Jezus heeft veel gelijkenissen uitgesproken. Maar zonder namen. Behalve in onze gelijkenis. Een rijke man en Lazarus. Zijn naam betekent: ‘God helpt’. Deze bedelaar verwacht dus zijn hulp van ...

-Zondag: Zondag: Goede Herder

De Kerk van Christus wordt in de Schrift onder tal van beelden getekend. Een daarvan is het beeld van een kudde schapen. Een voor die tijd herkenbaar beeld. Uit het leven van alledag gegrepen. Je moet bij dit beeld wel beseffen dat het hoeden van een kudde geen idyllisch bestaan was. Het was hard en riskant en niet zonder ...

-Maandag: Maandag: Zaad bij de weg

De laatste gelijkenis die we met elkaar lezen is die van de zaaier die het zaad zaait. Ik wil stilstaan bij wat Jezus zegt in vers 4 en 19. Misschien heb je deze woorden al heel vaak gehoord. Maar wat wil het nu zeggen dat het zaad bij de weg valt en door de vogels wordt opgegeten? Jezus legt de gelijkenis ...