Artsen waren in bijna alle euthanasiegevallen in 2019 zorgvuldig
Artsen hebben in vrijwel alle gevallen van levensbeëindiging in 2019 conform de zorgvuldigheidseisen gehandeld, meldt het jaarverslag 2019 van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE). In slechts vier van de 6361 gevallen is geoordeeld dat deze helemaal niet volgens de wettelijke zorgvuldigheidseisen zijn uitgevoerd.
Het totaal van 6361 euthanasiegevallen in 2019 laat een lichte stijging zien ten opzichte van 2018, toen er 6126 meldingen waren. Het aantal is lager dan in 2017 (6585 meldingen) en is 4,2 procent van het totaal aantal mensen dat in 2019 is overleden, staat in het jaarverslag dat vrijdag is overhandigd aan minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
In vier van de gevallen constateerde het RTE dat de arts bij de toepassing niet had gehandeld conform de zorgvuldigheidseisen. In drie gevallen ging het om de vereiste consultatie en in één geval om de uitvoering, waarbij de arts op verzoek van de patiënt en familie niet tot het overlijden aanwezig is geweest.
In 2019 was er veel te doen om het vonnis in de zaak tegen een verpleeghuisarts die euthanasie had toegepast op een zwaar dementerende en wilsonbekwame patiënte. Hoewel het OM zich bij de vrijspraak heeft neergelegd, heeft de procureur-generaal de kwestie neergelegd bij de Hoge Raad.
De RTE hoopt dat de uitspraak van de Hoge Raad in deze zaak op 21 april de bestaande onzekerheid van artsen zullen wegnemen over de handelswijze bij een verzoek om levensbeëindiging op grond van een schriftelijke wilsverklaring van een patiënt, die inmiddels vergevorderde dementie heeft.
In het jaarverslag van 2019 wordt melding gemaakt van twee meldingen van euthanasie bij een patiënt met een vergevorderd stadium van dementie. Ook meldt het rapport 34 gevallen (17 stellen) waarbij aan twee partners gelijktijdig euthanasie werd verleend. In 2018 ging dat nog om 18 gevallen.