Heel Nederland gaat plat woensdag als het aan boerenactiegroep Farmers Defence Force (FDF) ligt. Waarom? Diervoedingsexpert Jan Dijkstra van Wageningen University & Research (WUR) weet het.
Naast de coronacrisis heeft Nederland ook te maken met een stikstofcrisis. De Raad van State oordeelde in mei 2019 dat er ons land veel te veel stikstof in de lucht komt. Dat leidt tot problemen in natuurgebieden. Stikstof kun je zien als een soort mest. Heideplanten bijvoorbeeld houden daar niet van, grassen juist wel. Die grassen verdringen de heide. Daardoor kleuren de heidevelden niet meer zo paars als voorheen.
Naar Europese regels is Nederland verplicht die natuurgebieden te beschermen en dus de stikstof in de lucht te verminderen. Zolang dat niet gebeurt, liggen veel vergunningsaanvragen voor bijvoorbeeld de woningbouw stil. De bouwsector zorgt voor ongeveer 1 procent van de stikstofuitstoot in Nederland.
Woningbouw
Maar er is juist enorm veel behoefte aan nieuwe woningen. Daarom wil het kabinet koste wat het kost voorkomen dat de woningbouw stil komt te liggen. Het kabinet kijkt naar de sector waar de meeste stikstof vandaan komt: de landbouw met ruim 40 procent van de stikstofuitstoot.
Een van de manieren waarop landbouwminister Schouten de uitstoot in die sector omlaag wil krijgen, is te zorgen dat koeien minder eiwit binnenkrijgen.
Eiwit bestaat voor 16 procent uit stikstof. Hoe minder eiwitten koeien binnen krijgen, hoe minder stikstof ze uitpoepen en -plassen en hoe minder stikstof er via de lucht in de natuur terechtkomt.
Hoe wil minister Schouten dat voor elkaar krijgen?
Universitair hoofddocent Dijkstra van de universiteit in Wageningen: „De minister wil een maatregel die stand houdt bij de rechter. Een maatregel die niet van tafel wordt geveegd omdat hij juridisch niet klopt of niet uitvoerbaar is. Dat is al te vaak gebeurd, onder andere door de Raad van State.
Dus kiest Schouten voor een meetbaar maximum percentage eiwit in krachtvoer. Van september tot en met december mogen boeren op veengrond maximaal 16 procent eiwit in het krachtvoer hebben, voor veehouders op kleigrond staat dat maximum op 19 procent.
De stikstofverlaging door deze maatregel wil de minister gebruiken om weer vergunningen voor woningbouw mogelijk te maken.”
Wat vindt u daarvan?
„Het gros van de Nederlandse koeien kan best met iets minder eiwitten, met gemiddeld 10 procent minder. Maar het grote nadeel van het plan van minister Schouten is dat er geen maatwerk mogelijk is. Een jong kalf heeft in de eerste weken, naast melk, krachtvoer nodig met zo’n 18 tot 20 procent eiwit. Anders groeit het kalf niet goed en bouwt het ook onvoldoende weerstand op tegen ziektes.
Als een kalf over een langere periode te weinig eiwitten krijgt, wordt het een probleemkoe die haar hele leven met ziektes te kampen zal hebben. Maar ja, maatwerk is juridisch weer niet controleerbaar, dus voor de minister onbespreekbaar.”
Wat dan?
„Geef boeren de vrijheid om het zelf te regelen. Het fosforconvenant bewijst dat dat kan. Zo’n zeven jaar geleden bleek dat er teveel fosfor vrijkwam uit dierlijke mest. Toen hebben overheden, boeren en veevoederfabrikanten een convenant getekend om het fosforpercentage in het veevoer te verminderen. Dat is heel goed gelukt: qua fosfor zitten we ruim onder de Europese norm. Waarom zou dat nu bij stikstof ook niet mogelijk zijn?”
Wat gebeurt er als de minister niet zwicht?
„Dan gaat de veevoermaatregel per 1 september in. De overheid verwacht dat 15 procent van de boeren zich er niet aan zal houden en dat 5 procent het eiwittekort op een andere manier zal compenseren.
Als een boer bijvoorbeeld voorheen zijn koe 1 kilo krachtvoer gaf met 30 procent eiwit, kan hij nu dezelfde koe in dezelfde tijd 2 kilo krachtvoer geven met 15 procent eiwit. Dat is niet verstandig, want de koe krijgt op die manier veel meer energie binnen dan nodig. Zij zal daardoor vetter worden.
Dan krijgt zij net als mensen met veel overgewicht allerlei problemen. Bij een koe uit zich dat vooral nadat ze –in te vette conditie– heeft afgekalfd. Dat moet je dus zien te voorkomen.”
Wat is het ideaal?
„Kijk naar het totale voerpakket, niet alleen naar het krachtvoer. In gras zit ook eiwit, in maïs weer minder. Zeker de helft van de koeien kan met minder eiwit toe. Zorg met een uitgebalanceerd voerbeleid dat die helft niet meer eiwitten binnen krijgt dan noodzakelijk.
Geef alleen de koeien die dat echt nodig hebben krachtvoer met een wat hoger eiwitpercentage, de rest niet. Dat vraagt om extra inzet van de boer. Maar als daar stevige afspraken over komen, in juridisch opzicht goed geregeld, is de nu voorliggende voermaatregel niet nodig.”