Bij een deel van de Tweede Kamer roept een verplichte hybride warmtepomp weerstand op. Minister De Jonge (Volkshuisvesting) moest dinsdagmiddag tekst en uitleg geven.
„Vandaag zien we het begin van de opbouw van een groot dwangsysteem om de energietransitie, waar niemand op zit te wachten, door te duwen.” Met die woorden opende FVD-Kamerlid Jansen zijn bijdrage. Onderwerp van discussie was de maatregel die een hybride warmtepomp vanaf 2026 verplicht stelt als de cv-ketel aan vervanging toe is. Eerder die dag lichtte het kabinet de Kamer in over het besluit.
De PVV, de grootste oppositiepartij, zit op de dezelfde lijn als FVD. PVV-Kamerlid Kops noemde minister De Jonge de „minister van klimaatdwang.”
Ook SGP-Kamerlid Bisschop bevroeg de minister over het verplichtende karakter van het kabinetsbesluit. De SGP’er refereerde aan de traditie waarin naast rentmeesterschap ook „zo ruim mogelijke persoonlijke vrijheid” centraal staat. „Als de minister zo wervelend weet te spreken over de voordelen van de hybride warmtepomp, waarom kiest het kabinet dan voor dwang? Daar is toch geen motivatie voor?” aldus Bisschop.
Minister De Jonge antwoordde in reactie op de SGP’er dat hij bewust niet spreekt van dwang, maar van „normering.” „Normering is echt iets anders dan dwang. In het Bouwbesluit normeren we van alles. We hebben de huidige hr-ketel ook genormeerd. Ik ken eigenlijk niemand die zegt: Ik wil per se zo’n heel oude, waanzinnig inefficiënte ketel van vroeger in mijn huis”, aldus de minister.
Bisschop kon zich in die uitleg niet vinden. „We moeten ons niet laten verleiden tot taalspelletjes. Normering is niets anders dan een verplichting.”
Het Bouwbesluit waar minister De Jonge naar verwees is een wettelijke regeling met voorschriften waar iedereen die bouwt of verbouwt zich aan moet houden. Het ziet erop toe dat bouwwerken geen gevaar opleveren voor bewoner, gebruiker en omgeving. Daarom zijn er voorschriften vastgelegd met betrekking tot veiligheid, gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en milieu.
Voor De Jonge zijn behalve het Bouwbesluit drie andere overwegingen van belang voor het verplicht stellen van de hybride warmtepomp. Allereerst rekende de minister voor dat een warmtepomp beter is voor de portemonnee. De nieuwprijs is zo’n 5000 euro, aldus De Jonge, waar zo’n 1500 euro subsidie vanaf gaat. Uitgaande van een levensduur van vijftien jaar bespaart een consument „tientjes per maand”, zelfs als de gasprijzen weer zouden normaliseren.
Zondvloed
Daarnaast is minder gasverbruik goed voor het klimaat, redeneerde de minister. Hij hekelde de opstelling van FVD in het debat. „Niks doen aan klimaatverandering is een soort na-ons-de-zondvloedhouding. De beste garantie dat die zondvloed nog komt ook, is uw houding aannemen”, aldus De Jonge. Tot slot noemde de minister het doel om op energiegebied minder afhankelijk te zijn van bijvoorbeeld een land als Rusland.
Het is niet voor het eerst dat er in de Tweede Kamer is gesproken over een verplichte hybride warmtepomp. CU-Kamerlid Grinwis wees er gedurende het debat fijntjes op dat de Kamer zich vorig jaar voor een verplichte warmtepomp heeft uitgesproken. Een motie waarin de regering werd verzocht de normering voor hybride warmtepompen voor te bereiden, kreeg behalve van linkse partijen en de coalitie ook steun van SP, SGP en BBB. Deze drie partijen lieten zich dinsdag kritisch uit over het besluit.
Grinwis is juist positief over de maatregel. „Ik vind het een verstandig, goed en dapper besluit van de minister”, aldus het CU-Kamerlid. Hij wees op de enorme vraag die er al is naar hybride warmtepompen. Grinwis drong er bij de minister op aan om huizen van mensen met een laag inkomen beter te isoleren. Dat zorgt voor een hoger rendement op een hybride warmtepomp.