Russische pastor: Militaire operatie heeft kerk doen herleven
Ook aan de Russische kant van het conflict in Oekraïne zijn al honderdduizenden mensen de vijandelijkheden ontvlucht. Pastor Aleksander Volkov belandde op de Krim aan de grens als vrijwilliger en gaf de Oekraïners thee, koffie en een bord boekweit.
Lichtbruin gekleurd door de zuidelijke zon kwam ds. Aleksander Volkov (42) vorige week terug van zijn wekenlange verblijf op de Krim. Als voorganger van de evangelische ”Kapel op Golgotha” in de Russische stad Izjevsk trok hij een jaar geleden voor het eerst naar de Krim om daar een nieuwe dochtergemeente op te zetten. De Kapel op Golgotha maakt deel uit van een kerkgenootschap van zo’n twintig gelijknamige gemeenten verspreid over het westen van Rusland.
Toen ds. Volkov in 2021 met steun van zijn gemeenteleden vanuit Izjevsk naar het zuiden trok, had hij natuurlijk niet voorzien dat het conflict in de Donbas zo uit de hand zou lopen. Plotseling bevond de voorganger zich, begin dit jaar, niet langer op een schiereiland dat voor heel Rusland dient als vakantieoord, maar tussen de vluchtelingen uit het zuiden van Oekraïne. „Ik zag de schrijnende nood, de pijn, het verdriet, ja, ik zag de dood in de ogen van mensen die hun naasten zijn verloren. Rouw.”
Toch zag ds. Volkov ook een andere kant. „Dat God door deze militaire operatie iets met de kerk doet, haar doet herleven. God doet alle dingen meewerken ten goede.”
Politiek
„Als het maar niet over de politiek gaat”, begint de Russische voorganger. Waarom niet? „Omdat ik vind dat de kerk zich buiten de politiek moet houden. In de Heilige Schrift zien we dat de kerk zich altijd buiten het politieke systeem bevond. De eerste gemeente was vooral bezig met het prediken van het Evangelie en het maakte niet uit aan wie.”
„Bovendien is het niet mijn roeping om te oordelen wie er gelijk heeft en wie niet in deze militaire operatie”, zegt ds. Volkov. „Ik ben geroepen het Evangelie te prediken en discipelen te maken.”
Dat was ook het doel waarvoor hij een jaar geleden voor het eerst naar de Krim trok: „Jarenlang hebben we met onze leden gebeden om een gemeente op te zetten op de Krim. Uiteindelijk gingen we er in 2021 heen. Niet om vluchtelingen te helpen, maar om een nieuwe kerk te openen.”
Nood
Hoe ds. Volkov uiteindelijk als vrijwilliger aan de grens met Oekraïne belandde, is simpel: „Via gelovige kennissen op de Krim hoorde ik dat er mogelijkheden waren om de getroffen regio’s te helpen. Gelovigen begonnen erheen te rijden. Ze zagen de schrijnende nood en de humanitaire ramp die er zich voltrok.”
Drie maanden lang leefde de Oekraïense bevolking er vrijwel zonder eten, legt ds. Volkov uit. „Het bankensysteem werd door Oekraïne geblokkeerd, dus mensen konden hun pinpas niet langer gebruiken, winkels gingen dicht en er was geen contant geld meer in omloop. Mensen in dorpen konden zich nog in leven houden met de ingemaakte producten in hun kelders, maar in steden en grotere dorpen was dat veel problematischer. We begonnen als kerk geld in te zamelen. We kochten van dat geld boodschappen en maakten voedselpakketten. Die brachten we naar het grensstadje Armjansk. Alleen Oekraïners mochten de grens over, dus we vroegen hun om voedselpakketten te brengen naar de steden.”
Christenen
Volgens ds. Volkov is een groot deel van de vrijwilligers christen. Hoe dat komt? „Wel, God heeft deze situatie gebruikt om de kerk te activeren. Lange tijd was de kerk gewoon een soort vleselijk christendom. Deze situatie heeft dat voor veel mensen veranderd. Ten eerste begon de kerk te bidden. Voorheen kwamen er naar bidstonden misschien twee, drie mensen. Nu wel honderd. Mensen begrijpen de nood, en dat ze fysiek zo weinig kunnen doen. Het enige wat ze kunnen doen, is bidden en vasten, Zijn aangezicht en leiding zoeken.”
Ten tweede, zegt de predikant, werd de kerk ook geactiveerd in gulheid. „Mensen zagen de nood en begonnen geld te doneren. Geld dat ze wellicht zelf nodig hebben, geven kerkleden nu aan humanitaire hulp. Of ze kopen zelf pampers, boekweit of suiker. Daarbij heb ik lange tijd niet zo veel mensen gezien die bereid waren te helpen. Mensen geven zich helemaal. Mensen stapten gewoon in hun auto op missie. Misschien geen missie om in de eerste plaats het Evangelie te prediken, maar wel een goed doel dat deuren kan openen voor persoonlijk getuigen van Christus.”
Vies
Een ander onderdeel van het werk van de honderden vrijwilligers, waaronder ook ds. Volkov, was het welkom heten van de vluchtelingen die de grens over kwamen naar de Krim: „Het zijn mensen die geen dak meer boven hun hoofd hebben. Ze zijn alles kwijt. Ze zijn vies, helemaal zwart, omdat ze maandenlang in een schuilkelder hebben gewoond. Ze zijn enorm dankbaar voor een kop thee of koffie en –sorry voor de details– voor vrouwen simpelweg maandverband.”
De groep vrijwilligers, „van ongeregistreerde baptisten tot leden van ultra-charismatische stromingen”, hielpen de Oekraïners bijvoorbeeld met geld te wisselen, bij logistieke problemen, naar het treinstation te brengen en contact te leggen met familieleden in Rusland. „Mensen hebben vaak geen geld. Als ze een bankpas hebben, werkt die niet op Russisch grondgebied vanwege de sancties.”
Opvallend, aldus ds. Volkov, was dat niemand van de Oekraïense vluchtelingen echt negatieve gevoelens had jegens de Russen. „Geen enkel persoon. Ik hoorde vooral verhalen van de andere kant. Uit Marioepol en Berdjansk bijvoorbeeld. Zij vertellen juist het omgekeerde.” Met een glimlach: „Maar dat is politiek. Nee, mensen zijn blij en dankbaar. Hoe mooi is het dat de eerste mensen die ze in Rusland tegenkomen, christenen zijn. We willen ons niet mengen in het conflict, want uiteindelijk kunnen we toch niet weten wat er zich daarin echt afspeelt.”