Zo’n een op de vijf ouderen is depressief, zo blijkt uit onderzoek van Amsterdam UMC. Toch worden psychische klachten bij 75-plussers nauwelijks herkend. „We schrijven al het ongemak toe aan de ouderdom”, zegt ouderenpsychiater Didi Rhebergen.
Verlies van naasten, lichamelijke aandoeningen, eenzaamheid; ze worden gezien als onoverkomelijk onderdeel van ouder worden. Wie als 75-plusser bijvoorbeeld last heeft van slapeloosheid, krijgt volgens Rhebergen vaak te horen dat het past bij de leeftijd. „En daar gaat het mis. We denken bij voorbaat al te weten waar klachten van senioren vandaan komen.”
Volgens de ouderenpsychiater, die voorzitter is van de ouderenafdeling van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie, is dat een groot probleem. „Veel ouderen kampen met depressies, die daardoor niet of pas in een laat stadium worden gesignaleerd. En zolang de hoofdoorzaak van het probleem, de depressie, niet goed behandeld wordt, verergeren de bijeffecten.”De reden dat de omgeving van de oudere de depressie vaak niet als zodanig herkent, ligt in het feit dat psychische klachten zich op een andere manier openbaren dan bij jongere personen, zegt Rhebergen. „Veel jongeren die kampen met depressieve gevoelens hebben last van somberheid. Bij ouderen treedt dat facet minder op de voorgrond.” Bij senioren uit de depressie zich met name in lichamelijke klachten, zoals problemen met de stoelgang, slaapproblemen, concentratieverlies of zenuwachtigheid. „In zo’n geval denken familieleden of de oudere zelf sneller aan darmklachten of hartproblemen, dan aan een depressie.”
Meestal gaat een oudere dan naar de huisarts, terwijl hij eigenlijk bij de psychiater moet zijn. Dat geeft onnodige druk op de al overbelaste zorg. „Er treedt een vertraging in de herkenning op. De oorzaak van de lichamelijke problemen wordt niet gevonden, dus komt een oudere in de medische molen terecht.” Ondertussen is de kans groot dat de lichamelijke klachten verergeren. „Wie kampt met een depressie heeft zo’n 80 procent meer kans op hart- en vaatziekten en 60 procent meer kans op suikerziekte in vergelijking met iemand zonder depressie”, zegt Rhebergen.
Daarnaast is een onontdekte depressie vaak zwaar voor een partner of mantelzorger. „De oudere kan opeens aanklampend gedrag vertonen, zonder verklaarbare reden angstig zijn of heftig tegen de verzorger uitvallen.” Dat kan familieleden volgens Rhebergen „een gevoel van machteloosheid” geven.
Zelfmoord
Een deel van de depressieve ouderen slaat bij psychische klachten de hand aan zichzelf. Uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat sinds de jaren 70 de meeste zelfdodingen gepleegd zijn onder mannen van 80 jaar en ouder. „Sinds 2001 is dit mede door de euthanasiewet en goede palliatieve zorg wel gedaald, maar 80-plussers zijn samen met de groep 50-60-jarigen, nog steeds de grootste groep”, vertelt de ouderenpsychiater.
Enerzijds komt dat volgens Rhebergen omdat een zelfmoordpoging bij mensen op leeftijd sneller slaagt; in een op de twee gevallen ‘lukt’ een zelfmoordpoging bij senioren, bij jongeren ligt dat met een op de 25 een stuk lager. Rhebergen: „Ouderen plegen vaak zelfmoord omdat ze zich eenzaam of ongelukkig voelen. En daar kunnen we met z’n allen wat aan doen.”
Het is volgens de ouderenpsychiater dan ook belangrijk dat verzorgers en familieleden van ouderen alert zijn op veranderend gedrag. „Als iemand altijd genoot van zijn kinderen of het leuk vond om te reizen en dat op een gegeven moment nog nauwelijks doet, moet er een alarmbel afgaan. Denk niet te snel dat het komt door het verlies van een partner of dat het hoort bij de ouderdom. Het kan wel degelijk een depressie zijn.”
Geen goede zorg
Een depressie bij ouderen is volgens Rhebergen in sommige gevallen ook te voorkomen. „Sta na het overlijden van een partner dicht om je vader of moeder heen. Voorkom dat ze eenzaam worden. En neem hun psychische klachten serieus. Hoe sneller je ze herkent, hoe sneller ze ook verholpen kunnen worden.”
Wie op leeftijd is, kan nog steeds gebaat zijn bij psychiatrische hulp. „Veel mensen denken dat ouderen vastgeroest zitten in patronen en daardoor niet meer veranderen. Een sessie met een psycholoog of psychiater vinden sommigen dan ook overbodig. Maar psychotherapie helpt echt, ook bij ouderen.”
Rhebergen haalt een recent Europees onderzoek aan, waaruit blijkt dat slechts 25 procent van de ouderen met een depressie adequate hulp ontvangt. „Dus in West-Europa ontvangt driekwart van de oudere mensen met psychische klachten geen goede zorg. Dat is schrikbarend. Dit moeten we niet willen voor onze ouderen.”
De ouderenpsychiater pleit er dan ook voor om de stem van ouderen serieus te nemen in de samenleving. „Soms worden ze wat vergeten in onze maatschappij. Hun stem is ook niet het luidst hoorbaar, maar ze verdienen het echt om gehoord te worden.”
Hebt u hulp nodig? Dan kunt u contact opnemen met Stichting 113 Zelfmoordpreventie via 113 of 0800-0113 (24 uur bereikbaar) en 113.nl