Dat hebben ze vrijdagavond bekendgemaakt. Eerder op de avond gaven de leden van de vereniging De Merwede toestemming voor het haalbaarheidsonderzoek. De twee andere internaten fuseerden begin 2010 al onder de naam Limena (Veilige haven). De Merwede wilde toen nog zelfstandig blijven.

Dat nu opnieuw gekeken wordt of een fusie haalbaar is, is het gevolg van een onderzoek dat het ministerie van VWS –dat de internaten bekostigt– dit jaar heeft laten uitvoeren door bureau Berenschot. Het rapport van Berenschot legt onder meer de vinger bij het dalende aantal kinderen op de internaten en de noodzaak om kosten te besparen. De overheid neemt de subsidieregeling komend jaar opnieuw onder de loep.

Op de internaten in Dordrecht en Krimpen verblijven 220 kinderen in de leeftijd van 6 tot 18 jaar. Limena biedt (omgerekend naar fulltime) werk aan 90 mensen. De Merwede telt 90 kinderen en 40 medewerkers. Het internaat in Werkendam heeft ruimte voor 150 kinderen.

In hun gezamenlijke verklaring melden de besturen van De Merwede en Limena dat het kindertal de laatste jaren is teruggelopen. „Het perspectief is dat dit nog wel even doorgaat. (…) De vraag is op welk moment je besluit tot samenwerking. Doe je dat wanneer de ondergrens is bereikt, of als de internaten nog gezond zijn? Zowel bij De Merwede als bij Limena is bij dat laatste veel gevoel. Het gaat immers om de zorg voor het schipperskind op lange termijn met behoud van de identiteit.”

De twee besturen verwachten in het voorjaar meer duidelijkheid te geven over de plannen. Te zijner tijd zullen „oudercommissies, ondernemingsraden, ledenvergadering en vakbond” bij de verdere uitwerking betrokken worden.

Vakorganisatie RMU reageert positief. Volgens woordvoerder Chris Baggerman hebben beide partijen toegezegd dat de werkgelegenheid voor de 130 betrokken medewerkers behouden blijft.

Overigens ziet de RMU nog een mogelijkheid om de continuïteit van de schippersinternaten op langere termijn te waarborgen. Baggerman: „Wat de RMU betreft zou serieus onderzocht moeten worden of er mogelijkheden zijn om verantwoorde kinderopvang te realiseren, parallel aan het opvangen van schipperskinderen. De internaten beschikken over goed opgeleid personeel en de gebouwen zijn er geschikt voor. De doelgroep wordt dan veel groter.”