Column: Vrijwillig in quarantaine
Mijn column van deze week kon natuurlijk maar over één onderwerp gaan. Veel lastiger was de vraag welke boodschap ik de lezer precies wil meegeven in crisistijd.
De afgelopen week functioneerde ik in een soort overlevingsstand. Dat klinkt ernstiger dan het is, want in dit verband betekent het slechts dat ik me dagenlang alleen maar kon focussen op één probleem. Je kunt ook zeggen dat ik in eerste instantie alle berichten rondom het coronavirus een beetje langs me heen liet gaan, terwijl dat nu het enige was wat nog tot me doordrong.
Aan de horizon doemen problemen op die in potentie zo omvangrijk en destabiliserend zijn dat ze al mijn aandacht vragen, net zoals ik in oktober 2008 op monomane wijze bezig was met het bestuderen van mijn hypotheekpapieren. Toen vreesde ik niet alleen een langdurige economische crisis, maar ook een forse daling van de huizenprijzen en verlies van werk en zekerheid. Al die verwachtingen kwamen uit en noopten me tot het nemen van drastische maatregelen.
Met eenzelfde onrustige gevoel keek ik afgelopen dagen maar de kelderende aandelenkoersen en de berichten over de verdere verspreiding van het coronavirus. Niet alleen zit er een oorzakelijk verband tussen de inmiddels officiële pandemie en de paniek op de beursvloer, het resulteert tevens in een spreekwoordelijke oorlog die op twee fronten tegelijk moet worden uitgevochten. In die zin ben ik niet zozeer bevreesd voor een soort kredietcrisis 2.0 als wel voor een kredietcrisis in het kwadraat.
De situatie die nu dreigt wordt door economen vaak aangeduid als een „perfect storm”: een samenloop van omstandigheden met een in potentie sterk ontwrichtend karakter. Lastig daarbij is dat maatregelen die zouden moeten worden genomen om het virus te beteugelen, vrijwel direct resulteren in grote economische schade. Gevolg daarvan is dat beide gebeurtenissen elkaar voortdurend versterken met als onvermijdelijk resultaat een neergaande, moeilijk te stoppen spiraal.
Mijn grootste zorg is om zelf niet besmet te raken (ook omdat je dan verder niemand kunt besmetten). Het weifelende optreden van de overheid wekt daarbij in toenemende mate ergernis op, omdat het lijkt of men de ernst van de situatie onderschat en voortdurend achter de feiten aanloopt. Om die reden probeer ik me al dagen te houden aan de strenge maatregelen die nu in geheel Italië van kracht zijn, óók omdat ik verwacht dat die binnenkort overal gelden.
Zo heb ik mezelf veroordeeld tot een vrijwillige vorm van quarantaine. Een week geleden gaf ik mensen op een verjaardag al geen hand meer, komende zaterdag laat ik zelfs helemaal verstek gaan. Interviews voor mijn nieuwe boek heb ik afgezegd als ik daarvoor de trein moet pakken en ik ga alleen de deur uit als dat strikt noodzakelijk is. In mijn geval betekent het dat ik snel boodschappen doe en verder elk intermenselijk contact vermijd. De toekomst zal uitwijzen of dat overdreven is of geheel op zijn plaats. Ook zal dan wellicht blijken of dit de prijs is die we als mensheid moeten betalen voor wat ik in mijn nieuwe boek betitel als „ongebreidelde consumptie, egoïsme, reislust en hebzucht.”
De auteur is publicist. Reageren? hormann@refdag.nl