Ze geven een tentamen voorrang op huishoudelijke klusjes, volgen ’s avonds college en combineren hun studie met een deeltijdbaan. Hoe is het om als student ‘op leeftijd’ weer in de studieboeken te duiken? „Ik merk wel dat mijn hersencellen niet meer zo jong zijn als twintig jaar geleden.”
Kees Eijkelboom (45)
… staat sinds kort weer voor de klas
Zijn schoolloopbaan en carrièrepad zijn naar eigen zeggen niet standaard. Na de mavo, tuinbouwschool, twee jaar havo, de pabo in deeltijd en een aantal jaren werken als hovenier, op een accountantskantoor en in het onderwijs in Zuid-Afrika en Nederland, kwam Kees Eijkelboom bij stichting Friedensstimme terecht.
Maar na negen jaar als bureaucoördinator was hij eraan toe om zichzelf verder te ontwikkelen. „Ik denk dat de mens geschapen is om te woekeren met zijn talenten. Ik heb goed nagedacht over wat Gods bedoeling met mijn leven is. Verder nam ik mijn voorliefde voor taal en lezen mee in mijn beslissing.”
In de afgelopen zomervakantie solliciteerde hij op een vacature voor een docent Nederlands bij het Hoornbeeck College in Gouda. Eijkelboom werd aangenomen. Om zijn lesbevoegdheid te behalen, volgt hij nu de lerarenopleiding Nederlands aan de Driestar hogeschool in Gouda.
Hij kon kiezen voor een verkorte zijinstroomroute, maar vindt het mooi om de diepte in te duiken. Daarom doet hij de opleiding in vier jaar. „Op dinsdag- en donderdagavond heb ik college en daar geniet ik erg van. Ik vind het fijn om bezig te zijn met mijn hersenen en om iets voor de studie te moeten doen. Het is veel leer- en leeswerk en dat vereist een strakke planning. Tegelijkertijd is het belangrijk om er niet al te strak mee om te gaan. Als ik een keer iets niet af krijg, ga ik wat langer door of kom ik de volgende ochtend eerder uit bed. Wel merk ik dat mijn hersencellen niet meer zo jong zijn als twintig jaar geleden. Sommige dingen, zoals
zinsanalyse en zinsontleding, gingen me vroeger gemakkelijker af dan nu. Aan de andere kant vind ik het eenvoudiger om lange en moeilijke teksten te lezen dan de meeste van mijn jongere medestudenten.”
Eijkelbooms vrouw en vier kinderen reageerden positief op de carrièreswitch van hun man en vader. „Als gezin houden we van taal en lezen. Mijn kinderen vinden het alleen maar logisch dat ik iets met de Nederlandse taal ga doen. Ze geven me zelfs adviezen over hoe ik als docent voor de klas moet staan en wat ik vooral niet moet doen.”
Het lesgeven is even wennen, vindt Eijkelboom. „Van nature ben ik introvert. Daardoor kost het me veel energie om voor een klas te staan en in een dynamisch team mee te draaien. Maar ik kan erg genieten van de contacten met leerlingen en ik vind het mooi om iets voor hen te kunnen betekenen.”
Arjan Duijzer (36)
… switcht van ICT naar hulpverlening
Hij heeft een heuse carrièreswitch gemaakt: van softwareontwikkelaar naar hulpverlener.
Arjan Duijzer heeft een achtergrond als ICT’er, maar zit sinds september weer in de collegebanken voor de deeltijdstudie social work aan de Christelijke Hogeschool Ede. Een flinke verandering. „Ik had al langer de wens om iets voor mensen en de maatschappij te betekenen en psychologie heeft me altijd geïnteresseerd. Mede door de coronapandemie zie ik steeds meer mensen met psychische problemen. Ik wil mensen graag helpen om daarmee om te gaan.”
Hij belde verschillende mensen die werkzaam zijn in de hulpverlening om ze te vragen naar hun ervaringen. „Ook vanuit het geloof was ik ermee bezig. Wat is de weg die ik moet gaan? Uiteindelijk besloot ik om social work te gaan studeren.”
De vader van drie kinderen studeert veel thuis en heeft eens per drie weken een contactdag op school. Hij vindt het fijn om docenten te zien, colleges te volgen en contact te hebben met medestudenten.
