Moet het voor transgenders makkelijker worden om het geslacht in de geboorteakte te veranderen? Deze vraag ligt nu voor in de Tweede Kamer. Als het aan Caroline Franssen ligt, kiest het parlement hier níet voor. De Culemborgse juriste en feministe ziet vergaande consequenties.
Het idee is dat het voor transgenderpersonen zwaar is dat een psycholoog of arts eerst moet beoordelen of de gewenste geslachtsverandering diepgevoeld en duurzaam is. Zo’n verklaring vormt een inbreuk op iemands zelfbeschikkingsrecht, aldus minister Sander Dekker van Rechtsbescherming. Daarom wil hij deze laten vervallen en zou het verzoek van de transgender, de zogenaamde zelfidentificatie, genoeg moeten zijn. Hij wil het bovendien voor jongeren mogelijk maken dat ze voor hun zestiende het geslacht op hun geboorteakte kunnen aanpassen. Het gaat om een papieren aanpassing, die los staat van de biologische geslachtsverandering.
Op het eerste gezicht is het een humane gedachte, zegt Franssen. Tegelijk ziet ze alleen maar haken en ogen. Probleem voor de voorzitter van de feministische stichting Voorzij is dat het voor iedereen gevolgen heeft als het gemakkelijker wordt om de geslachtsregistratie te wijzigen.
„Dat geldt zeker vrouwen en meisjes. Zelfidentificatie van transgenderpersonen tast hun privacy, waardigheid, veiligheid en rechten aan.” Reden waarom Franssen deze week via sociale media Nederlanders opriep om Kamerleden aan te schrijven. Hiervoor plaatste ze op de website van Voorzij een voorbeeldbrief.
Franssen: „Mensen moeten wakker worden. Wordt het wetsvoorstel aangenomen, dan kan iedere man zich als vrouw laten registreren. Een zedendelinquent zal van deze mogelijkheid graag gebruikmaken, want er is dan geen controle meer op. Vrouwen zullen hem moeten toelaten op plaatsen waar mannen nu niet welkom zijn. Ik denk aan vrouwengevangenissen en blijf-van-mijn-lijfhuizen, maar ook aan meer alledaagse ruimtes als toiletten en kleedkamers. Van vrouwen wordt verwacht dat ze allerlei concessies doen om mannen tegemoet te komen, maar mijn idee is: laat biologische mannen gewoon naar mannenruimten gaan.”
Familierecht
Het wetsvoorstel betekent volgens Franssen ook het einde van de vrouwensport. „Als mannen hun geslacht op papier kunnen veranderen, kunnen ze als vrouw deelnemen aan wedstrijden en zullen vrouwen nergens meer winnen. Heb je als mannelijke gewichtheffer weinig succes, dan kun je wel als transvrouw scoren. Mannen zijn nu eenmaal sterker, dus feitelijk betekent dit de afschaffing van de vrouwensport.”
Franssen wijst erop dat wijziging van de geslachtsakte ook gevolgen heeft voor het familierecht. „Als de wet het makkelijker maakt om van geslacht te veranderen, kan iemand na een geslachtswijziging een homoseksuele partner hebben, terwijl je voorheen als man en vrouw was getrouwd. Engeland kent hiervoor het ”spousal veto”, waarmee echtgenoot of echtgenote een genderverandering kan stoppen. Wat zelfidentificatie van transgenders voor het familierecht betekent, vraagt in Nederland echt nadere bestudering.”Een ander punt dat Franssen onderstreept, is dat genderzelfidentificatie cijfers en statistieken onbruikbaar maakt. „Het zal misdaadcijfers, medische onderzoeken en bevolkingsonderzoeken en inkomenscijfers vertroebelen. Misdrijven gepleegd door biologische mannen zullen geregistreerd worden als misdrijven van vrouwen. Salarissen verdiend door transgendermannen zullen te boek komen te staan als salarissen van vrouwen. Zo zullen meer statistieken vervuild raken.”
Franssen ziet daarnaast een concreet gezondheidsgevaar voor vrouwen en transgenders zelf, omdat het niet vermelden van het feitelijke geslacht in een ziekenhuis tot misinterpretatie van symptomen kan leiden. „De symptomen van een hartaanval zijn voor mannen en vrouwen verschillend. Ook dreigen verkeerde behandelingen, omdat een mannelijk en vrouwelijk lichaam nu eenmaal verschillen en medicatie ook anders voorgeschreven wordt.”
