Jeugd verlaat Krimpenerwaard
De woningmarkt van Krimpenerwaard is ondoordringbaar voor jonge stellen, weet de gemeente Krimpenerwaard. De politiek breekt zich het hoofd over een oplossing. Intussen verlaat de ene na de andere jongere de poldergemeente. Zo ook het kersverse echtpaar De Jong. Vorige week betrok het een stek in Alblasserdam. „Ik heb hier erg van gebaald.”
Vastbesloten was Wouter de Jong (24) uit Stolwijk. Hij zou zijn leven lang in het dorp van zijn jeugd gaan wonen. Met Josefien Verschuure (24) uit Kruiningen, met wie hij na enkele jaren verkering serieuze trouwplannen had gekregen.
Wouter: „Ik heb vanaf mijn 1e tot mijn 23e jaar op een familieboerderij in het buitengebied van Stolwijk gewoond.”
Zijn betovergrootvader had de woning in 1924 laten bouwen in ’t Beijersche, een buurtschap op zo’n 2,5 kilometer ten noordwesten van Stolwijk. Dit deed hij nadat zijn vorige boerderij –sinds 1889 in zijn bezit– op dezelfde plek was afgebrand. Wouter: „Hij heette óók Wouter de Jong, net als mijn opa en ik. Hierdoor had deze plek een bijzondere betekenis voor mij: mijn voorouders hebben daar generaties lang rondgelopen, en ik was de derde Wouter de Jong op deze boerderij.”
In 2017 verkochten zijn ouders de onderhoudsintensieve en voor hen inmiddels veel te ruime boerenwoning. „Voor mij was het als 22-jarige student geen optie om haar te kopen”, verklaart hun zoon spijtig. Maar terwijl zijn ouders naar Nieuwerkerk aan den IJssel verkasten, dacht geen haar op zijn hoofd eraan om hen te volgen. Hij wilde in de Krimpenerwaard wonen. Niet pas nadat Josefien hem haar jawoord had gegeven, maar al in de aanloop naar hun huwelijk.
Er speelde meer mee dan alleeen de band met de historische grond: „Ik was toen al actief als fractieondersteuner van SGP Krimpenerwaard. Verder speelde mijn hele sociale leven zich in Stolwijk af. In al die jaren was er een band met mijn thuisdorp ontstaan, ik wilde daar niet meer weg.”
Tijdelijk huurhuis
De analist klinische chemie aan het Erasmus Medisch Centrum te Rotterdam zocht en vond een tijdelijk huurhuis, in het buitengebied van Stolwijk. „Een soort vakantiehuisje achter op het erf bij een uiterst vriendelijke familie. Ik heb daar in de achterliggende twee jaar een heel fijne tijd gehad.”
Zodra zijn trouwplannen met Josefien vaste vorm begonnen aan te nemen, begon ook de zoektocht naar een starterswoning. Uiteraard in en rond het door Wouter zo geliefde polderdorpje. „We zochten een huis van rond de twee ton met een maximum van zo’n 230.000 euro.”
Een aardig budget voor starters. Toch volgde een hevige desillusie. De huizenprijzen bleken torenhoog, en het aanbod beperkt. „We hebben een halfjaar gezocht, eind 2018 en begin 2019. Maar wanneer er al een huis te koop kwam dat binnen het budget viel, dan boden hier gerust tien mensen op. Het was vervolgens binnen een paar dagen verkocht, voor tienduizenden euro’s meer dan de vraagprijs. Onmogelijk om hiertussen te komen.”
Frustererend
Vooral Wouter vond dit behoorlijk frustrerend. „Ik was erg teleurgesteld.” Voor Josefien –lerares wiskunde op het Wartburg College in Rotterdam– maakte het minder uit. „Zij is wat dit betreft erg makkelijk. Wonen in een andere plaats vond ze ook goed.”