Naast zijn studie werkt Duijzer nog drie dagen per week in de ICT. Verder loopt hij één dag per week stage. De overige dag gebruikt hij om thuis te studeren. „Ik heb deze keuze uitvoerig met mijn vrouw besproken en zij steunt mij volledig. De studie is goed te combineren met mijn werk en het gezinsleven, maar ik moet wel keuzes maken in wat ik wel en niet doe. Zingen is mijn passie en ik ben lid van een kamerkoor, maar daar ben ik voorlopig mee gestopt.”
Op dit moment loopt Duijzer voor zijn studie stage bij Huizen van Hoop in Gorinchem, een instelling waar mensen met psychiatrische of verslavingsproblematiek begeleid wonen. Daar loopt hij mee met hulpverleners. „Zo maak ik kennis met het groepswerk. Ik vond het spannend om te beginnen, want het is een totaal andere omgeving dan waarin ik normaal gesproken werk. Ik maak bijvoorbeeld crisissituaties mee en ik heb gesprekken met bewoners: dat is mooi om te doen.”
Het studeren bevalt Duijzer goed. „Het is leuk en leerzaam. Wel voel ik een druk om er steeds mee aan de slag te gaan. Maar ik ben gemotiveerd, dus dat gaat vanzelf. In de eerste weken van de studie kreeg ik veel informatie te verwerken en moest ik allerlei nieuwe systemen leren kennen, maar nu weet ik hoe alles werkt. Ik hoop me de komende tijd verder te ontwikkelen en me door middel van stages te oriënteren op een baan die bij me past.”
Dorine Beens-van der Lelij (49)
… studeert pedagogiek vanuit huis
Na het afronden van de havo en de pabo ging Dorine Beens uit Genemuiden aan de slag als groepsleerkracht. Ondertussen trouwde ze en na de geboorte van haar tweede dochter deed ze invalwerk. „Later gaf ik schoolkinderen met een zorgbehoefte individuele begeleiding. Maar nadat onze vierde dochter geboren werd, stopte ik volledig met werken. Het was goed om thuis te zijn bij de kinderen.”
Hoewel het huismoeder zijn Beens goed beviel, begon het op een gegeven moment te kriebelen. „Naast de zorg voor ons gezin wilde ik weer iets gaan doen.”
Ze las een oproep van de gemeente Zwartewaterland voor iemand die in een ouderklankbordgroep mee wilde denken over jeugdhulp en opvoedingsondersteuning. „Dat heb ik met veel plezier gedaan. Na verloop van tijd kreeg ik de tip om pedagogiek te gaan studeren. Ik dacht dat ik dat nooit zou kunnen, maar mijn man zei: „Als je het nu niet doet, komt het er nooit meer van.” Mede daarom startte ik in 2014 een thuisstudie hbo pedagogiek aan het NTI in Leiden.”
Inmiddels is Beens zeven jaar aan het studeren. Dit voorjaar hoopt ze haar studie af te ronden. „Een thuisstudie is pittig, omdat je geen contact hebt met medestudenten. Het vereist veel discipline. Regelmatig gaf ik een tentamen ook wel voorrang op huishoudelijke klusjes. Aan de andere kant kan ik studeren wanneer het uitkomt. Daardoor heb ik genoeg tijd voor de kinderen.”
Momenteel is Beens bezig met haar scriptie. Het is een onderzoek in opdracht van de gemeente Zwartewaterland. „Ik onderzoek of de opvoedingsondersteuning van de gemeente aansluit op de behoeften van ouders en kinderen. Het is erg veel werk en daardoor verloor ik voor het eerst in al die jaren de moed om door te gaan met de studie. Gelukkig heb ik doorgezet.”
Spijt van haar keuze om pedagogiek te gaan studeren heeft Beens niet. „De inhoud van de studie spreekt me erg aan en ik heb er veel van geleerd. De opleiding is een verrijking van mijn leven.”
Wel had ze achteraf liever gekozen voor de klassikale variant van de studie. „Dan had ik contact met medestudenten en was ik waarschijnlijk al klaar geweest.”
Na haar studie wil Beens graag in de ambulante hulpverlening werken of op een andere manier ouders ondersteunen in de opvoeding van hun kinderen. „Er komt vast iets moois op mijn pad.”