Het verschijnsel complottheorie is niet van vandaag of gisteren. Door de eeuwen heen is er gespeculeerd over mogelijke verklaringen voor ingrijpende gebeurtenissen. Samenzweringen spelen in zulke verklaringen vaak een rol en daarom spreken we van complottheorieën.
In onze tijd nemen die complottheorieën een hoge vlucht. Aanleiding dus om na te denken over vragen zoals: hoe ontstaan zulke theorieën, wat staat de bedenkers ervan voor ogen, hoe komt het dat zulke theorieën nogal eens breed gedragen worden, hoe zijn ze te beoordelen, en wat zeggen ze over degenen die ze de wereld in helpen? Cees Zweistra, filosoof en docent rechtstheorie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, heeft met zijn boek ”Waarheidsdenkers” een zeer originele bijdrage aan deze bezinning gegeven.
Op 8 oktober stond er in het Reformatorisch Dagblad een interview met de auteur waarin hij de inhoud ervan kort weergeeft. Filosofen worden er nog weleens van beticht niet de meest toegankelijke teksten te schrijven, en dat zal best weleens waar zijn, maar van het boek van Zweistra kan niet anders gezegd worden dan dat het leest als een trein.
Zweistra’s bijdrage aan de discussie bestaat uit twee hoofdbestanddelen. In de eerste plaats introduceert hij een indeling van complottheorieën in twee soorten: klassieke en moderne. In de tweede plaats laat hij zien welke belangrijke plaats technologie moet innemen in de verklaring van het ontstaan en succes van complottheorieën. Ten slotte biedt Zweistra een remedie tegen de onvrede waaruit met name de moderne complottheorieën bestaan.
John Kennedy
Klassieke complottheorieën in de indeling van Zweistra, worden daardoor gekenmerkt dat ze op de een of andere manier een oorsprong hebben in de fysieke wereld. Het gaat dan om echt gebeurde dingen die om een verklaring vragen. Bekende voorbeelden zijn de moord op de Amerikaanse president John F. Kennedy en de aanslag op de Twin Towers en het Pentagon waarvan de datum zo bekend is dat die tot ”9/11” kan worden afgekort. Officiële verklaringen die gegeven worden, zijn vaak onvolledig en bevatten onderdelen die niet geloofwaardig overkomen. Dat is voldoende voor bedenkers van complottheorieën om een alternatieve verklaring te bedenken waarin een complot de hoofdrol speelt. Er worden dan relaties gelegd met andere feiten die de te verklaren gebeurtenis in een ander licht zetten.
Dat de alternatieve verklaring op haar beurt ook hiaten en onwaarschijnlijke elementen bevat, weerhoudt de complotdenkers er niet van om een bijna absoluut vertrouwen te stellen in hun alternatieve verklaring. Zulke theorieën zijn niet onschuldig. Ze kunnen mensen in een kwaad daglicht stellen zonder dat daar voldoende aanwijzingen voor zijn.
Bekend is de complottheorie over Bill Gates die het coronavirus de wereld in gestuurd zou hebben om mensen te kunnen injecteren met een chip die geleidelijk hun hersenen uitschakelt en hen overlevert aan de macht van Gates. Dat dit een toch wel groteske omweg zou zijn om iets te bereiken wat Gates al volop heeft, deert de bedenkers en aanhangers van deze theorie niet. Ondertussen wordt Gates wel zwaar beschuldigd. Zeker vanuit christelijk perspectief is dat bedenkelijk als de „twee of drie getuigen” ontbreken.
Uit het niets
Moderne complottheorieën verschillen van hun klassieke soortgenoten daarin dat er vrijwel geen oorsprong te vinden is in de fysieke werkelijkheid. Het verhaal komt helemaal uit het niets op. Zweistra noemt het voorbeeld van een restaurant in de Verenigde Staten waar Democraten in de kelder kinderen zouden verkrachten. In Nederland hebben we een soortgelijk verhaal over een begraafplaats in Bodegraven. Voor deze verhalen bestaat geen enkele empirische grond. De theorie ontstaat en bestaat dan ook niet in de fysieke maar in de virtuele wereld.
De bedenkers van zulke theorieën zijn teleurgesteld in de fysieke wereld, misschien doordat ze hun baan kwijtgeraakt zijn of door een echtscheiding. Ze vluchten dan in een virtuele wereld die ze helemaal naar hun eigen hand kunnen zetten. Daar zijn ze heer en meester en is waar wat zij voor waar houden. De technologie van internet en sociale media faciliteert hen daarin.
Hier ligt een heel interessante verbinding met de techniekfilosofie, waaruit Zweistra enkele bekende namen aanhaalt, zoals die van Don Ihde en Albert Borgmann. Zweistra mag dan wel rechtsfilosoof zijn, hij geeft er blijk van ook goed bekend te zijn in de techniekfilosofie. Zowel Ihde als Borgmann heeft, elk op een eigen manier, erop gewezen dat de technologie zich tussen ons en de fysieke werkelijkheid inschuift en daarom onze blik op die werkelijkheid verandert. Zeker Borgmann waarschuwt voor de mogelijkheid van ”disengagement” en vervreemding die daarvan het gevolg kunnen zijn.
Wortel
De remedie tegen het ontstaan van moderne complottheorieën ligt in het bestrijden van de wortel van het probleem. De bedenker is zijn ‘thuis’ in de fysieke werkelijkheid kwijtgeraakt. Wanneer hem of haar weer zo’n thuis geboden wordt, valt de behoefte om te vluchten in een virtuele werkelijkheid weg. Zweistra verwijst hier naar het begrip ”wonen” zoals dat door de bekende Duitse filosoof Heidegger is gebruikt in zijn voordracht uit 1951: ”Bauen, wohnen, denken” (waarvan de opname op internet staat; een van de weinige mogelijkheden om de stem van Heidegger te horen). Vanuit christelijk standpunt bezien behoeft dit advies wel een verdieping. De dichter van Psalm 4 belijdt dat alleen de Heere hem veilig kan doen wonen. Een levende relatie met de Heere is de beste remedie tegen de behoefte aan een vlucht uit de werkelijkheid.
Op de kaft van Zweistra’s boek staan als aanbevelende kernwoorden van filosoof en theoloog Paul van Tongeren: „Rijk, prikkelend, spannend.” De eerste twee kwalificaties bevestig ik graag; de derde wordt in de loop van het boek helaas steeds minder van toepassing. Er wordt nogal wat in herhaald en dezelfde boodschap zou wel op de helft van het aantal pagina’s gepast hebben. Soms maakt de tekst zelfs de indruk dat het bestaande teksten zijn die aan elkaar gevoegd zijn en voorzien van ‘ritssluitingen’.
Dat neemt niet weg dat het boek zo origineel is dat het de moeite van het lezen zeker waard is. Zweistra levert een boeiende bijdrage aan de bezinning op complottheorieën en die bezinning is in onze tijd bepaald geen overbodige luxe.
Boekgegevenss
Waarheidszoekers, Cees Zweistra; uitg. KokBoekencentrum; 320 blz.; € 24,99