Aangezien de twee niet nog jarenlang met trouwen wilden wachten, verbreedde hun blikveld zich ten lange leste. Wouter: „Het maakte mij op een gegeven moment niet meer zoveel uit of het huis binnen of buiten de Krimpenerwaard stond. Ik voelde mij verbonden met Stolwijk; niet per se aan bijvoorbeeld Bergambacht of Gouderak.”
Uiteindelijk stuitte het stel op een huis in Alblasserdam. Ongeveer even ver van hun werklocaties in de Maasstad als Stolwijk.
Wouter: „We kregen een positief gevoel bij wat we over het dorp lazen.” Het molengebied van Kinderdijk, vijf minuten fietsen van hun toekomstige hoekwoning, had vooral op de bruidegom grote aantrekkingskracht. „Dat is tenslotte een onwaarschijnlijk mooi, uniek stukje Nederland.”
Geboortegrond
Toch viel het afscheid van de grond van zijn voorgeslacht hem zwaar. „Ik heb hier erg van gebaald.”
Als hij zijn geboortegrond beschrijft raakt de nieuwbakken Alblasserdammer nog steeds in vervoering: „Mijn hele leven liep ik door de prachtige polders van de Krimpenerwaard; het eeuwenoude, nog bijna volledig origineel gebleven slagenlandschap. De koeien, de slootjes, de Hollandse luchten, de molens, de knotwilgen…”
Los hiervan moest hij zijn werk voor de lokale SGP neerleggen. „Óók erg jammer. Dat werk heb ik altijd met veel plezier gedaan.”
Na zijn taak als fractieondersteuner sinds 2016 en lid van de campagnecommissie voor de laatste gemeenteraadsverkiezingen werd hij in maart 2018 commissielid. Op de kieslijst van zijn partij (4 zetels) stond hij op de achtste plaats. Met zijn vertrek naar de Alblasserwaard kwam ook hieraan een einde.
Inmiddels heeft de oud-Stolwijker zich met het afscheid verzoend. Relativerend: „Na verloop van tijd wende ik aan het idee om mijn vertrouwde polder te verlaten en ging ik meer naar de toekomst kijken. In Alblasserdam zullen we ook wel weer mensen leren kennen en onze draai vinden. We moeten ons er nog thuis gaan voelen, maar we hebben er alle vertrouwen in dat dit goed komt. Josefien is een heel sociale vrouw, die makkelijk contact maakt met mensen. Daar kan ik alleen maar profijt van hebben.”
Vooruitblik
Of het echtpaar zich in de toekomst alsnog in de Krimpenerwaard wil vestigen, is maar de vraag. „Als ik nu met dat voornemen in Alblasserdam ga wonen, ga ik me er sowieso nooit thuisvoelen”, stelt Wouter nuchter. „Dus in principe is dat niet ons streven. Maar we weten niet hoe de toekomst gaat lopen; ik wil het ook niet uitsluiten.”
Aan de gemeente Krimpenerwaard wil hij nog wel een advies geven: „Huizen zijn daar erg duur. Er is een klein aanbod, dus het is voor starters gewoon erg moeilijk om aan een huis te komen. Ik denk dat de lokale politiek er alles aan moet doen om tot meer woningbouw te komen: zowel voor starters als voor doorstromers. Als voor die laatste groep iets duurdere huizen beschikbaar komen, komen bij een verhuizing goedkopere huizen vrij.”
Uniek landschap
Volgens hem heeft de gemeente oog voor de kwestie. „Maar ze moet wel oppassen wat voor soort woningbouw er dan plaatsvindt: die moet wel binnen het karakter van de waard passen. Het unieke landschap moet er geen grote schade door lijden.”
Hiermee verwijst hij naar het voornemen van de coalitie om, verdeeld over de Krimpenerwaard, 200 hectare van de huidige polders voor woningbouw te bestemmen. Goed voor de bouw van zo’n 4000 woningen na 2030.
Wouter ziet niets in de plannen en zijn voormalige fractie ook niet. „Ik woon liever buíten de Krimpenerwaard dan in een waard die haar karakteristieke rust en ruimte kwijt is door grootschalige woningbouw.”