Tjeenk Willink ziet „betonrot” in democratische rechtsorde
De dreigende woorden van FVD-Kamerlid Pepijn van Houwelingen aan het adres van zijn D66-collega Sjoerd Sjoerdsma zijn „weer een stapje in de betonrot die onze democratische rechtsorde uitholt”.
Dat zegt Herman Tjeenk Willink, minister van staat en voormalig vicevoorzitter van de Raad van State, in Met het oog op morgen.
Van Houwelingen viel Sjoerdsma eerder deze week hard aan op de steun van zijn partij voor het coronabeleid van het demissionaire kabinet. Hij beet hem toe dat „zijn tijd nog wel komt” en dat er „tribunalen” komen. Dat de FVD’er zich later verdedigde door te zeggen dat die opmerking niet persoonlijk bedoeld was, maakt op Tjeenk Willink geen indruk. „Het is erger. Hij bedreigt het hele stelsel.”
Tjeenk Willink waarschuwt al langer voor de gevolgen van de voortdurende verruwing van de omgangsvormen in de politieke arena. „Mij is de afgelopen 30 jaar vaak verweten dat ik te somber zou zijn”, zegt hij. „Misschien was ik niet somber genoeg.” De bestorming van het parlementsgebouw in de Verenigde Staten eerder dit jaar door aanhangers van voormalig president Donald Trump heeft volgens hem laten zien waar die verruwing toe kan leiden.
Parlementariërs hebben zich te houden aan afspraken over hoe met elkaar om te gaan, vindt de oudgediende van PvdA-huize, die eerder dit jaar nog werd ingeschakeld om als informateur de vastgelopen kabinetsformatie vlot te trekken. Zij moeten zich tolerant opstellen, altijd het compromis zoeken en iedereen in zijn waarde laten. „Dit gaat daar doelbewust tegenin.”