Het College oordeelde dinsdag verder dat het OLVG de discriminatieklacht die Berghouwer in maart 2020 bij het ziekenhuis neerlegde wel zorgvuldig heeft behandeld.

De klachten waren ingediend door Brand Berghouwer, voorzitter van het Transgender Netwerk Nederland (TNN). Hij identificeert zich als man, maar heeft nog wel vrouwelijke geslachtskenmerken.

Berghouwer ging eind 2017 met klachten als somberheid, misselijkheid, hoofdpijn en later ook buikpijn naar de afdeling gynaecologie van het Amsterdamse ziekenhuis. Daar kreeg hij medicatie, maar de klachten hielden aan.

Eind 2019 vroeg hij of het mogelijk was om zijn baarmoeder of eierstokken te laten verwijderen.

Het ziekenhuis vatte dit verzoek op als een vraag in het kader van transgenderzorg. Daarvoor voert het aan dat het er alle schijn van had dat Berghouwer de operatie wilde in het kader van zijn lichamelijke transitie. Hij drong namelijk aan op de operatie terwijl deze medisch niet geïndiceerd was, aldus het ziekenhuis.

Twee gynaecologen vertelden hem dat een eventuele operatie alleen zou plaatsvinden na evaluatie door een psycholoog gespecialiseerd in genderzorg, volgens de Kwaliteitsstandaard Transgenderzorg–Somatisch.

Verboden onderscheid

Met het volgen van die standaard maakte het ziekenhuis volgens het College een zogenaamd verboden onderscheid. „De gynaecologische zorgvraag van de transman was namelijk niet veranderd. Hij heeft door de tijd heen pijn gehouden. Hij heeft om de operatie gevraagd als een mogelijke oplossing voor zijn klachten.”

Het college noemt als doorslaggevend aspect om tot dit oordeel te komen dat het ziekenhuis „geen lichamelijk onderzoek heeft verricht om de medische noodzaak van een operatie vast te stellen of uit te sluiten.” Daarmee is sprake van ongelijke behandeling, aldus de instantie in een niet-bindend oordeel.

Berghouwer noemt de uitspraak „historisch.” Volgens hem laat het mensenrechtencollege er „geen twijfel meer over bestaan dat je als transgender persoon evenveel recht hebt op goede zorg als ieder ander.”

Het OLVG zei dinsdag dat de uitspraak duidelijk is. Het ziekenhuis liet weten die „zeer serieus” te nemen. „Wij hadden in deze situatie anders moeten handelen,” is de conclusie. „We gaan hierover met elkaar in gesprek om er zo van te leren en om dit te verbeteren.”