Gereformeerde gemeente van Eindhoven zoekt naar wat verbindt
Voor het uitvergroten van verschillen is de gereformeerde gemeente van Eindhoven te klein. Alle predikanten van het eigen kerkverband zijn er welkom. De Bijbelkring vergadert maandelijks met leden van de PKN-gemeente. „We mogen elkaar als reformatorische christenen niet uit het oog verliezen.”
Het kerkje aan de Plaggenstraat was oorspronkelijk van de christelijke gereformeerden van Eindhoven. In 1971 werd het aangekocht door de gereformeerde gemeente. Op de banken liggen bundels met de titel ”Hij rekent met genade”, de berijming van de Heidelbergse Catechismus van de hand van ouderling Jan van den Brink (57).
„Volgens mij zijn wij de enige gereformeerde gemeente die na de catechismusprediking het bijbehorende gezang uit deze bundel zingt”, laat de auteur weten. Hij maakte die vanuit de wetenschap dat liederen zich vaster in het geheugen nestelen dan onberijmde teksten. „Het gezang bij zondag 21, op de melodie van Psalm 133, besluit met de regels: „Verenigd door geloof waaruit ik merk: dit is Zijn werk, dit is Zijn Kerk.” Als je weet hoe de Heere dit stekje in Eindhoven in stand houdt, krijgen die woorden extra betekenis.”
In 1990 verhuisde Van den Brink met zijn echtgenote en twee jonge kinderen naar Eindhoven. „Marjan komt uit Zeeland, ik kom van de Veluwe. We leerden elkaar in Utrecht kennen. Na mijn promotie ontdekte ik dat je als fysicus niet op elke straathoek kunt beginnen. Doordat ik werk vond bij Philips, kwamen we in Brabant terecht. Het leverde ons heel wat kritiek op: „Je hebt daar geen scholen”, „Je brengt je kinderen in een wereldse omgeving...” We lieten ons door die geluiden niet van de wijs brengen, omdat we ervan overtuigd waren dat de Heere ons naar Eindhoven leidde.”
Tweeverdieners
Ze vestigden zich in Waalre, dat in veel opzichten niet wereldser bleek te zijn dan de Veluwe of Zeeland. „Waalre was toen nog behoorlijk praktiserend rooms-katholiek. Je zag op straat vrouwen die je ook op de Veluwe tegen kunt komen.”
Vanuit het verlangen zo veel mogelijk te participeren in de lokale samenleving, deden ze hun oudste kind naar de rooms-katholieke basisschool in het dorp. Dat bleek een stap te ver. „We hebben de overstap gemaakt naar de vrijgemaakte basisschool in Best. Onze jongste heeft op de evangelische basisschool van Eindhoven gezeten.”
Bij hun komst telde de gereformeerde gemeente nog zo’n tachtig leden en doopleden. Dat aantal zakte tot krap vijftig, verdeeld over achttien adressen. De neergang wordt mede veroorzaakt door de opkomst van tweeverdieners in de gereformeerde gezindte. „Als de man hier een baan krijgt, blijft hij meestal wonen in de regio waar de vrouw werkt. Zeker als daar een reformatorische school is.”
Het echtpaar Van den Brink bleef trouw aan Eindhoven, zonder daar romantisch over te doen. „Het wonen in een streek met veel gelijkgezinden heeft onmiskenbaar voordelen. Daar staat tegenover dat onze gemeente bewuster leeft met het besef dat we anders zijn en als christen een roeping hebben.”
De leden komen uit de volle breedte van de Gereformeerde Gemeenten. „Zogeheten liggingsverschillen zijn ook hier aanwezig, maar de wens om elkaar vast te houden overheerst. Voor scherpslijperij zijn we te klein. Alle predikanten van ons kerkverband zijn welkom. In de leesdiensten kiezen we voor preken die Bijbels én begrijpelijk zijn.”
Afgedwaalde schapen
Net als andere ambtsdragers van kleine gemeenten heeft de ouderling de gewoonte om het aantal kerkgangers te tellen. „Zo’n klein clubje gaat je aan het hart. Het doet me goed als alle schaapjes er zijn.” Meer dan eens maakte hij het mee dat afgedwaalde schapen dankzij de gereformeerde gemeente van Eindhoven terugkeerden naar de stal. „Mensen die de Biblebelt verlieten om onder de grote rivieren een nieuw leven te beginnen, maar bij wie na jaren het geweten begon te spreken.”
Het grootste bezwaar van het wonen in rooms Brabant is voor Van den Brink het ontbreken van reformatorisch onderwijs. „Je moet nergens de opvoeding aan de school overlaten, maar hier geldt dat zeker. Het gemis aan contacten met gelijkgezinde jongeren compenseren we door activiteiten in de gemeente. We hebben een actieve jeugdvereniging waarvan alle jongeren lid zijn. Twee keer per jaar organiseren we een activiteit waar vrijwel de hele gemeente aan deelneemt. Bij de aanvang van het seizoen steken we via vrijwilligersorganisatie stichting Present Nederland met elkaar de handen uit de mouwen voor een goed doel.”
De Bijbelstudievereniging die om de twee weken bijeenkomt, vergadert eens per maand met leden van de plaatselijke protestantse Kruispuntgemeente. „Er zijn inhoudelijke verschillen, maar we delen het besef dat we elkaar als reformatorische christenen niet uit het oog mogen verliezen.”
Sinds enkele maanden heeft de gemeente weer wat zuigelingen. „Door de komst van een aantal jonge mensen naar Eindhoven en de geboorte in het gezin van de koster en zijn vrouw. In korte tijd hadden we een paar doopdiensten. Dat is opmerkelijk voor Eindhoven en bepaalde ons bij Gods verbondstrouw.”
Van den Brink heeft niet de indruk dat er in Eindhoven meer jongeren afhaken dan elders. „Wat wel opvalt, is hun afkeer van een christenleven dat opgaat in de buitenkant. Sterker dan reformatorische christenen in de Biblebelt zien ze dat het leefpatroon binnen de gereformeerde gezindte vaak niet meer is dan een cultuurtje. In onze kring bestaat de neiging om afval te verklaren uit invloeden van de boze buitenwereld, maar de zonden van onze kinderen zijn de kinderen van ónze zonden. Het benadrukken van het eigene verraadt een te groot vertrouwen in de eigen organisaties en gebrek aan betrokkenheid op de mensen om ons heen. Door het isolement versterken we de indruk een rariteitenkabinet te zijn. Terwijl we een boodschap voor deze wereld hebben.”
Gegevens
Naam: gereformeerde gemeente Eindhoven
Ontstaan: in 1936 (geïnstitueerd in 1959)
Aantal (doop)leden: 48
Aantal kerkgangers: ca. 35
serie In het buitengebied
Dit is deel 11 van een serie over orthodox-christelijke gemeenten buiten de Biblebelt. Volgende week dinsdag deel 12.