Alleen op de begraafplaats is het in Rome druk
Begraven is een van de laatste activiteiten die ongestoord doorgang vinden in Italië.
Een grijze rouwwagen rijdt door de toegangspoort van begraafplaats Verano in Rome. Erachter rijdt een witte middenklasser. „Zie je, het begraven gaat door zoals op alle dagen”, zegt de poortwachter. Verano is een monumentale begraafplaats, bijna een stad. Het terrein is zó groot dat er speciaal openbaar vervoer rijdt.
Een paar honderd meter van de ingang staan een aantal urnenmuren. Er rijden zo’n vijf, zes auto’s voorbij en er lopen mensen. Bij het mortuarium staan drie personeelsleden, elk met een mondkapje op. „Ons moratorium beschikt over een goede ventilatie. Hier kunnen de kisten enkele weken blijven staan. Sommige families kiezen ervoor om de begrafenis en teraardebestelling uit te stellen”, zegt een van hen.
Net buiten de begraafplaats staan drie medewerkers van een begrafenisonderneming. „Er is niet zo veel veranderd”, zegt Patrizio. „Een lichaam mag nu niet langer dan twee uur in het mortuarium blijven. Normaal is het dat overledenen een ochtend of de gehele dag opgebaard blijven. Mensen die de laatste groet willen brengen, mogen nu alleen één voor één naar binnen. Het grootste verschil is dat er geen begrafenisdienst mag worden gehouden.”
De 26-jarige Patrizio en zijn collega’s werken grotendeels net als altijd. „Van het mortuarium gaan we direct naar de begraafplaats, en niet eerst naar de kerk. Dat is het verschil.” En, er mag maar één volgwagen mee in de ‘begrafenisstoet’.
Patrizio heeft nog geen slachtoffer van corona moeten wegdragen. In Rome is het aantal (nog) laag. Er zijn tot dusverre in het gewest Lazio, waar Rome toebehoort, negen doden gevallen. In Lombardije zijn 744 personen aan het virus gestorven. Ruim 4200 mensen zijn opgenomen; nog eens 2000 patiënten doen aan thuisisolatie.
De situatie in Lombardije is nijpend. Er is een ruimtetekort op de intensive care. In Bergamo, waar in de stad en de provincie 142 mensen aan het coronavirus zijn gestorven, kan het mortuarium de situatie niet aan. Er zijn vier keer meer overledenen te verwerken dan normaal in deze periode van het jaar, schrijft Corriere della Sera. In het plaatsje Zogno sterven dagelijks parochianen en vaak meer dan één per dag. Op 10 maart alleen al drie. De parochiepriester laat via Facebook weten dat hij maar één keer per dag klokkenluidt. Hij beiert niet bij elk sterfgeval omdat anders „het verdriet nog meer toeneemt.”
Een verpleegster laat haar vriendinnen via een audiobericht, dat in de pers is opgedoken, weten hoe de situatie in het ziekenhuis van Brescia is. „De situatie wordt telkens erger. Sinds 1 maart zijn er 38 doden. Op de eerstehulpafdeling bepalen ze wie er blijft leven en wie er sterft”, zegt ze op huilende toon. Het audiofragment werd donderdag ook door de NOS uitgezonden. „Degenen die overlijden, gaan in hun eentje dood, want de familie mag er niet bij zijn.”
De Italiaanse pers publiceert verhalen van familieleden die wegens de quarantainevoorschriften hun geliefde niet hebben kunnen bijstaan in het laatste levensuur. Zo werd de vader van Luca Carrara afgelopen zaterdag wegens corona-infectie opgenomen in het ziekenhuis van Bergamo, een dag later ook zijn moeder. Op maandagochtend stierf zijn vader, twee uur later zijn moeder. „Ik heb ze niet meer gezien en gesproken”, zegt Luca tegen Corriere della Sera. „Ik heb ze niet meer gedag kunnen zeggen of ze moed kunnen inspreken.”
Overlijdensadvertenties maken helder hoe de veiligheidsmaatregelen het leven ook na de dood in de greep hebben. „De begrafenisceremonie wordt niet gehouden en elke vorm van condoleance die onverenigbaar is met gezondheidsvoorzieningen moet worden vermeden”, staat in de advertentie van een 99-jarige vrouw uit de buurt van Udine.
In Rome is de situatie minder dramatisch. Maar men lijkt zich op het ergste voor te bereiden. Voor supermarkten staan lange rijen. Die zijn zo lang, omdat mensen een of vaak meer meters van elkaar afstaan, en personeel klanten maar druppelsgewijs binnenlaten. Sommige producten zijn hardnekkig uitverkocht zegt een supermarktmedewerker. „Eieren en gist zijn als eerste weg.” Wie het huis verlaat moet een formulier op zak hebben van het ministerie van Binnenlandse Zaken, waarin men zijn of haar verplaatsing verantwoordt.