„Als het alleen maar individuele gevolgen had, kon ik ermee leven”, zegt Franssen. „Al is het aanpassen van een geboorteakte hoe dan ook raar. Hiermee wordt een feitelijke onjuistheid als een waarheid opgenomen. Mensen kunnen aan cosmetische chirurgie doen en hormonen nemen, zodat het lichaam meer lijkt op dat van het andere geslacht, maar het geslacht zelf verandert daarmee nog niet. Sekse is namelijk onveranderlijk. Mijn DNA laat precies zien tot welk geslacht ik behoor, dat is te controleren. Hoe iemand zich voelt is eigenlijk niet zo belangrijk, het zou in elk geval de feiten niet moeten kunnen overrulen.”
Wat verklaart volgens u dat uw overwegingen geen plek krijgen in het wetsvoorstel?
„Voor zover ik het kan zien, is hier niet sprake van een blinde vlek maar van een bewuste keus. De transgenderlobby is ontzettend sterk en krachtig, terwijl de inbreng van nuchtere mensen ontbreekt. Ik begrijp er niets van dat linkse partijen, maar ook het CDA, zich niet kritisch uitspreken. Ik weet dat de reacties zeer agressief kunnen zijn, maar dat zou je er toch niet van moeten weerhouden om dit wetsvoorstel evenwichtig te beoordelen? De SGP is de enige partij die zinvolle vragen over dit onderwerp stelt. Toch is het geen thema dat alleen christenen raakt. Het gaat alle gewone mensen aan die niet willen dat hun twaalfjarige dochter blote mannen ziet. Iedereen weet dat misbruik volgt als je een opening maakt. Waarom wachten tot er slachtoffers vallen? Wetgeving op basis van subjectieve gevoelens zou in een samenleving niet mogelijk moeten zijn; wetten moeten te controleren zijn.”
Welke alternatief wilt u de minister aanreiken?
„Je zou in de geboorteakte kunnen zetten: van v naar m, of omgekeerd. Maar waarom moet ik een oplossing bedenken voor mensen die een diepgaande psychiatrische problematiek hebben? Daardoor hebben ze een probleem met de werkelijkheid. Waarom moet iedereen daarin meegaan? Transgenders weten diep vanbinnen dat ze niet van geslacht kunnen veranderen.”
„Als ik naar het platteland wil verhuizen, hoor je mij de eerste jaren niet zeggen dat het er toch wel erg stil is. Een geslachtstransitie is ingrijpend, daar heeft iemand veel voor over gehad en dan zul je niet snel zeggen dat deze niet is geslaagd. Maar als de bijeffecten van de pillen die een transgender slikt zich na tien jaar opstapelen, willen ze met de medicatie stoppen en ontstaan er complicaties. Ik hoor dan dat mensen spijt hebben. Zelfs volwassenen komen erop terug. En bij kinderen weten we zeker dat ze spijt zullen krijgen. Het is bekend dat bij niet ingrijpen zo’n 85 procent van de jongeren over hun genderdysfore gevoelens heen groeit.”
In Duitsland en Spanje haalde een vergelijkbaar wetsvoorstel het vorige maand niet. Wat verwacht u in Nederland?
„Politieke partijen stonden in deze landen open voor goede, rationele argumenten. Je ziet bovendien dat ouders in andere landen goed zijn georganiseerd. Dat betreft ouders van transgenderkinderen, maar ook ouders die zich zorgen maken over de seksuele voorlichting door de staat. Zij vragen zich terecht af waarom een psychische aandoening als genderdysforie een plek moet krijgen in de seksuele voorlichting aan kinderen; dat is namelijk propaganda. Het probleem in Nederland is dat de overheid de transgenderlobby subsidieert, terwijl de tegenlobby niets krijgt. De overheid betaalt zo de belangenbehartiging voor transgenders, maar vrijwilligers moeten op de bres springen voor de belangen van vrouwen en kinderen. Verbazingwekkend. De vraag is ook waarom de wensen van 1 procent van alle Nederlanders zwaarder wegen dan die van vrouwen, die 50 procent van de bevolking uitmaken. Nooit is er een emancipatiebeweging geweest die de vrijheden van anderen zo afpakte.”