Lockdown: lege winkelstraat in Amersfoort
De winkelstraten zijn leeg. Nederland is opnieuw in lockdown. „Deze keer zal de regering in elk geval niet het verwijt krijgen dat ze te laat reageert.”
Een theeschenkerij in Amersfoort heeft een bordje buitengezet om te laten weten wat er nog wél kan: „Lunch afhalen, kerstfeest bezorgen.” Even verderop in de Langestraat belooft een restaurant „gezonde gerechten, met liefde bereid.” Potentiële klanten mogen watertanden; daar blijft het nu even bij. Net als bij ”In den kleinen hap”, waar nu even niets te verhapstukken valt, niet groot en niet klein.
De filiaalhoudster van textielzaak Zeeman vindt de situatie maar „balen”, zeker nu in de week voor Kerst de deuren dicht moesten. „Eerder mochten we nog tot vijf uur ’s middags open zijn. Dat is er nu ook niet meer bij.”
Click en collect, dat mag nog wel: klanten kunnen telefonisch of via internet een bestelling plaatsen en ontvangen bericht hoe ze die veilig kunnen afhalen. Het personeel zet het spul klaar bij de deur. Betalen? Graag contactloos.
Het zijn allemaal maatregelen om het aantal besmettingen zoveel mogelijk in te dammen. „Het is wel een beetje terecht, hoor”, zegt een vrouw achter een wandelwagen-met-dik-ingepakt-kind. „De cijfers zijn hoog, in de ziekenhuizen is het druk.” En al dalen de aantallen besmettingen en ziekenhuisopnamen nu weer even, gevreesd wordt dat de omikronvariant van het coronavirus de cijfers binnenkort weer omhoog zwiept. Vandaar dat de regering zaterdagavond een „harde lockdown” afkondigde; Nederland ging zondagochtend om vijf uur –in de woorden van premier Rutte– op slot.
In de Amersfoortse Langestraat steekt een man een peilstok in een put. Pilonnetje links, pilonnetje rechts, maar er zijn weinig mensen die in de diepte zouden kunnen tuimelen. Zelfs het carillon doet een beetje aarzelend als het wat onbestemde klanken over de keien strooit.
Schichtig
Achter een etalageruit wordt een doos opengerukt en past een kind een laars. Het gaat een beetje schichtig. De manager komt de hele winkel doorgelopen om te vertellen dat hij „helemaal niets” mag zeggen van het hoofdkantoor.
Levensmiddelenzaken mogen openblijven. „Dat voelt raar”, zegt de dame van een koffiezaak. „Gewoon heel vervelend voor de collega’s die dicht moeten.” En in de straat is het „gewoon niet leuk”, zo zonder het gebruikelijke geroezemoes. „De gezelligheid is eruit.”
De vaste klanten blijven wel komen. „Je mist extra aankopen van mensen die zomaar binnenlopen. Maar wij hebben niets te klagen.”
Stefan van Lunenburg van de Wolkyshop klaagt ook niet, al ziet hij het omzetverlies al voor zich. Zijn schoenen kan hij nu alleen online kwijt. „Dus ’s morgens de bestellingen klaarmaken, daarna op de postbode wachten. De rest van de dag hebben we niets te doen.” Begrip heeft hij wel voor de maatregelen: „Als hiermee erger voorkomen wordt, is het de moeite waard.”