Tijd is kostbaar. Waar zijn we druk mee tussen 7.00 en 19.00 uur? Willem Wezelman is eigenaar van een duw- en sleepboot.
„Mijn wekker gaat op maandagochtend om vier uur. Een halfuur later rijd ik met mijn jongere broer Pieter-Jan Urk uit, op weg naar ons schip, de duw- en sleepboot Jennie – genoemd naar mijn vrouw. De Jennie ligt momenteel in het Wilhelminakanaal in Noord-Brabant. We werken mee aan een waterbouwproject van de firma Hakkers uit Werkendam. De betonnen beschoeiing langs de oevers wordt vervangen door een stalen damwand.
Mooi werk is dat, de waterbouw. We beginnen om zeven uur en werken tot vier uur, daarna zijn we vrij. Dat is voor ons doen relaxed. We moeten met de Jennie een ponton steeds een stukje verplaatsen, waarna het met stalen palen in de grond wordt verankerd. Op het ponton staat de kraan. Omdat ons schip het grootste deel van de tijd stilligt, kan ik assisteren bij het eigenlijke werk. Dat levert ons extra inkomsten op.
Bij een eerdere klus vervoerden we op het Markermeer zand voor Boskalis. Dat was bestemd voor de versterking van de dijk tussen Hoorn en Amsterdam. Daar hadden we soms werkdagen van zes uur ’s ochtends tot elf uur ’s avonds. Dat is toch een beetje eigen aan ons vak: je weet wel hoe laat je begint, maar vaak niet hoe laat je klaar bent.
Varen doe ik al mijn hele werkzame leven. Eerst, nadat ik in 1989 van de visserijschool kwam, als visser op de Noordzee. In 2007 kreeg ik de kans om voor mezelf te beginnen in de binnenvaart. Ik kocht de Jennie van een kennis. Het schip is in 1954 gebouwd, als havensleepboot voor Rotterdam. In 2020 heb ik 250.000 euro geïnvesteerd in een nieuwe motor met katalysator en roetfilters. We stoten vrijwel geen stikstofoxiden en fijnstof meer uit. Je kunt bij wijze van spreken een laken voor de uitlaat hangen. Daarmee ben ik voorbereid op de toekomst, want de milieueisen worden steeds strenger.
Opdrachtgevers benaderen mij meestal rechtstreeks, maar ik laat het papierwerk over aan een bevrachter. Die krijgt daarvoor een vaste provisie. Ik probeer een goede band op te bouwen met de uitvoerders en mijn werk zo goed mogelijk te doen. Dan bellen ze me voor een volgende klus weer. Er is trouwens werk genoeg in de binnenvaart. Ik moet regelmatig bedanken.”
Dit interview vond plaats vóór het ongeval met het Urker binnenvaartschip Mar-Grethe op 14 april. Eén opvarende wordt nog vermist. Wezelman wenst de betrokken families de steun van God toe.
Willem Wezelman
Leeftijd: 49
Opleiding: visserijschool, SW-4 (stuurman/werktuigkundige vissersvaartuigen), schipper binnenvaart
Functie: eigenaar duw- en sleepboot
Woont: met vrouw en zes kinderen, waarvan één getrouwd, in Urk
Zelf ook enthousiast over je werk? Meld je dan aan voor deze rubriek via vrijdag@refdag.nl
Ondernemer of knecht?
„In de visserij verhuurde ik me als ‘knecht’ van kerst tot kerst. Elk jaar was ik vrij om naar een andere schipper over te stappen. De eerste boomkorkotter waar ik op voer, was de UK 177. Later viste ik op de LT 60, onder Engelse vlag. Bokken (vissen met de boomkor, TR) op schol. Mooi werk, maar lichamelijk best zwaar. Ik dacht erover om voor mezelf te beginnen. Die kans kreeg ik in 2007, toen ik van een kennis zijn duw- en sleepboot kon overnemen. Het kwam op mijn pad. Ik was 35. Ik heb er nooit spijt van gehad. De vrijheid op het water, de afwisseling, mijn eigen koers varen. Nadeel van het ondernemerschap is dat ik niet thuis kan blijven als ik een keertje ziek ben. En in het weekeinde heb ik de rompslomp van de boekhouding. Maar dat heb ik er graag voor over. En ik ben dankbaar dat ik in die vijftien jaar nooit zonder werk heb gezeten.”
Thuis of aan boord?
„Ik vaar al veertien jaar samen met mijn broer Pieter-Jan. We hebben allebei onze papieren voor schipper en kunnen elkaar vervangen. Slapen doen we negen van de tien keer op locatie. Het is vaak te ver rijden om naar huis te gaan. Soms rijden we op woensdagavond naar Urk, om de week te breken. Maar de volgende ochtend om kwart over zes zijn we weer aan boord. In het gezin komt veel op mijn vrouw terecht. Zij is dat als vissersdochter gewend, net als veel andere Urker vrouwen. Ook een van onze dochters is met een visserman getrouwd. Het mooiste moment van de week is als ik vrijdag tegen de avond weer thuis kom. Dan wacht ze me op met koffie en een gebakje. Een journalist vroeg eens of ik het niet moeilijk vond van huis te zijn. Ik zei: „Ons huwelijk begint elke vrijdag opnieuw, we verlangen steeds weer naar elkaar.””
Water of land?
„Op het water zijn, geeft altijd een gevoel van vrijheid. Dat is zo op zee, dat is ook zo in de binnenvaart. ’s Avonds mag ik na gedane arbeid in de stuurhut graag naar buiten kijken. We liggen vaak op de mooiste plekjes. De ene keer zien we ’s ochtends de zon boven de weilanden opkomen, een andere keer liggen we vlakbij een bos. Bij een vorige klus lagen we vaak voor anker op het Markermeer. Zo’n zonsondergang op het water, die mis je op het land. Wij zijn natuurlijk altijd buiten. We zien de schepping om ons heen, net als een boer. De zorg voor die schepping brengt ook verplichtingen met zich mee. De grote uitdaging voor de binnenvaart is de transitie naar schone motoren. We lopen daarmee achter op het wegtransport, maar de komende jaren gaat onze sector een grote inhaalslag maken. Ons schip is gelukkig al voorbereid.”
Dit interview vond plaats vóór het ongeval met het Urker binnenvaartschip Mar-Grethe op 14 april. Een opvarende wordt nog vermist. Wezelman wenst de betrokken families de steun van de Heere God toe.