Streep door restricties voor kerkbezoek in New York
Het stadsbestuur van New York mag niet langer coronabeperkingen opleggen aan gebedshuizen. Met die uitspraak maakte het federale hooggerechtshof woensdag een belangrijke draai die ook van betekenis kan zijn voor kerken, synagogen en moskeeën in ander staten.
Zelfs tijdens een pandemie kan volgens de meerderheid van het hooggerechtshof het grondwettelijk recht op godsdienstvrijheid niet zomaar aan de kant worden geschoven. „Kerken hebben een eigen positie en daar kan de overheid niet aan voorbij gaan,” stelde oppperrechter Neil Gorsuch.
Twee orthodox-joodse gemeenschappen en het kerkbestuur van de rooms-katholieke parochies in de stadsdelen Brooklyn en Queens spanden in oktober een rechtszaak aan vanwege het besluit van gouverneur Andrew Cuomo dat gebedshuizen maximaal 10 of 25 bezoekers mogen toelaten. Daarbij gold: hoe hoger het aantal besmettingen in een wijk, hoe lager het aantal toegestane bezoekers. De regel was een uitvloeisel van Cuomo’s beslissing om vanwege het aantal coronabesmettingen in bepaalde stadsdelen alle niet-essentiële bedrijven en instellingen te sluiten. Gebedshuizen vallen daar volgens hem onder.
Juist dat laatste wordt in de uitspraak die het hooggerechtshof woensdagavond laat publiceerde weersproken. Opperrechter Gorsuch: „De gouverneur vindt dat een wasserij, een slijterij, de handel in gereedsschap en het reizen allemaal essentieel, maar de reguliere godsdienstoefening rekent hij daar niet toe. Dat is precies het soort discriminatie dat het Eerste Amendement op de grondwet waarin de godsdienstvrijheid is verankerd verbiedt.”
Veiligheid
Daarnaast is een belangrijke bezwaar dat de gouverneur met deze regels impliciet uitspreekt dat het bezoeken van een eredienst minder essentieel is dan het bezoek aan een winkel of een gezondheidscentrum. „Dat is een oordeel dat Amerikaanse overheden niet past.”
De uitspraak van het federale hooggerechtshof is opmerkelijk omdat het in eerdere soortgelijke kwesties juist vond dat overheden wel het recht hebben om kerkdiensten te verbieden of beperkingen aan het aantal bezoekers op te leggen. Dat bleek dit voorjaar bij uitspraken over vergelijkbare zaken in de staten Calfornia en Nevada.
De draai die het hooggerechtshof nu heeft gemaakt, wordt algemeen gezien als een gevolg van de recente benoeming tot opperrechter van Amy Coney Barrett. Deze conservatieve juriste heeft de plaats ingenomen van de progressieve Ruth Bader Ginsburg die in september overleed.
Het hooggerechtshof nam het besluit met vijf tegen vier stemmen. Opperrechter John Roberts, de president van de hoogste rechterlijke instantie die bekend staat als conservatief, ging mee met de drie progressieve leden van het hooggerechtshof. Hij acht een uitspraak nu niet opportuun omdat de regels voor gebedshuizen in Brooklyn en Queens inmiddels weer zijn verruimd tot de helft van het aantal beschikbare plaatsen. Het besmettingsgevaar in de wijken is verminderd.
De progressieve opperrechter Sonia Sotomayor vindt dat overheden kerken en godsdienstige instellingen inderdaad niet mogen discrimineren, „zelfs niet als ze te maken krijgen met een crisis die zo dodelijk is als de coronapandemie. Maar dat principe staat nu niet op het spel.” Volgens haar hebben overheidsinstanties de taak om maatregelen te nemen waardoor levens gered kunnen worden, zo schrijft ze in haar verdediging van het minderheidsstandpunt.
Consequenties
De uitspraak van het hooggerechtshof geeft gebedshuizen in New York ruimte om een eigen beleid te voeren als het gaat om de aanpak van de coronapandemie. Mogelijk kan ze ook consequenties hebben voor het overheidsoptreden jegens kerken in andere staten.
„Dit is een principiële koerswijziging van het federale hof. Maar de vraag is of gouverneurs in andere staten hierdoor beperkt worden,” zegt Michael Haynes, hoogleraar bestuurskunde aan het Patrick Henry College in Purcellville (Virginia). „Van belang is vooral hoe overheden hun besluit beargumenteren. Als ze zeggen dat kerkdiensten gerekend kunnen worden tot niet-essentiële diensten, dan kan dit arrest een streep zetten door die argumentatie. Wanneer overheden echter kunnen aantonen dat kerkelijke samenkomsten daadwerkelijk oorzaak zijn van een uitbraak van Covid-19, dan kan de uitkomst anders zijn.”
Recent speelde die laatste kwestie bij het besluit van de Californische regering om de Grace Community Church van John MacArthur in Los Angeles te sluiten omdat deze een besmettingshaard zou zijn. Aanleiding was een besmetting van een drietal leden. Ds. MacArthur, die ondanks opgelegde coronabeperkingen toch elke zondag diensten houdt, betwistte dat. „Drie mensen ziek op een bezoekersaantal van 2700 kun je geen uitbraak noemen.” Inmiddels heeft de gezondheidsdienst van California dit erkend.