Italië worstelt met nieuwe schoolbankjes
Leerlingen op Italiaanse scholen zijn volgend schooljaar verplicht op afstand van elkaar in de klas te zitten. De centrale overheidsaanbesteding van miljoenen eenpersoonsbankjes heeft veel voeten in de aarde.
Het goede nieuws uit Italië is dat na de vakantie het nieuwe schooljaar gewoon weer begint. Alle leerlingen van het basis- en voortgezet onderwijs worden half september, zoals elk jaar, op school verwacht. Het slechte nieuws is dat ze in de klas zullen moeten staan. Dat is tenminste de conclusie nu de Italiaanse autoriteiten het verbod hebben ingesteld dat twee leerlingen naast elkaar zitten.
Het gaat om een anticoronamaatregel. Alle scholen zijn zodoende verplicht hun klassen met eenpersoonsbanken in te richten. De ministeriële richtlijn stelt twee opties voor: de helft van een traditionele dubbele schoolbank gebruiken, of een modern uitgerust ‘bankje’ op vier of vijf wielen, waarmee leerling zich gemakkelijker kan bewegen. Bij overtreding van de afstandsregel kan bij gebruik van het nieuwe type sneller worden gecorrigeerd en het stelt de leerling in staat beter in groepjes te werken. De meeste scholen beschikken niet over zulke werkplekken.
De afgelopen weken staan de Italiaanse kranten vol met uitspraken van schooldirecteuren en leraren die erop wijzen dat het de investering niet waard is en dat scholen andere prioriteiten hebben. Toch waren alle scholen verplicht opgave te doen van het aantal bankjes dat ze voor het nieuwe seizoen nodig hebben.
Om de kosten binnen de perken te houden, gaat de overheid namelijk centraal aanbesteden. Uit de inventarisatie blijkt dat er precies 2.540.236 schoolbankjes nodig zijn. Het probleem is: welke bedrijven zijn in staat om die binnen korte termijn te leveren?
Donderdag moet de inschrijving op de centrale aanbesteding in Rome binnen zijn. Een week later dienen de contracten te worden ondertekend. Producenten kunnen echter naar verwachting eind september in totaal hooguit 120.000 exemplaren klaar hebben voor aflevering.