Binnenland

Jos B.: Angst verhinderde me om eerder te verklaren

Jos B., verdacht van het ontvoeren, misbruiken en doden van de 11-jarige Nicky Verstappen in 1998, zegt dat angst en paniek hem hebben verhinderd om eerder een verklaring over zijn betrokkenheid te geven. B. heeft een zedenverleden.

ANP
28 September 2020 13:16Gewijzigd op 16 November 2020 20:30

„Ik wilde er niet bij betrokken worden”, vertelde B. maandag op de eerste zittingsdag in de rechtbank van Maastricht, op vragen van de rechters waarom hij geen alarm sloeg nadat hij het levenloze lichaam van de jongen op de Brunssummerheide had gevonden.

De rechters willen onder meer weten waarom B. zo lang met zijn geheim heeft rondgelopen. „Mij is duidelijk geworden bij mijn arrestatie, dat ik eigenlijk al veroordeeld was zonder een woord gezegd te hebben”, zei B. daarover. De nu 57-jarige B. zegt dat angst ook de reden is dat hij tijdens een verhoor in 2001 niet heeft verteld dat hij bij het lichaam is geweest. „Ik heb een verleden. De politie heeft me ooit verteld: ‘we gaan jou weer vinden als er wat gebeurt op dit gebied.’”

De verdachte verklaarde dat hij na de vondst van Nicky het lichaam op zijn rug heeft gedraaid, voordat hij de ademhaling wilde controleren. „Volgens mij lag hij deels op zijn buik en daarom heb ik hem omgedraaid. Ik heb geprobeerd Nicky netter neer te leggen, een been gestrekt. Ik heb zijn kleren gefatsoeneerd, een beetje rechtgetrokken. En blaadjes weggeveegd.”

B. beantwoordt niet alle vragen. Advocaat Gerald Roethof waarschuwt zijn cliënt dat hij niet zaken moet invullen als hij iets niet zeker weet. B. lijkt zich daarvan bewust. „Hoe graag ik ook zou willen helpen, ieder klein dingetje wat ik nu zeg gaat me aangerekend worden”, zei B. Toch komt hij ook spontaan met details op de proppen. Zo weet hij nog dat hij zonder licht op de fiets naar de Brunssummerheide was gefietst, hij wilde die dag naar Duitsland fietsen. „Het was net licht. Ik heb het licht van de fiets niet aan gehad.” De rechter noemde dit een opmerkelijk detail. „Herinnert u zich dat opeens? U heeft een goed geheugen”, reageerde de rechter.

Advocaat Roethof blijft tijdens het bespreken van het dossier herhaaldelijk benadrukken dat zijn cliënt woorden als misschien en mogelijk gebruikt. B. weet onder meer niet hoe laat het was toen hij Nicky vond. „Daar zit een marge in, maar dan moet ik gokken.” Roethof: „Gokken doen we niet, in het casino gok je.”

De eerste zittingsdag van de meerdaagse strafzaak begon met een videoverklaring van B. Op de in zijn cel opgenomen video verklaart B. dat Nicky al overleden was toen hij hem aantrof en dat hij 22 jaar met dit geheim heeft rondgelopen. Het Openbaar Ministerie heeft nog niet gereageerd op de video.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer