De voorganger neemt in De Deur een machtige positie in. Hij oefent zijn invloed niet alleen uit in de kerkelijke gemeente, maar ook in de privélevens van de leden. Dat deed het huwelijk van John van der Weide geen goed.
John voegt zich in de jaren negentig bij een Nederlandse De Deur-gemeente, nadat hij op straat is aangesproken door een stel jonge mannen. „Leuke gasten”, vindt hij. Ze tonen begrip en vertellen over een liefdevolle God. Het hartverwarmende contact trekt hem over de streep. Als hij tijdens zijn eerste kerkdienst naar voren gaat en zijn zonden belijdt, valt er een last van zijn schouders.
Achter gesloten deuren
Achter gesloten deuren speelt pastor Evert Valk, voorganger van Evangeliegemeente De Deur in Zwolle, een duister spel. Een marmeren blad in zijn kantoor vormt het speelbord, een mes het spelattribuut. Zijn status maakt dat hij ver kan gaan. Meer dan tien vrouwen doen mee. Als één van hen het zwijgen doorbreekt, lijkt het spel uit te zijn. Wat er dan gebeurt, is exemplarisch voor de gang van zaken in de gesloten kerkgemeenschap waartoe De Deur behoort, de Christian Fellowship Ministries (CFM). Het slachtoffer verdwijnt van het toneel, de dader keert terug. Deel 5 van 7.
Hij leert de gemeente kennen en krijgt al snel door hoe het werkt in de kerk. Er zijn leiders én mensen die op enig moment leider zullen worden. Als nieuweling krijgt hij iemand toegewezen die hem nazorg geeft en hulp bij geestelijke vragen, iemand die probeert te klimmen op de ladder van eer en aanzien.
Wat John dan nog niet weet, is dat deze persoon alles wat hij doet en zegt aan de pastor rapporteert, ook zijn diepste geheimen en gevoelens. Als de voorganger een van deze thema’s aansnijdt in zijn preek, denkt John dat God een boodschap voor hem heeft.
De nazorgmedewerker vertelt al snel dat het leuk zou zijn als John familie en vrienden meeneemt naar de kerk. Willen ze dat niet, dan is het beter dat John de banden verbreekt, anders zullen ze hém meeslepen, terug de wereld in. Deze waarschuwing leest hij terug in een boekje met informatie voor nieuwelingen.
Door het ondertekenen van een contract belooft hij loyaliteit en actieve betrokkenheid. Wie alleen op zondag de diensten bezoekt, hoort hij tijdens de preek, telt niet echt mee. Wie langer dan een midweek op vakantie gaat, laat de gemeente in de steek. Wat boven alles telt, is loyaliteit aan de pastor, geefgedrag en aanwezigheid in elke bijeenkomst en bij elke activiteit. Tijdens de diensten, bidstonden en conferenties wordt hij ingewijd. Daar hoort hij wat hij het beste kan doen.
Applaus
Hij bezoekt ze trouw. De conferenties zijn pompeuze bijeenkomsten met veel vlagvertoon, bijgewoond door kerkleden uit tal van landen. Het gaat over de aanwas van leden, nieuw gevestigde kerken, groei. Sprekers beklemtonen trouw aan de leiders, de pastors. Ze vertellen ook hoe je voorganger kunt worden.
„Daar gaat het om”, zegt John. „De ambitie van mensen aanwakkeren.” Uit alles blijkt hoe groot de eer is die er te behalen valt. Aan het einde van de conferentie worden er mensen uitgezonden die in andere plaatsen een nieuwe gemeente zullen gaan stichten. Onder groot applaus. Een hoogtepunt. God heeft hen doen verrijzen. Loyaal zijn ze, actief, betrokken, vrijgevig. Hun houding verdient navolging. De ultieme bestemming van mannelijke kerkleden is dat ze voorganger worden en doen wat God van hen verlangt, namelijk mensen tot bekering leiden.
John wil ook graag uitgezonden worden. Elke morgen voordat hij aan het werk gaat, is hij in de kerk te vinden. Ook na het werk en in het weekend zijn er activiteiten. Hij oefent met bandleden, klust en evangeliseert. Na verloop van tijd wordt hij zondagsschoolleider. Jaar in, jaar uit geeft hij zijn beste krachten aan de gemeente.
Hij ziet hoe kinderen al op jonge leeftijd leren dat vooral hun prestaties ertoe doen. Foutloos huiswerk wordt beloond met een cadeautje. Wie fouten maakt, krijgt niets. Het doet hem zeer als hij ziet dat kinderen huilend de kerk verlaten. Dat is, zegt hij, in het klein hoe het werkt in De Deur. Voorbeeldig gedrag wordt beloond. Laat je echter steken vallen, dan zul je nooit hogerop komen. Tenzij je „onbegrensde loyaliteit en vriendschap voor de pastor” aan de dag legt. Dan maak je kans te worden toegelaten tot de intimi, een groepje mensen dichtbij de voorganger.
Alleen
„Als je jarenlang de zondagsschool hebt geleid, hoop je dat er deuren voor je opengaan. Dat ook jij op een dag te horen krijgt dat je mag gaan. Dat is een erkenning voor jarenlange trouwe dienst.”
Maar wat John vurig verlangt, gebeurt niet. Hij begint aan zichzelf te twijfelen. „Wat is er mis met mij? Ben ik niet loyaal genoeg?”
Hij gaat in gesprek met zijn voorganger en deelt alles met hem, ook de zondige gedachten die soms bij hem opkomen en die hij uit alle macht probeert te onderdrukken. Er zijn een paar dingen waaraan hij moet werken, zegt de pastor. Structureel tienden geven, aanwezig zijn. Hij heeft immers een voorbeeldfunctie voor nieuwe bekeerlingen. Verder zou het goed zijn dat John met hem spreekt over zijn huwelijksproblemen en dat ook Johns vrouw eens onder vier ogen met hem praat. Wat eenmaal is uitgesproken, zal God bedekken. En een geopenbaarde zonde kan de duivel niet tegen hem gebruiken.
John voelt zich afgewezen door alles en iedereen. Door God zelfs, want het is God Die mensen opricht, Die spreekt door de mond van de voorganger. Die zegt dat jij er klaar voor bent. „Ik heb me zelden zo alleen gevoeld.”
De voorganger blijkt zich te laten leiden door zijn ego. Hij stelt mensen aan die om zijn grappen lachen, hem onvoorwaardelijk gehoorzamen, zijn voorbeeld volgen. Gemeenteleden staan te trappelen om een wit voetje te halen bij de pastor, hopend op een eervolle bediening.
Op een zondagmorgen ontdekt John dat iemand de kabels van de overheadprojector heeft doorgesneden, het apparaat dat hij als zondagsschoolleider nodig heeft. „Iemand wilde dat het bij mij mis zou gaan”, zegt hij, „zodat mijn reputatie eronder zou lijden.”
Het is normaal om over iemand te klikken bij de pastor, de voorganger moedigt dat zelfs aan.
Luistervink
Als lid van de ordedienst, verantwoordelijk voor allerlei regelwerk zoals het klaarzetten van stoelen, krijgt John opdracht om tijdens bijeenkomsten luistervink te spelen. „Ik heb veel dingen doorverteld aan de pastor. Wie met wie omgaan, wie er op het punt staat een relatie te beginnen, wie er een kritisch geluid laat horen, wie er rookt of drinkt. En, het allerbelangrijkste, wie er kritiek heeft, wie een potentieel gevaar voor de leiding vormt.”
Soms moet hij met iemand in gesprek gaan om uit te vogelen wat er gaande is in iemands leven. Hij ontdekt dat de aandacht voor nieuwelingen vooropgezet en gemaakt is. Elkaar controleren en zelfs bespioneren is de normaalste zaak van de wereld.
Uiteindelijk draait het in De Deur maar om één ding: wees geen rebel. In preken, in Bijbelstudies, in onderlinge gesprekken staat trouw aan de kerk en aan de pastor in het middelpunt. Als je in opstand komt, zal hellevuur je deel zijn.
Wig
Er knapt iets bij John en hij overweegt de gemeente te verlaten. Dat levert hem ruzie op met zijn vrouw. Ze vindt dat hij de pastor gehoorzaam moet zijn. De voorganger neemt in het pastoraat aan getrouwden vaak de positie van de man in, zegt John. Vooral vrouwen bespreken alles met hun voorganger, zonder dat hun man erbij is, ook als het een meningsverschil met hun eigen echtgenoot betreft. „Ik noem dat pastoraal overspel.”
Afhankelijk van wie hem het meest loyaal is, neemt de pastor stelling in, is zijn ervaring. „Je zult zien dat één van beiden een bediening krijgt, zodat hij of zij dichtbij de pastor blijft. Zo drijf je een wig in huwelijken.”
John en zijn vrouw gaan uiteindelijk door een echtscheiding heen. Hun huwelijk is een van de vele relaties die onder druk van de kerk stranden.
Sommige sprekers in De Deur, herinnert John zich, zijn geobsedeerd door alles wat met seksualiteit en (on)reinheid te maken heeft. Het thema komt in preken vaak voorbij. Daarnaast ligt er een nadruk op het belijden van seksuele zonden.
Hij maakte regelmatig mee hoe iemand die seksuele zonden beging en deze beleed, voorlopig niet in de kerk mocht komen, iets waar John dubbele gevoelens bij had.
„Als iemand een bediening heeft en overspel pleegt, moet hij gewoon wegwezen, dat is duidelijk. Maar waarom is er zo weinig liefde en genade voor mensen? Ze worden afgeschreven, in het openbaar vernederd. Mensen met een laag zelfbeeld krijgen daar een knauw van. Het zijn altijd dezelfde personen die naar voren gaan. Terwijl degenen die blijven zitten, of een functie hebben, niet anders zijn.”
Hoewel John veel negatieve ervaringen opdeed, vindt hij het belangrijk om een nuance aan te brengen in zijn verhaal. Hij is er namelijk van overtuigd dat er in De Deur een grote groep oprechte christenen samenkomt. Die mensen beschouwt hij, nog steeds, als „familie.” Ze zijn te goeder trouw, hebben zuivere motieven. Met de kerkleiding heeft hij echter grote moeite.
Beschadigd
John is de tel kwijt van bekenden die in de loop van de tijd met de kerk hebben gebroken. Velen zijn beschadigd. Velen zijn kinderen, een partner of familieleden kwijtgeraakt.
„Als je een klein beetje kunt rekenen, weet je dat lang niet alle nieuwelingen bij de gemeente blijven. De Deur heeft eigenlijk maar een kleine kern. De rest is kanonnenvoer. Mensen worden opgebruikt. Dan is de volgende bekeerling aan de beurt. Het is ijskoud daarbinnen.”
serie Achter gesloten deuren
Achter gesloten deuren speelt pastor Evert Valk, voorganger van Evangeliegemeente De Deur in Zwolle, een duister spel. Een marmeren blad in zijn kantoor vormt het speelbord, een mes het spelattribuut. Zijn status maakt dat hij ver kan gaan. Meer dan tien vrouwen doen mee. Als één van hen het zwijgen doorbreekt, lijkt het spel uit te zijn. Wat er dan gebeurt, is exemplarisch voor de gang van zaken in de gesloten kerkgemeenschap waartoe De Deur behoort, de Christian Fellowship Ministries (CFM). Het slachtoffer verdwijnt van het toneel, de dader keert terug. Deel 5 van 7. Donderdag deel 6: het koninkrijk van Mitchell.
Verantwoording
Dit artikel is gebaseerd op een interview met John van der Weide. John heet in werkelijkheid anders. Hij leefde vele jaren mee met een De Deur-gemeente in het zuiden van Nederland.