Maatwerk voor kerken beter uit te leggen dan afschaaladvies
De meest dramatische gebeurtenis uit mijn carrière, zegt de directeur van een verpleeghuis in het Drentse Norg. Van de 24 bewoners overleden er in twee weken tijd 13 aan het coronavirus.
Corona is geen griepje en het aantal besmettingen neemt in ijltempo toe, daarover mag geen misverstand bestaan. Waar afgelopen week wél grote misverstanden over ontstonden, waren de adviezen die minister Grapperhaus maandag aan de kerken gaf. Aangejaagd door sociale media en onder druk van de publieke opinie ontstond in de hoofden van politici een zwaar vertekend beeld over kerkdiensten à la Staphorst die als een veenbrand het coronavirus zouden verspreiden vanuit de Randstad naar de Achterhoek. En dus klonk het in de Kamer: afschalen naar 30 kerkgangers.
Dat Haagse politici weinig besef hebben van het belang van kerkgang is betreurenswaardig maar verbaast niet meer. Toch was dit voorstel van alle redelijkheid ontdaan en wekte het de indruk dat de onderbuik regeert. De voorbeelden zijn vaker genoemd: hoe valt het uit te leggen dat een en hetzelfde kerkgebouw van maandag tot zaterdag als museale ruimte de deuren opent voor 300 bezoekers maar op zondag slechts voor 30? Hoe rijm je met elkaar dat er zondag in de Brabanthallen 600 mensen bijeen zijn op een platenbeurs met „goede koffie en frisse pils”, terwijl grote kerkzalen in de Biblebelt zo goed als leeg moeten blijven?
Dat alles zóú redelijk zijn als kerken inderdaad brandhaarden van corona waren. Maar het tegendeel is –vooralsnog– waar. De cijfers van het RIVM laten zien dat besmettingen in de achterliggende maand voor 0,15 procent toegeschreven kunnen worden aan religieuze instellingen. Voor de horeca was dat 4,1 procent, voor vrijetijdsbesteding zoals sportclubs zelfs 5,2 procent. Met andere woorden: de kans op besmetting in een sportclub was 35 keer hoger dan in de kerk.
Moeten de kerken dan de dringende adviezen van de minister maar in de wind slaan? Dat zou onverstandig zijn. Het argument dat we God meer dienen te gehoorzamen dan de mens, is niet sterk. Immers, élke kerk accepteert al beperkingen van de overheid, zoals de anderhalvemeterregel.
Toch is de situatie nu volstrekt anders dan in maart: geen volledige lockdown, scholen blijven open en verpleeghuizen gaan niet meer op slot. Nu, dat soort maatwerk is dan ook passend voor kerken. In regio’s waar nu al sprake is van een flinke toename van besmettingen, ligt het voor de hand om het aantal kerkgangers verder te beperken en de maatregelen rond het zingen aan te scherpen. Minstens zo belangrijk is te laten zien dat het ernst is, door dat zorgvuldig te communiceren en verantwoordelijkheidsbesef te tonen, zowel naar de leden als naar buiten. Naast het gebod om de rustdag te heiligen door naar Gods huis te gaan, geldt het gebed om Gods Naam te heiligen, door ons leven zo in te richten dat die om onzentwil niet gelasterd maar geëerd en geprezen zal worden.