Wie is de mens achter alle cijfers en discussies over migratie?
De migrant die naar Europa peddelt, heeft vaak weinig besef van het migratiebeleid van de Europese Unie. Toch draait alles om hem. Welke impact heeft het EU-beleid op zijn leven?
Zowel de migrant als de Europese Unie is een verliezer van het huidige EU-beleid, zegt Catherine Woollard. Als directeur van European Council of Refugees and Exiles (ECRE) werkt zij onder andere veel met mensen die migrant zijn of een vluchtenlingenachtergrond hebben. Daardoor ziet en hoort ze met eigen oren en ogen wat in praktijk het effect is van het huidige EU-migratiebeleid.
Het vijandige ontvangst die migranten en vluchtelingen krijgen, leiden ertoe dat mensen woede, wanhoop en onbegrip ervaren, vertelt Woollard. „Integratie moet vanaf dag één beginnen. Waarom wordt het bijvoorbeeld niet toegestaan dat ze werken? Dat leidt ten eerste tot frustratie dat ze niet kunnen werken. Ten tweede kunnen ze niet begrijpen waarom ze niet mogen werken.”
De ECRE-directeur denkt daarnaast dat het vasthouden van migranten in detentiecentra een „maatregel voor criminelen” is en daarom een „onevenredige” regeling is. „Mensen ervaren hun verblijf in een detentiecentrum als traumatisch en gevaarlijk. Het is heel moeilijk om daar een zo’n normaal mogelijk leven te leiden.”
Woollard vertelt over een man die haar een inkijk gaf in zijn ervaring met detentie. „Hij zei dat hij nergens meer om gaf nadat hij uit die situatie kwam. Hij ging zich onverantwoordelijk gedragen, nadat hij alles wat je maar kunt meemaken, meemaakte in dat centrum.” Met dit soort maatregelen, handelt de EU tegen haar eigen belang, stelt de directeur. „Het wordt moeilijker om mensen na deze traumatische ervaringen –bovenop de posttraumatische stressstoornis die ze kunnen hebben als gevolg van de situatie in het land van herkomst en het vluchten– te integreren in de maatschappij.”
Ook Anna Zobnina, strategie- en beleidscoördinator bij European Network of Migrant Women, ziet hoe het Europees migratiebeleid niet genoeg rekening houdt met de praktijksituaties van vrouwen. „De meeste mensen in de EU weten niet hoe het leven voor een meerderheid van vrouwelijke migranten eruit ziet. Ze snappen niet wat het betekent om in angst te leven om te worden uitgezet.”
Vooral het streven naar genderneutraliteit in het EU-beleid maakt het helpen van vrouwen moeilijker, zegt Zobnina. „Ik wil specifieke cijfers over mannen en vrouwen zien. Hoeveel vrouwen hebben hulp gekregen, bijvoorbeeld in de vorm van kinderopvang? Er zijn veel obstakels voor vrouwelijke migranten, maar hoe wordt er rekening gehouden met alle details waar vrouwelijke migranten tegenaan lopen als genderneutraliteit de basis van het beleid is?”
Zo wordt er volgens de beleidscoördinator ook geen rekening gehouden met de verschillende factoren die ervoor zorgen dat vrouwen vluchten. „De EU behandelt de onderliggende redenen niet, zoals geweld tegen vrouwen, waar vrouwen vergeleken met mannen onevenredig veel mee te maken krijgen. Of seksuele uitbuiting, mensenhandel en gedwongen huwelijken.”
Zobnina vervolgt: „Veel factoren die ervoor zorgen dat vrouwen naar de EU vluchten, worden niet in overweging genomen vanwege een afwezigheid van een feministische analyse in het EU-beleid.” Ook blijft door de genderneutraliteit in de Europese aanpak na jaren onduidelijk over wat er voor vrouwelijke migranten moet worden gedaan, vertelt Zobnina. „De EU heeft daardoor geen duidelijke verplichtingen om vrouwen te helpen of om zich in te zetten voor vrouwenrechten.” Als gevolg stroomt er al jaren minder geld naar organisaties die met en voor vrouwelijke migranten werken. „Deze neutraliteit in het migratiebeleid is niet wat nodig is in praktijk, want de situaties van mannen en vrouwen verschillen enorm.”