Op de Europese lijst van coronaslachtoffers is Spanje dit weekend flink gestegen. In Madrid werd het meest massale concert in Spanje gehouden sinds het virus zijn intrede in het land deed.
Zo’n 5000 fans van de Spaanse zanger Raphael gingen zaterdag uit hun dak bij het 60-jarige jubileum van deze razend populaire artiest, wiens muziek zowel geniaal, als pompeus, aanstellerig en kitscherig genoemd wordt – ikzelf neig eerder naar de tweede optie.
Het bleef niet bij één concert. De run op de kaartjes (60 tot 120 euro) voor ”de legende van de Spaanse muziek” was zo groot, dat de organisator al bij voorbaat een extra concert op zondag had ingelast. Dat waren weer 5000 mensen.
Vrijdag had minister Salvador Illa van Volksgezondheid nog gewaarschuwd. „Als we niet de juiste maatregelen nemen, staan we mogelijk aan het begin van een derde coronagolf”, zei hij. Dat ”mogelijk” had de bewindman gerust weg mogen laten. De Spaanse Covidstatistieken vertonen een schrikbarend beeld. De regio Madrid gaat daarbij aan kop. Alleen op de Balearen stijgt de curve nog sneller. Al met al telt Spanje 1,8 miljoen besmettingen en 49.000 coronadoden.
Onder hen zijn veel ouderen – juist het publiek van Raphael. Toch zag Isabel Diaz Ayuso, president van de regio Madrid, geen probleem in het concert. Volgens haar komt besmetting meer voor op privébijeenkomsten. En dus mogen in de regio Madrid tijdens de feestdagen in de huiskamers niet meer dan zes mensen aanschuiven. Bars en restaurants mogen daarentegen gewoon open blijven, met als enige beperking een genereuze avondklok. In de horeca maakt het niet uit of je met zes, zestien of zestig mensen in een ruimte zit.
Elders in het land is het eigenlijk niet veel beter. In Catalonië –waar de sterfte aan Covid weliswaar veel lager is– doet de regionale regering haar best om zo veel mogelijk tegenstrijdige boodschappen de wereld in te sturen. „Met onze maatregelen willen we de mobiliteit en de sociale interactie zo veel mogelijk beperken”, zei woordvoerder Meritxell Budo. En meteen daarop kondigde ze een serie maatregelen aan die de mobiliteit en de sociale interactie alleen maar bevorderen: we mogen in het weekeind weer buiten onze gemeente reizen, skiërs mogen de bergen in en eigenaren van een tweede huis mogen weer naar hun vakantiewoning. Maandenlang mocht dat allemaal niet. En juist nu de epidemie groeit als kool en de ziekenhuizen vol dreigen te lopen, mag het weer.
Ook burgers dragen hun steentje bij aan de Spaanse stijging op coronalijst. Zo werd in Navarra een voetbalwedstrijd gemeld tussen besmette en niet-besmette spelers. Een paar dozijn kale jongemannen uit een dorp in Extremadura keerde besmet terug van een reis naar Turkije. De trip, georganiseerd door de plaatselijke kapper, was volgens hen een „medisch bezoek.” De nood was hoog: het ging om haarimplantaties.
Op een vlucht naar Gran Canaria zat ik naast een vrouw van een jaar of dertig. Vlak na het opstijgen schoof ze haar mondkapje omlaag en stak een lolly in haar mond. Alleen als je iets nuttigt, mag je mondkapje even af in het vliegtuig. Mevrouw Kojak was duidelijk een ervaren coronavlieger. Kort voor de landing, drie uur later, was ze klaar met haar suikerstokje. Het mondkapje ging weer op zijn plek en ze keek me aan met een blik van: mij kun je mooi niks maken.