Als een wervelwind trok Donald Trump de achterliggende weken in de aanloop naar de midterms door Amerika. Alsof hij campagne voerde voor zijn herverkiezing als president. In zekere zin was dat ook zo.
„Om ons land succesvol, veilig en groots te maken, zal ik het zeer, zeer, zeer waarschijnlijk opnieuw doen”, zei Trump vorige week tijdens een verkiezingsrally in de staat Iowa. Sommige waarnemers verwachten dat hij voor Thanksgiving, eind deze maand, zijn kandidatuur officieel bekend zal maken.
De race om het Congres is voor de oud-president om meer dan één reden van belang. Allereerst omdat hij, net als elke rechtgeaarde Republikein, hoopt dat zijn partij dinsdag bij de midterms de meerderheid zal halen. Wanneer dat gebeurt is zijn grote rivaal, president Joe Biden, immers vleugellam. Wetten en plannen die de Republikeinen niet bevallen komen dan niet meer door het Congres.
Een tweede reden is dat Trump in de achterliggende tijd druk geweest is om de kandidatuur te steunen van partijleden die achter hem staan. Daarbij ging het niet zelden om mensen die nauwelijks politieke ervaring hebben.
Het ging Trump niet alleen om Congresleden en gouverneurs, maar ook om ambtenaren, zoals de Secretary of State. Die moeten toezien op de verkiezingen, vooral in zogenoemde swing states waar de uitslag niet bij voorbaat vast staat. De spannende vraag is of zij bij de midterms worden gekozen. Gebeurt dat inderdaad, dan mag Trump bij de komende presidentsverkiezing er nu al op vertrouwen dat hij in die cruciale staten wint. Deze ambtenaren nemen immers alleen genoegen met een uitslag die hen past.
Uitgekookte strategie
Trump en zijn medestanders geloven nog steeds in de ”Big Lie”, het onbewezen verhaal dat er bij de presidentsverkiezingen van 2020 op grote schaal is gefraudeerd. Omdat de Republikeinse partijtop deze groep niet van zich wil vervreemden, probeert ze zich hiertegen niet te hard uit te spreken.
Inmiddels is het zaadje met twijfel over de verkiezingen ontkiemd in een uitgekookte strategie van de Republikeinse partij. Die strategie houdt in dat ze door het hele land op een zo lokaal mogelijk niveau haar invloed wil vergroten.
De strategie kreeg vorm toen voormalig Trump-adviseur Steve Bannon zijn aanhangers in een podcast opriep zich massaal aan te melden als vrijwilliger bij stembureaus, bij voorkeur in wijken waar overwegend Democratisch wordt gestemd. Na zijn oproep schoot het aantal aanmeldingen omhoog.
Volgens diverse experts worden deze stemmentellers voorafgaand geïnstrueerd hoe ze zoveel mogelijk twijfel kunnen zaaien over de geldigheid van stemmen. Al deze meldingen worden verzameld, zodat ze later als ‘bewijs’ voor verkiezingsfraude kunnen worden aangevoerd. Ook de partij advocaten om dit bewijs aan te voeren in rechtszaken. Ook op leidinggevende posities binnen stembureaus proberen de Republikeinen hun mensen naar voren te schuiven.
Mike Pence
Toch zijn er ook Republikeinen die zich verzetten tegen „het gif” dat Trump uitstrooit. Een daarvan is voormalig vicepresident Mike Pence. Weliswaar uit hij zijn kritiek in voorzichtige bewoordingen, maar zijn standpunt is helder: de uitslag van de verkiezingen moet worden gerespecteerd en met het zaaien van wantrouwen is de democratie in Amerika niet gediend.
Het verschil tussen beiden is de achterliggende weken het meest zichtbaar geworden bij de steun die Trump en Pence gaven aan kandidaten voor het Congres en voor gouverneursposten. Daarbij heeft Trump het meest succes gehad.
Of het Trump lukt om de partij naar zijn hand te zetten, is nog een open vraag. De uitslag van de midterms van dinsdag is een belangrijke aanwijzing. Wanneer zijn kandidaten winnen, dan zal hij zich zeker kandidaat stellen. Verliezen die, dan is dat een bewijs dat zijn invloed tanende is. Geen enkele expert durft een echte voorspelling te doen. Waarover ze het echter wel eens zijn is dat het wantrouwen omtrent de verkiezingen zeer schadelijk is voor het voortbestaan van de Amerikaanse democratie.
Dit is het slot in een serie van vijf over de aanstaande midterms.