KPMG-rapport kritisch over coronabeleid
Het kabinet heeft de achterliggende anderhalf jaar grote steken laten vallen in de bestrijding van het coronavirus. Daardoor scoort Nederland internationaal gezien matig qua gezondheidsschade en economische impact van het virus.
Dat blijkt uit een kritisch rapport dat adviesorganisatie KPMG deze donderdag naar buiten heeft gebracht. Zo koos Nederland aan het begin van de pandemie voor een krap testbeleid, terwijl de Wereldgezondheidsorganisatie juist opriep om mensen zoveel mogelijk te testen: „test, test, test.”
Ook besloot het kabinet als een van de laatste Europese landen voor de invoering van een mondkapjesplicht. Diverse studies wezen intussen op het (beperkte) beschermende effect van mond-neusmaskers. Door het terughoudende beleid en door schaarste moest zorgpersoneel lang zonder beschermingsmiddelen zijn werk doen.
Het kabinet week deels af van de vaccinatiestrategie van de Gezondheidsraad, die adviseerde van oud naar jong te vaccineren. Dit heeft volgens de onderzoekers mogelijk geleid tot meer coronasterfte en extra druk op de ziekenhuizen.
Groepsimmuniteit
Nederland koos aanvankelijk voor een beleid gericht op groepsimmuniteit en het vertraagd laten rondgaan van het virus, terwijl de WHO juist adviseerde corona zoveel mogelijk in te dammen. Landen met een succesvol indambeleid, zoals Australië en Denemarken, hadden een veel beperktere oversterfte –respectievelijk 4600 en 1000 sterfgevallen– dan Nederland: 24.000. Ook voor de economie was indambeleid gunstiger geweest: zo groeide het bruto binnenlands product (bbp) van Australië en Denemarken met respectievelijk 1,9 en 1,3 procent, terwijl het bbp van Nederland met 0,2 procent daalde.
Het kabinet ging bij een aantal grote beslissingen uit van een optimistisch scenario. Beter was geweest het voorzorgsprincipe te hanteren, stellen de onderzoekers.
Een recent voorbeeld van een te optimistisch beleid zijn de versoepelingen op 30 juni, waarna het aantal besmettingen snel toenam. Hierdoor raakte een deel van de bevolking besmet voordat zij de kans kreeg zich te laten vaccineren. „Alhoewel het aantal ziekenhuisopnames wellicht enigszins zal meevallen, zal een aanzienlijk deel van de jongeren mogelijk blijvende ziektelast ondervinden van Long Covid”, schrijven de onderzoekers.
Het rapport noemt een aantal adviezen ter voorbereiding op toekomstige pandemiën. Een daarvan is het aanpassen van de wet- en regelgeving, zodat in crisissituaties ook bekwame, maar onbevoegde verpleegkundigen kunnen bijspringen in het ziekenhuis.
Opvallend genoeg ontraden de onderzoekers het uitbreiden van het aantal ic- en ziekenhuisbedden. Omdat de overheid steeds stuurde op ziekenhuisbezetting, zou een grotere beschikbaarheid van ic-bedden volgens de onderzoekers tot een soepeler beleid en daardoor meer gezondheidsschade hebben geleid.
Aan de start van de pandemie werd duidelijk hoe afhankelijk Nederland is van landen als China en India voor eenvoudige producten als mondkapjes en testmateriaal. Daarom achten de onderzoekers het raadzaam na te denken over welke producten en technologieën binnen de grenzen van de Europese Unie geproduceerd zouden moeten worden.