Het schiet nog niet op met de krijgsmacht
Militairen morren, materieel hapert, een grotere missie behoort niet tot de mogelijkheden. Het schiet nog altijd niet op met de krijgsmacht. Toch is commandant der strijdkrachten admiraal Rob Bauer optimistisch. „Ik zie licht aan het eind van de tunnel.”
Het leger ligt onder vuur. Niet van vijandelijke troepen, opstandige rebellengroeperingen of zwaargewapende terroristen. Nee, de eigen manschappen richten hun vizier op de krijgsmacht. Morrend en mopperend. Over van alles en nog wat.
Militairen moesten aanvankelijk zelf winterjas, muts en handschoenen aanschaffen voor de NAVO-oefening Trident Juncture in Noorwegen (50.000 man, 30 landen). Defensie heeft de Europese aanbestedingsregels aan haar laars moeten lappen om alsnog warme jassen en dassen in te slaan. Een officiële berisping volgt.
Commando’s klagen over kogelwerende vesten en helmen die ver over hun houdbaarheidsdatum zijn. Bovendien moeten de elitemilitairen oefenen op slecht geventileerde schietbanen, waardoor de concentratie giftige dampen te hoog oploopt.
Militairen lijken het vertrouwen in hun krijgsmacht te zijn kwijtgeraakt. Frustratie maakt soms plaats voor doffe berusting. Een helder signaal van de onvrede is het afschieten van het op 1 oktober bereikte cao-akkoord van vakbonden en staatssecretaris Barbara Visser.
Niet op orde
Admiraal Bauer, de hoogste baas van het leger, kent de grieven van z’n manschappen. Het ontbreken van de adequate winterkleding voor Noorwegen is voor Bauer „wederom een indicatie” dat de krijgsmacht z’n zaakjes niet op orde heeft. „Geen gewenste situatie.”
„Ik zie bij collega’s een diepe frustratie”, verklaarde de admiraal donderdag tijdens een persbriefing in Den Haag. „Ik kan dat ook begrijpen.” De legerbaas wijst op een stapeling aan teleurstellingen. „Een wond met een grote ontsteking. Het heeft tijd nodig om alle ellende en pijn eruit te laten komen.” Bauer benadrukt dat hij zich de klachten van zijn manschappen aantrekt. „Het moet beter.”
De viersterrenadmiraal wijst erop dat defensie van ver komt en nog een lange weg te gaan heeft. Ruim 25 jaar bezuinigingen hebben gaten geslagen in de krijgsmacht. Defensie heeft jarenlang „meer moeten doen met minder.”
Licht
Toch ziet Bauer licht aan het eind van de tunnel. Dit jaar zijn tot nu toe meer nieuwe mensen ingestroomd dan in heel 2017, ook al kampt defensie nog altijd met 5000 vacatures. Verder is de leveringszekerheid van spullen gestegen van 27 naar 80 procent.
Nederland bouwt de missies in Mali en Jordanië af. Vanaf volgend jaar mei komen 400 van de 900 uitgezonden militairen terug naar huis. Het leger kan dan vol inzetten op het herstel van brede inzetbaarheid. „Ondanks alle problemen is de winkel open en draaien we op volle toeren.”
De krijgsmacht kan echter voorlopig nog geen missie van enige omvang aan. De topmilitair verwacht dat het leger pas aan het eind van deze kabinetsperiode weer voldoende op adem is om weer een missie op te pakken.
„We hebben al nee moeten verkopen”, verklaarde Bauer. „Vervelend, maar niet lastig.” Nederland heeft bijvoorbeeld de snelle inzetbaarheid van de EU-battlegroup moeten verlagen van vijf naar dertig dagen.
De commandant der strijdkrachten lanceerde donderdag een interventieteam dat de strijd aanbindt met klachten van militairen over uitrusting, werkplek en legering. Het –interne– meldpunt moet stroperige, vastgelopen processen vlottrekken. „Misschien is er niet morgen al een oplossing, maar ik zet me volledig in om de situatie te verbeteren.”