Vuurwerk verminkt elk jaar een flink aantal ogen en vingers
Oogarts Tjeerd de Faber van Het Oogziekenhuis Rotterdam ziet elk jaar veel oogletsel door vuurwerk langskomen. „Ogen zijn soms dwars doormidden.” Hij juicht een advies van de onderzoeksraad voor een verbod op knalvuurwerk en vuurpijlen toe. „Maar we zijn er nog niet.”
De overheid moet vuurpijlen en knalvuurwerk verbieden, stelt de Onderzoeksraad Voor Veiligheid (OVV) vrijdag in een aanbeveling. De OVV heeft, op verzoek van de vier grote steden, uitgebreid onderzoek verricht naar veiligheidsrisico’s rond de jaarwisseling. De tijd is gekomen om „het voortdurende patroon van veel letsel en ordeverstoringen” te doorbreken.
Ieder jaar loopt de jaarwisseling uit de hand. De OVV registreert elk jaarlijks zo’n 10.000 incidenten. Vuurwerk is in 40 procent van de gevallen de boosdoener. Vuurpijlen worden uit de hand afgeschoten, op omstanders gericht of vanuit wankele flessen afgestoken. Knalvuurwerk veroorzaakt grote overlast en nodigt uit tot roekeloos gedrag, stelt de onderzoeksraad.
De OVV pleit niet voor een totaalverbod op consumentenvuurwerk. Een groot deel van het siervuurwerk, zoals fonteinen, mag blijven. Relatief onschuldige vuurwerksoorten zorgen voor 80 procent van de omzet, aldus de branchevereniging van vuurwerkhandelaren.
Slachtoffer
Dankwart Roozemond (28) uit Sint Maartensdijk raakte vijftien jaar geleden 3,5 vinger en een stuk van zijn hand kwijt door illegaal vuurwerk. Ondanks zijn verwondingen pleit Roozemond, nu werkzaam op de spoedeisende hulp van een groot ziekenhuis, toch niet voor een verbod.
„Ik ben er vrij nuchter onder”, reageert de Zeeuw. „Natuurlijk gun je niemand zo’n handicap. Ik heb ook al 5000 keer moeten uitleggen waarom ik vingers mis. Maar er zijn ergere dingen.” Hij bekijkt het pragmatisch. „Een verbod is niet realiseerbaar. De harde kern blijft toch vuurwerk afsteken.” Roozemond erkent wel dat een vuurwerkshow van een plaatselijk café of een gemeente veiliger is.
De aanpak van alcohol en drugs in het verkeer zet –volgens hem– meer zoden aan de dijk dan een vuurwerkverbod. „Vuurwerk is één keer in het jaar, terwijl er elk weekend landelijk zo’n 150 tot 250 mensen gewond raken door alcohol en drugs achter het stuur. Dát moet prioriteit krijgen.”
Oogspecialist De Faber doet deze jaarwisseling voor de twintigste keer in zijn loopbaan dienst tijdens oud en nieuw. „Ik zie slachtoffers met een stofje in het oog langskomen, maar ook ogen die dwars door midden zijn en verwijderd moeten worden.”
Van alle gevallen van oogletsel in Nederland ontstaat dik 30 procent door vuurwerk. De laatste jaarwisseling raakten in totaal 224 ogen beschadigd. Door omvallend vuurwerk, door kwalitatief slecht vuurwerk. Ruim tweederde van de slachtoffers houdt blijvend letsel over aan zijn verwondingen. Bijna twintig ogen zijn blind, vijf moesten worden verwijderd.
Aan de slag
De politiek moet nu „absoluut snel” aan de slag met een voorgestelde verbod op knalvuurwerk en pijlen. „Daarmee zijn we er nog niet”, zegt De Faber. Met het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap pleit hij al bijna tien jaar voor een totaalverbod op consumentenvuurwerk.
Ongetwijfeld barst na het OVV-advies een felle discussie los. Het kabinet mag de aanbeveling negeren. In de Tweede Kamer is nog altijd geen meerderheid voor een vuurwerkverbod te vinden. Alleen GL, SGP, Partij voor de Dieren en 50+ hebben een vuurwerkmanifest met een oproep tot een verbod op consumentenvuurwerk ondertekend.
Oogarts De Faber blijft stellig. „Liever een veilige traditie dan een heilige traditie.”