Binnenland

Overlevers suïcide: Je zit vast in de fuik van je gedachten

Jaarlijks doen in Nederland rond de honderdduizend mensen een suïcidepoging. Harde cijfers ontbreken, want het taboe is groot. Tijd om de problematiek uit de schaduw te krijgen, vindt ervaringsdeskundige Frank Schaake. Voor zijn dinsdag verschenen boek ”24 van de 100.000” sprak hij met 24 overlevers van een suïcidale periode.

18 February 2020 10:56Gewijzigd op 17 November 2020 07:19
Tegenslag en gevoelens van mislukking zijn in gezelschap geen populaire onderwerpen. beeld Unsplash
Tegenslag en gevoelens van mislukking zijn in gezelschap geen populaire onderwerpen. beeld Unsplash

De buitenwereld merkte niets aan hem. Hij studeerde hard en had goede vrienden. Toch was de twintigjarige student Frank Schaake eenzaam en ongelukkig. „Ik voelde me verdwaald. Toen overleed mijn oudere halfzus aan een hersentumor. Ik was erg op haar gesteld en raakte na haar dood volledig van slag. Mijn leven kon niets meer worden, zo redeneerde ik.”

Hij raakte steeds verder verstrikt in zijn gedachten en besloot een einde te maken aan zijn leven. De poging mislukte: hij werd ontdekt door een huisgenoot, die 112 belde. „Ik ben mijn huisgenoten en vrienden zo dankbaar. Zij hebben me opgevangen en besloten: dit houden we onder ons. Voor die tijd was dat de beste oplossing. Als vroeger bekend werd dat je een suïcidepoging had gedaan, kon je zeker als hoogopgeleide sollicitant bepaalde banen vergeten.”

Tientallen jaren later kan Schaake, gepensioneerd consultant en oud-directeur bij het ministerie van Verkeer en Waterstaat, zonder problemen over zijn suïcidepoging praten. „Ik zag het als een noodsignaal aan mezelf. Daarna ging de knop om.”

Zijn ervaringen vormen een van de 24 verhalen in het boek ”24 van de 100.000”. Schaake vond 23 andere mensen die bereid waren hun verhaal te doen. Jongeren en ouderen. Mannen en vrouwen. Met of zonder psychische problemen. Met of zonder moeilijke jeugd. Met of zonder gelovige achtergrond. „Tijdens de gesprekken viel het me op dat ze zo’n verschillende achtergrond hadden. Er was één overeenkomst: iedereen had voor de suïcidepoging het gevoel vast te zitten. Ze voelden zich niet begrepen, zagen geen uitweg meer. Hoe verder je in de fuik van je gedachten vastraakt, hoe minder je ziet dat er ook andere opties zijn.”

Onmacht

Hoeveel mensen per jaar een poging tot zelfdoding doen, is niet bekend. Deskundigen schatten een aantal tussen de 94.000 en 144.000; 100.000 is het meest gehoord. Het CBS brengt jaarlijks alleen cijfers naar buiten over het aantal pogingen met dodelijke afloop; gemiddeld 1900 per jaar.

Het taboe is groot, zowel aan de kant van de overlevers als aan de kant van de naasten. Overlevers durven hun verhaal niet te delen, uit angst voor oordelen en onbegrip. „Kennissen die ik er wel iets over vertelde, schrikken en weten niet hoe ze moeten reageren. Of ze gaan over hun eigen problemen praten”, zegt de jonge geïnterviewde Eva in het boek.

Mensen weten vaak niet hoe ze met zo’n onderwerp om moeten gaan, zegt Schaake. „Een combinatie van onmacht en angst. Tegenslag en gevoelens van mislukking zijn in gezelschap geen populaire onderwerpen. Onmacht van anderen confronteert mensen met hun eigen onmacht.”

Met zijn boek wil hij het onderwerp uit de taboesfeer halen. Ervoor zorgen dat mensen erover praten. „In mijn gesprekken met de overlevers viel me op dat een aantal van hen echt contact, iemand die aandacht voor ze had, als keerpunt noemden.”

De meeste geïnterviewden hebben hun suïcidepoging achter zich gelaten. Voor sommigen blijft het een worsteling. „Ik heb geleerd mijn depressieve kant een plek te geven”, zegt overlever Jos in het boek. „Ik weet wanneer ik in een depressie raak en aan de bel moet trekken.”

Schaake wil geen directe conclusies aan zijn boek verbinden. In het laatste hoofdstuk doet hij wel een aantal aanbevelingen. Zo pleit hij voor meer studie naar suïcidepogingen en vindt hij dat er meer aandacht moet komen voor de naaste. „Maak lotgenotengroepen, waar naasten met elkaar kunnen praten.”

In die communicatie gaat het om echte aandacht, zegt Schaake. „Spreek geen oordelen uit. Een uitspraak als ”Hoe kun je ons dit aandoen” valt verkeerd. Aan de andere kant moet je ook geen redeneringen overnemen, zeggen dat je het snapt. Probeer vragen te stellen, waardoor iemand hopelijk gaat inzien dat het ook anders kan.”

Hulp nodig? Dan kunt u contact opnemen met Stichting 113 Zelfmoordpreventie via 0900 0113 (24 uur bereikbaar) en 113.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer