Het gebeurt niet zo vaak dat Nederland uitgebreid de internationale pers haalt. De afgelopen dagen viel ons land die ‘eer’ echter weer eens te beurt.
De buitenlandse media stonden niet stil bij de gebruikelijke tulpen en klompen en het softdrugsbeleid. Dit keer gingen beelden van de rellen in Amsterdam, Rotterdam en Eindhoven via de grote nieuwszenders de wereld over. Van CNN tot al-Jazeera.
Zendtijd is kostbaar. Maar toch besteedden tv-stations als BBC en MSNBC minutenlang aandacht aan de heftige confrontaties tussen relschoppers en de politie in Nederlandse steden. Vooral de plundering van winkels in Rotterdam en de vernielingen rond het Centraal Station in Eindhoven kwamen prominent in beeld. Gelardeerd met shots van een huilende winkelier in Den Bosch en een grimmig ogende premier Mark Rutte, die de ongeregeldheden tot crimineel geweld bestempelde.
Historisch besef tonen de buitenlandse verslaggevers ook. Voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog een avondklok in Nederland, weten ze te melden. En de rellen zijn de ergste in veertig jaar, met een verwijzing naar de gewelddadige protesten rond de inhuldiging van koningin Beatrix in 1980.
Wat echter het meest in de buitenlandse commentaren opvalt, is de regelrechte verbazing dat het nuchtere Nederland kennelijk ook een ander gezicht kan vertonen. Het roemruchte poldermodel lijkt in chaos en geweld te worden gesmoord. Rellen in plaats van eindeloos overleggen. En wat hebben aanvallen op een ziekenhuis en plundering van toch al zwaar getroffen winkels nog met corona te maken, vragen de analisten zich af.
Nu hebben we geen internationale tv-zenders nodig om ons de absurditeit van de gebeurtenissen van de afgelopen dagen onder de neus te wrijven. Evenmin zullen analyses van buitenlandse media ons verbluffende nieuwe inzichten in de Nederlandse volksaard of de staat van onze samenleving verschaffen.
Maar er is misschien wel een andere les die Nederland uit het buitenland kan trekken. Want ons land is bepaald niet het enige dat op dit moment met de beperkingen van een avondklok wordt geconfronteerd. In Frankrijk moet je om zes uur ’s avonds al binnen zijn en in Oostenrijk mag je alleen voor hoogstnoodzakelijke dingen de deur uit. Om maar enkele voorbeelden te noemen.
Beelden van grootschalige protesten tegen de avondklok in de landen om ons heen zijn tot nu toe niet in de vaderlandse pers verschenen. Om de eenvoudige reden dat ze er niet of nauwelijks zijn. Terwijl de restricties op zijn minst even ingrijpend zijn. Terwijl ook die regeringen nauwelijks meer perspectief kunnen bieden op een spoedige terugkeer naar ‘normaal’.
In het buitenland is men terecht beducht voor „Nederlandse toestanden.” Slecht voorbeeld doet gemakkelijk slecht volgen.
Goed voorbeeld echter ook.