Drugssmokkelaars benaderen actief vissers in economische problemen. De meesten wijzen de aanbiedingen af, maar de economische malaise in hun sector maakt hen wel kwetsbaar voor criminele netwerken. Dat komt naar voren in de studie, die werd gedaan door bureau Mehlbaum Onderzoek.

Veldwerk in de havens van IJmuiden, Urk en Den Oever, waarbij onder anderen met tientallen vissers en andere mensen uit de visserijsector is gesproken, geeft een beeld van de methode waarmee vissers drugs aan wal brengen. Cocaïne wordt eerst via containerschepen vervoerd uit het productieland en vervolgens op de Noordzee overboord gezet. Later worden de partijen door vissers of andere professionals opgevist.

Daarbij kunnen vissers betrokken zijn die kwetsbaar zijn om geworven te worden voor maritieme drugssmokkel, of mensen uit de visserij die „te typeren zijn als criminele sleutelfiguren en die contact hebben met de criminele netwerken die de drugshandel organiseren”, aldus de onderzoekers.

„Een goede informatiepositie” is belangrijk voor de politie om de smokkel te bestrijden. „De politie en andere overheden ervaren de visserij echter vaak als een gesloten gemeenschap. De diensten hebben maar beperkte informatie bij visserijgemeenschappen. Zowel bij de overheid als bij de visserij is sprake van negatieve beeldvorming en wantrouwen jegens elkaar.”

Als aanbeveling geven de onderzoekers daarom mee dat de politie en overheden moeten „investeren in deze relaties” en „vertrouwen moeten opbouwen”.

Politie en Wetenschap is een onderzoeksprogramma waarbinnen wetenschappelijk onderzoek wordt verricht ten behoeve van de politie. Het programma bestaat sinds 1999 en vervult naar eigen zeggen „een brugfunctie tussen wetenschap en politie”.