Bij het scheiden van de markt, leert men de kooplui kennen. Zoiets moet president Donald Trump bijna twee weken geleden hebben gedacht. Zijn meest trouwe medewerker, Mike Pence, liet op een beslissend moment zien dat zijn loyaliteit aan The Donald grenzen kent.
Tijdens zijn dankwoord op de Conventie van 2016, waarop hij werd gekozen tot running mate van Trump, grapte Pence: „U hebt mij gekozen omdat u op zoek was naar iemand die evenwicht kon brengen in het koppel met Trump en zijn dominante persoonlijkheid, kleurrijke stijl en enorme charisma.” Dat heeft Pence gedaan.
Vooral in de nadagen van het presidentschap van Trump is dat zichtbaar geworden. Pence weigerde in te gaan op het verlangen, c.q. de eis van zijn baas, om bij het vaststellen van de verkiezingsuitslag door het Congres de telling van enkele staten ongeldig te verklaren. Zodat niet Joe Biden, maar Trump had gewonnen. In een schriftelijke verklaring legde hij uit de grenzen van zijn wettelijke bevoegdheid niet te zullen overschrijden. Dat kostte niet alleen Trump een voortzetting van zijn presidentschap, maar Pence zelf ook zijn tweede termijn als vicepresident.
De opstelling van Pence in de hele kwestie was typerend voor hem: hij staat voor zijn opvattingen, maar hij wil zich nadrukkelijk aan de wet houden. Geen gesjoemel, geen spelletjes. Pence wil volstrekt integer handelen, ook als dit hem de woede van zijn eigen chef bezorgt.
Genen
Donald Trump had in 2016 drie namen op zijn lijstje staan om met hem de verkiezingen in te gaan: de voormalige voorzitter van het Huis van Afgevaardigden Newt Gingrich, de gouverneur van de staat New Jersey Chris Christie en Mike Pence, de gouverneur van de staat Indiana. Het werd Pence. Trump koos hem vooral omdat hij wist dat de „grijze man uit Indiana” de brug sloeg naar conservatieve evangelicals. Daarnaast was gebleken in de tijd dat Pence in het Huis van Afgevaardigden zat, dat hij de verschillende groepen binnen de Republikeinse Partij op één lijn wist te krijgen.
Dat Pence overtuigd christen is, weet iedere Amerikaan. In een interview in 2016 zei hij zelf: „Ik ben christen, conservatief, Republikein. In die volgorde.” Opgegroeid in een rooms-katholiek gezin, sloten hij en zijn vrouw Karen zich in 1995 aan bij een zelfstandige evangelische gemeente. Tot verdriet van zijn moeder.
„Voor Pence is het geloof niet een label op zijn jas, maar het zit in zijn genen”, schreef politiek columnist Brian Howey vorig jaar. Pence neemt zijn religieuze overtuiging zeer serieus. Als zijn agenda het maar even toelaat, bezoekt hij wekelijks de zondagse kerkdiensten. Dagelijks neemt hij tijd voor Bijbelstudie en gebed. „Zonder dat kan ik niet werken”, zei hij twee jaar geleden.
Pence staat bekend als iemand met strikte ethische opvattingen, zowel wat betreft zijn politieke programma als wanneer het gaat om zijn persoonlijk leven. Ook al bezorgt hem dat hoon vanuit progressieve kringen, Pence houdt vast aan de ”Billy Graham-regel”. Dat houdt in dat hij nooit alleen wil zijn met een dame, uitgezonderd zijn eigen vrouw. En alleen wanneer zij erbij is, zal hij een evenement bezoeken waarop alcohol wordt geschonken.
Godsdienstvrijheid
Als het gaat om politieke speerpunten met een ethisch karakter, dan is Pence uitgesproken pro-life. Hij keert zich tegen de libertijnse ideeën over emancipatie van homoseksuelen en transgenders en staat pal voor de godsdienstvrijheid. Iedereen in Washington is ervan overtuigd dat door zijn toedoen president Trump op deze terreinen maatregelen heeft genomen waar conservatieven al jaren voor pleiten.
Dat is niet het enige waardoor de vicepresident zich in de achterliggende jaren heeft onderscheiden. In de media is van hem het beeld geschetst van de onbewogen, bijna sfinxachtige paladijn van Trump die hem door dik en dun steunt – een kritiekloze jaknikker. Maar beter ingevoerde journalisten stellen dat Pence enorme invloed op Trump heeft gehad. Tim Alberta van de internetkrant Politico zegt: „Pence is betrokken geweest bij vrijwel elke beslissing die Trump nam, of het nu ging om het vertrek uit het klimaatverdrag van Parijs of de benoeming van opperrechters.”
Zijn biograaf Andrea Neal vindt dat Pence beter kan worden getypeerd als assistent-president dan als vicepresident. „Hij was de eerste vicepresident in de Amerikaanse geschiedenis die van zijn baas een duidelijke taakomschrijving vroeg. Hij wilde geen randfiguur zijn. Zijn invloed moet niet worden onderschat.”
Als voorbeeld noemt Neal dat Pence meer dan twintig keer met zijn doorslaggevende stem de uitslag van de stemming in de Senaat bepaalde. Pence was ook degene die de regering-Trump deed besluiten de Amerikaanse ambassade naar Jeruzalem te verplaatsen. Neal: „Door Bijbelstudie was hij er diep van overtuigd geraakt dat Jeruzalem de hoofdstad van Israël is.” Daarnaast speelde mee dat Pence bevriend is met Tom Rose, die zes jaar lang uitgever was van de Jerusalem Post.
Dat Pence loyaal aan Trump was, bleek toen hij in 2020 opnieuw werd gevraagd runningmate te zijn. Vlak voor de eindstreep toonde Pence dat trouw geboden is, totdat de wet wordt overschreden. Weliswaar zei hij de achterliggende maanden steeds dat alle stemmen eerlijk moesten worden geteld, maar nooit stelde hij keihard dat er fraude was gepleegd. Toen het erop aan kwam, wilde hij geen truc uit halen om de uitslag te manipuleren. Het leverde hem complimenten op van Democraten. Maar zijn eigen aanhang had grote vragen.