Met dalende coronacijfers in Ethiopië, verdween de angst voor Covid-19. Sowieso was de vrees voor buren die kuchjes bij de politie rapporteren de afgelopen tijd groter dan de zorgen om het virus zelf.
Terwijl Nederland in het hart van een nieuwe coronagolf zit, is de Covid-storm in Ethiopië aardig gaan liggen.
Het grootste gevaar zijn niet meer de hoestende medemensen zelf, maar politieagenten die op de gekste momenten achter een boom vandaan springen om te controleren of je in de auto een mondkapje draagt.
Inmiddels zitten Ethiopiërs gewoon weer met z’n twintigen in een busje, eten met z’n allen van hetzelfde bord en maken zich geen zorgen over de coronacijfers.
En dat is ook heel begrijpelijk: met een nieuwe golf sprinkhanen die de oogst opeten, etnische spanningen en een net uitgebroken burgeroorlog in Noord-Ethiopië, zijn er genoeg andere problemen om wakker van te liggen.
Hoewel ik de Ethiopische overheid bewonder voor de daadkracht waarmee ze de coronaproblematiek de afgelopen maanden aanpakte, moest ik ook regelmatig glimlachen om de regelrechte knulligheid van sommige acties.
Groter nog dan de angst voor corona was de angst voor verklikkers: mensen die de politie belden als ze dachten dat anderen ziek waren. Een Ethiopische vriendin vertelde dat ze haar uiterste best deed om thuis niet te kuchen, omdat iemand die ze kende naar een quarantainecentrum was gestuurd vanwege een akelige hoestbui en een bezorgde buurvrouw.
Buikkrampen
Dat verklikken gaat dus best ver. In de begindagen van de pandemie zat een Nederlandse vriend, destijds onze buurman en manager bij een bedrijf in de buurt, eens met darmproblemen thuis. Niks bijzonders, gebeurt wel vaker.
Terwijl hij baalde van z’n buikkrampen, stond er ineens een groepje politieagenten in z’n woonkamer. Moest die vriend in z’n beste Amhaars gaan uitleggen dat zijn klachten niet door Covid, maar door een bedorven stuk vlees werden veroorzaakt.
Wie wel corona heeft, wordt van z’n bed gelicht en thuis opgehaald. Door een arrestatieteam en een mannetje met een hogedrukspuit, dat de boel reinigt nadat je bent afgevoerd. Een horrorscenario dat mensen liever ontlopen.
Een tijdje terug werd bij een bedrijf bij ons in de buurt corona geconstateerd. Van de 101 geteste mensen bleken er 95 Covid-19 te hebben. Omdat vrijwel al die mensen klachtenvrij waren en geen zin hadden om naar zo’n verplicht quarantainecentrum te gaan, besloot de overheid de fabrieksmedewerkers in hun eigen fabriek op te sluiten. Hek dicht en van harte beterschap gewenst.
Hoewel ik af en toe met medelijden uit het raam naar de bewuste fabriek heb gekeken, heb ik het moment gemist dat de poorten weer open gingen. Net als dat ik het moment miste waarop er bij een ander bedrijf in de straat twintig mensen positief werden getest. Terwijl de ambulance onderweg was om hen op te pikken, ontsnapten de fabrieksmedewerkers door de achterdeur, om vervolgens spoorloos te verdwijnen.
Al die verhalen, we lachen er maar om. We schudden ons hoofd en gaan weer over tot de orde van de dag. Raar maar waar, want zo gaat dat hier.